Locatie IJmuiden Ver blijft in Den Haag op politieke agenda


Voor de kustgemeenten is er nog steeds alle ruimte om `IJmuiden Ver' als beste locatie voor het plaatsen van windturbines in Den Haag op de politieke agenda te houden. De Eerste Kamer wil voorkomen dat goede alternatieven voor windturbinevelden op zichtlocaties voor de kust nu al worden
geblokkeerd. Het uit het zicht gelegen veld `IJmuiden Ver', waar de kustgemeenten voor pleiten, is zo'n alternatief. Dit bleek duidelijk uit de behandeling van het wetsvoorstel Windenergie op zee op dinsdag 16 juni jl. door de Eerste Kamer.

Onderzoek gevolgen kustgemeenten
Ook de fractie van GroenLinks liet hierover bij monde van senator Marijke Vos geen misverstand bestaan. Senator Anne Flierman (CDA) diende een motie in die dit uitgangspunt moet garanderen. Minister Kamp zegde toe, in oktober de uitkomsten te presenteren van een onderzoek naar de economische
en maatschappelijke gevolgen die windturbines binnen zichtafstand voor de kustgemeenten hebben. De gemeenten worden bij dit onderzoek betrokken.

Voorbereidingswet
De wet Windenergie op zee waarover de Eerste Kamer zich boog is een voorbereidingswet. Deze bevat spelregels voor het toewijzen van kavels voor windturbines. Met toepassing van deze spelregels zouden de turbines kunnen komen op de velden voor de Noord- en Zuid-Hollandse kust, maar ook op het
veld IJmuiden Ver.

Draagvlak
In het debat was er veel aandacht voor het belang van regionaal draagvlak, voor de weerstand die in de kustgemeenten ontstaat tegen de plannen om op zichtlocaties voor de kust windturbines te plaatsen en voor de kansen die het verder weg gelegen veld IJmuiden Ver biedt.

Geen definitieve besluiten voor inspraak
De minister hield zelf onverminderd vast aan zijn plannen en het tempo dat hij daarbij wil aanhouden. Daarin hebben de velden voor de Hollandse kust prioriteit. IJmuiden Ver is volgens hem EUR1,2 miljard duurder. Hij noemde dit onverantwoord. De minister verwacht dat dit veld in een veel
latere fase, op basis van opgedane ervaring en toepassing van nieuwe technieken, tegen minder kosten kan worden benut. Hij bevestigde wel, dat geen definitieve besluiten over locaties worden genomen voor de benodigde wetgeving in de inspraak is geweest.

Op dinsdag 23 juni stemt de Eerste Kamer over het wetsvoorstel en de ingediende moties.