In hoger beroep 5 jaar cel geeist voor witwassen van bijna EUR 2,5 m..


9 november 2015 - Ressortsparket

De advocaat-generaal (OM) in Arnhem heeft in hoger beroep vijf jaar cel geeist tegen een 37-jarige man uit Nieuwegein. In de visie van het OM heeft hij zich schuldig gemaakt aan het witwassen van bijna EUR 2,5 miljoen, het voorhanden hebben van vijf kilo harddrugs waaronder cocaine en het
voorhanden hebben van een vuurwapen en munitie.

De strafzaak tegen verdachte vindt zijn oorsprong in een ander onderzoek dat betrekking heeft op grootschalige witwaspraktijken door familieleden van verdachte. Ze wasten crimineel geld wit door het aankopen en financieren van panden in Nederland in 2008 waarbij gebruik gemaakt werd van
Liechtensteinse trusts. In het kader van dat onderzoek werd op 7 april 2014 een aantal doorzoekingen gedaan, onder andere in de woning en het bedrijfspand van verdachte en zijn echtgenote. Bij die doorzoekingen werden verrassende zaken aangetroffen: ongeveer EUR 2,5 miljoen aan contanten, een
vuurwapen met munitie en harddrugs (vijf kilo cocaine en een hoeveelheid MDMA).

De rechtbank veroordeelde de verdachte tot drie jaar cel voor de drugs en het wapen met munitie. De rechtbank kwam tot een ontslag van alle rechtsvervolging voor het witwassen. De rechtbank vond dat het witwassen niet als zodanig kon worden gekwalificeerd omdat het bij verdachte aangetroffen
geld uit een door verdachte zelf begaan misdrijf afkomstig moest zijn, te weten de handel in verdovende middelen en niet uit een misdrijf of misdrijven van een ander/anderen. Het OM was het hiermee niet eens en stelde hoger beroep in.

De advocaat-generaal vindt dat wel degelijk het witwassen kan worden bewezenverklaard en als zodanig kan worden gekwalificeerd. "Uit het dossier blijkt voldoende bewijs om te stellen dat het aangetroffen geld uit misdrijf of misdrijven van anderen afkomstig is. Dit bewijs bestaat vooral uit de
eigen verklaringen van verdachte, kort na zijn aanhouding en na het bekend worden van de feiten, dat hij het grootste deel van het geld voor een ander in bewaring had genomen. Aannemelijk is dat verdachte de vindplaats van het geld verborgen heeft en ook verborgen of verhuld heeft wie de
rechthebbende was."

Alleen een onvoorwaardelijke celstraf van aanzienlijke duur is op zijn plaats, zo vindt de advocaat-generaal. "Witwassen, harddrugs en vuurwapens. Het gaat in deze zaak om ernstige feiten. Extra schokkend is het dat verdachte deze feiten heeft gepleegd terwijl hij tevens eigenaar is van een
vergunninghoudend beveiligingsbedrijf, dat juist wordt ingeschakeld bij de beveiliging van personen en evenementen. Dit maakt dat de strafbare feiten verdachte, door de te verwachten integriteit bij dit werk, extra zwaar moeten worden aangerekend. Uit de houding van verdachte blijkt ook niets
van enig inzicht in het kwalijke van zijn handelen."

Uitspraak (naar verwachting) over twee weken.

Deel dit op

*