Kwaliteit dagopvang en buitenschoolse opvang is verbeterd
Kwaliteit dagopvang en buitenschoolse opvang is verbeterd
Gepubliceerd:
10 juni 2015
Laatste wijziging:
10 juni 2015
Het percentage kindercentra dat voldoet aan de kwaliteitseisen is in 2014 verder toegenomen tot 82 procent. In 2012 voldeed nog 63 procent van de kindercentra aan de gestelde eisen. Vorig jaar zijn alle kindercentra, peuterspeelzalen en gastouderbureaus geinspecteerd. De GGD komt aangekondigd
en onaangekondigd op inspectie bij de kindercentra en gastouderbureaus en de gemeente Den Haag voert een strikt handhavingsbeleid.
De resultaten staan in het jaarverslag 2014 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.
Het aantal peuterspeelzalen dat zonder problemen door de inspectie kwam daalde licht: van 68 procent in 2013 naar 66 procent schone inspecties vorig jaar. De peuterspeelzalen krijgen extra ondersteuning om het kwaliteitsniveau te verhogen naar dat van de dagopvang en buitenschoolse opvang.
In twee kindercentra voor dagopvang is het bevel gegeven de opvang te stoppen omdat er te weinig beroepskrachten waren in verhouding tot de aanwezige kinderen. In een kindercentrum voor dagopvang is een stagiaire zonder geldige verklaring omtrent het gedrag aangetroffen. Zij moest per direct
van de groep af.
Steekproef
Het aantal gastouders dat voldeed aan de kwaliteitseisen is gedaald van 72 procent in 2013 naar 55 procent vorig jaar. Dat blijkt uit een steekproef die de GGD hield onder 8 procent van de gastouders. Dit onderbouwt de zorgen van de gemeente over de kwaliteit van gastouderopvang. De gemeente
vindt dat gastouders ook jaarlijks geinspecteerd zouden moeten worden. Het rijk heeft gemeenten toetsing van de kwaliteit van gastouderopvang opgedragen zonder daarvoor voldoende financiele middelen beschikbaar te stellen.
Het percentage gastouderbureaus dat de zaken op orde had verbeterde: van 43 procent in 2012 tot 81 procent vorig jaar. Gastouders dienen zich bij deze gastouderbureaus aan te sluiten.