Vrijheid van meningsuiting een schijnideaal? - Onafhankelijke Fractie Klein

Afgelopen dinsdag heeft het Kamerlid Norbert Klein (Vrijzinnige Partij) deelgenomen aan een wetgevingsoverleg over de mediabegroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Media.

Uitgangspunt hiervan is dat de regering met het hernieuwde Mediawet rammelt aan de grondbeginselen van de Nederlandse Grondwet. Het wordt namelijk mogelijk voor de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) om programma's vooraf te toetsen op inhoud, meer specifiek op programmagenre en zenderprofielen. Dit is in strijd met artikel 7.2 van de Grondwet; de vrijheid van meningsuiting en het censuurverbod.

Staatssecretaris Dekker kon zich niet vinden in de woorden van Norbert Klein en stelde dat er vooral wordt gekeken naar de aard van een programma en of dat past bij de vooraf afgesproken doelstellingen van de publieke omroep. In artikel 7.2 wordt letterlijk het volgende vermeld: `' De wet stelt regels omtrent radio en televisie. Er is geen voorafgaand toezicht op de inhoud van een radio- of televisieuitzending.''. Hier kan dan ook geen sprake van vrijheid zijn, stelt Norbert Klein. De publieke omroepen kunnen door willekeur van de NPO worden getroffen en dat is een zeer kwalijke zaak.

Daarnaast heeft Norbert Klein ingezet op de functie die regionale publieke omroepen vervullen als waakhond voor de democratie. Vooral in dunbevolkte gebieden wordt deze opdracht die is opgelegd door Staatssecretaris Dekker lastig, doordat er wel een toelage is beloofd om deze opdracht te vervullen maar deze niet afdoende is om de redactionele capaciteiten te kunnen behouden. De Vrijzinnige Partij vindt het onredelijk dat provincies en gemeenten moeten bijspringen, omdat daar juist financiering is weggehaald en is overgeheveld naar het rijk. De regering moet dan ook zorg dragen dat juist in dunbevolkte gebieden de nieuwsvoorziening op peil blijft en de opdracht die is opgelegd vervuld kan worden.