Ruim 84 procent van de deelnemers aan het FNV en AOb-referendum stemt tegen het overheidsakkoord van het kabinet-Rutte. "Volgens de AOb is er maar een oplossing mogelijk: het kabinet moet de belofte van de loonsverhoging waarmaken en de portemonnee trekken", zegt AOb-voorzitter Liesbeth Verheggen.

Meer dan 44 duizend ABP-deelnemers maakten gebruik van de mogelijkheid om hun oordeel te geven over de loondeal van het kabinet. De uitslag is overduidelijk. 83,9 procent van de stemmers heeft zich uitgesproken tegen het overheidsakkoord, slechts 16,1 procent stemde voor. "Het is een duidelijk signaal naar het kabinet", constateert voorzitter Liesbeth Verheggen.

"Zeker nu de premieverlaging onzeker is geworden door de financiele positie van pensioenfonds ABP, staat de voorgespiegelde loonsverhoging voor 2016 op losse schroeven. Volgens de AOb is er maar een oplossing mogelijk: het kabinet moet de belofte van de loonsverhoging waarmaken en de portemonnee trekken."

ABP-pensioen

Aan het referendum kon iedereen die een ABP-pensioen heeft meedoen, Zowel leden als niet-leden van de FNV-overheidsbonden als de AOb. Van de deelnemers was 27 procent geen lid van de FNV, maar ook die groep stemde massaal tegen. Overwegend werkenden deden mee (88 procent) en minder gepensioneerden (12 procent).

De uitkomst van het referendum speelt bij het vervolg van de cao-onderhandelingen voor de AOb een belangrijke rol. Verheggen: "Wij gaan in ieder geval door met het bereiken van goede onderwijscao's, waarin een stevige loonsverhoging, een goed pensioen en minder flexwerk voorop staan."