ABP: loondeal overheid onuitvoerbaar

Een lagere pensioenpremie voor werknemers is onmogelijk, zegt het ABP-bestuur. Het pensioenfonds voor overheid en onderwijs komt geld tekort als de premies voor personeel te sterk worden verlaagd. Hierdoor ligt er een bom onder de loonsverhoging van 5,05 procent die Rutte en Plasterk deze zomer met de onderwijswerkgevers afspraken.

In het overheidsakkoord stelden Rutte en Plasterk een hoger salaris voor, dat voor een groot deel betaald werd uit lagere pensioenpremies. Dat zou mogelijk gemaakt worden door een lagere pensioenambitie en door het schrappen van de herstelpremie. De herstelpremie is een extra premie om het ABP weer financieel gezond te krijgen. In twee stappen zou dat een loonsverhoging van 2,2 procent voor werknemers bij overheid en onderwijs betekenen. FNV en AOb tekenden daar niet voor, omdat de loondeal niet goed was doorgerekend en er geen tijd was om met de leden te praten over de gevolgen.

De boodschap van het ABP-bestuur aan pensioenkamer voor de overheidssector bevestigt dat nu. In een notitie aan de pensioenkamer staat dat het verlagen van de premie onuitvoerbaar is. Wanneer de pensioenpremies voor werknemers inderdaad met omgezet worden naar 2,2 procent loon, komen de pensioenen op termijn in gevaar. Het loonruimteakkoord in combinatie met andere ontwikkelingen leidt er volgens het ABP toe dat `het streven naar bestendig en volledig indexeren verder buiten beeld raakt.'

Willen werkgevers en bonden die het akkoord hebben getekend dat toch willen doorzetten, dan zijn er eigenlijk maar twee mogelijkheden. Accepteren dat dat de pensioenen verder omlaag gaan of toch extra premie heffen.

Daarbovenop komt nog een tweede tegenvaller. De pensioenpremies moeten nog eens 0,4 procent omhoog door de lagere rente die het ABP vangt over haar vermogen en een aantal technische aanpassingen.

Alles bij elkaar betekent het dat de schoolbesturen in de problemen komen als zij het afgesproken pensioenpremiedeel uit het in juli gesloten overheidsakkoord zonder meer door vertalen naar hogere lonen.

Het ABP-bestuur legt de pensioenkamer van werkgevers en werknemers verschillende keuzes voor. Of toch een premieverhoging doorvoeren, of een nog slechter pensioen accepteren. De pensioenkamer heeft tot aanstaande maandag om een keuze te maken. Een derde optie is dat het kabinet geld bijpast om de beloofde loonsverhoging om te zetten in cao-afspraken.