Dr. Cassandra en de Deltawet


10 november 2015

Den Haag

De Watersnoodramp van 1953 staat nog altijd in de geheugens gegrift van veel Nederlanders. Wie is de geheimzinnige Dr. Cassandra die de Nederlandse overheid in de jaren voorafgaand meermalig waarschuwt? En wat heeft deze Cassandra te maken met de Deltawet?

Wie is Dr. Cassandra?

Achter dit pseudoniem gaat Dr. Ir. Johan van Veen (1893-1959) schuil. Onder dit pseudoniem kan hij allerlei gedachten lanceren die politiek gezien nogal gevoelig liggen, zonder zelf in de problemen te komen. Al voor de Tweede Wereldoorlog waarschuwt hij voor een grote catastrofe. Net als
Cassandra uit de Griekse mythologie blijkt hij voorspellende gaven te hebben. En net als Cassandra wil hij het volk waarschuwen, maar wil niemand luisteren. In 1952 spreekt hij het volgende woorden tegen Elsevier-journalist H.J. Looman:

"Ze beschouwen mij als een Cassandra"

Het bijbehorende artikel verschijnt niet in de krant, omdat de hoofdredacteur het paniekzaaierij vindt. Ook zijn rapporten en artikelen verdwijnen in de la bij bestuurders. Om er pas weer uit te komen als het te laat is.

Haat-liefde verhouding tussen Nederlanders en het water

Sinds jaar en dag bestaat er een haat- liefde verhouding tussen de inwoners van ons land en het wassende water om ons heen. Door de eeuwen heen hebben Nederlanders het land zo aangepast om het gehate water buiten de deur te houden, dit gebeurt echter nog nooit op zo'n grote schaal als in het
midden van de twintigste eeuw. Na de Watersnoodramp ziet men in dat een grootschalige aanpak, waar Dr. Cassandra al jaren voor pleit, nodig is om Nederland tegen het wassende water te beschermen. Zijn ideeen vormen de basis voor het Deltaplan. Het plan dient als basis voor de latere Deltawet
die op 17 november 1955 is ingediend.

Kustverkorting

In het plan wordt de Nederlandse kustlijn met 700 kilometer verkort door gesloten en doorlaatbare dammen tussen de Zuid-Hollandse en Zeeuwse eilanden aan te leggen. Minister van Verkeer en Waterstaat Jacob Algera installeert twintig dagen na de watersnoodramp de Deltacommissie onder leiding
van A.G. Maris, directeur-generaal van Rijkswaterstaat. Tussen mei 1953 en oktober 1955 brengt de commissie een vijftal adviezen uit. Op 16 november 1955 dient men deze gebundelde adviezen als eerste ontwerp Deltawet in bij de Tweede Kamer. De wet wordt op 5 november 1957 aanvaardt door de
Tweede Kamer en op 8 mei 1958 door koning Juliana bekrachtigd.

Afsluiters en Openhouders

De eerste ideeen over een afdamming van de Oosterschelde dateren van voor de watersnood van 1953. De ramp werkt als katalysator en in een versneld tempo voert men de plannen uit. De afsluiting van de Oosterschelde is beklonken als waterstaatkundigen en politici de handen in een slaan. De
veiligheid van het land gaat boven alles en kritiek is er nauwelijks. Hoe kun je vraagtekens zetten bij een plan waarmee de aartsvijand het water voorgoed wordt verslagen? Alleen sommige vissers protesteren. Gesteund door een enkele marine bioloog proberen ze de regering op andere gedachten te
brengen.

Ludieke acties van aktiegroep Oosterschelde Open

Eind jaren zestig mengen ook andere wetenschappers, natuurliefhebbers zich in de strijd. De grote klap die de natuur te verduren krijgt in de afgesloten zeearm is hun drijfveer. Aktiegroep Oosterschelde Open levert met ludieke acties ook een bijdrage aan het grootschalige verzet tegen een
volledige afsluiting. De bouw van de Oosterscheldekering wordt in 1974 stilgelegd als de PPR uit het kabinet dreigt te stappen. De bouw wordt in 1976 hervat, maar over een lengte van 4 kilometer worden schuifdeuren aangebracht, waardoor de instroom van zoutwater en getijden in de Oosterschelde
nog mogelijk zijn.

Nationaal Archief

2.16.45 Archief Delta Commissie inv. nrs. 63 en 195

2.02.28 Archief Tweede Kamer inv. nr. 4081

Publicaties

Ham, Willem van der, (2003) Johan van Veen waterstaatsingenieur 1893-1959, in opdracht van RWS.

Schipper, Paul de, (2008) De slag om de Oosterschelde, Amsterdam: Uitgeverij Atlas.