OPINIE: Sportvereniging miskend als wijkpartner - Rotterdam Sportsup..


OPINIE: Sportvereniging miskend als wijkpartner

16 juni 2014

Auteurs: Drs. Penny Nugteren en drs. Sanne Scholten

Zorgorganisaties erkennen de sportvereniging nauwelijks als wijkpartner om een succesvolle, wijkgerichte aanpak te ontwikkelen. En dat is onterecht, vinden Penny Nugteren en Sanne Scholten. Zij roepen gemeenten en zorgorganisaties op om de toegevoegde van sportverenigingen te ontdekken en
vooral de samenwerking aan te gaan.

De waarden waarop sportverenigingen van oudsher zijn gestoeld, sluiten helemaal aan bij de uitgangspunten van de huidige transities op het gebied van zorg: dichtbij mensen, sterk gestoeld op eigen kracht van mensen en sociale netwerken. Als een van de weinige sectoren in Nederland, is de sport
nog vrijwel geheel met vrijwilligers georganiseerd. We zien dat een steeds grotere groep sportverenigingen een bijdrage wil leveren aan het oplossen van de vraagstukken binnen het sociale domein.

Het benutten van de sportvereniging als wijkpartner voor zorgprofessionals heeft uiteenlopende voordelen. De sportvereniging kan worden ingezet als onderdeel van zorg of ondersteuning en sporten is een duurzamere en efficientere oplossing voor bepaalde gezondheidsproblemen en sociale
vraagstukken dan medicatieve of therapeutische behandelingen. Van blijven sporten gaat vervolgens ook een preventieve werking voor nieuwe gezondheidsproblemen uit.

Er is ook steeds meer wetenschappelijk bewijs dat sporten en bewegen bijdraagt aan de sociale binding van kwetsbare groepen. Bij de sportvereniging ontmoet je je vrienden en je buurman. Sporten bij een vereniging geeft vaak zelfvertrouwen om ook weer op andere terreinen mee te gaan doen,
voorkomt dat ouderen in een sociaal isolement terecht komen en helpt met het verminderen van gedragsproblemen van kinderen.

Toch blijkt het contact vanuit de vereniging met zorgaanbieders moeilijk te leggen of komen projecten onvoldoende van de grond. Zo geeft een voorzitter van een Rotterdamse korfbalvereniging aan: "We hebben 25 partners uit de wijk uitgenodigd om ze te laten zien wat we kunnen bieden voor
kwetsbare doelgroepen. Ik heb ze allemaal nagebeld, maar vaak kom ik niet verder dan de secretaresse."

Natuurlijk moet er ook aan de kant van de sportvereniging nog een ontwikkeling plaatsvinden. Hier wordt door gemeenten, sportverenigingen en bonden al jaren volop aan gewerkt. Maar wij geloven, door drie jaar ervaring in de praktijk, dat de samenwerking alleen kan slagen als zorgaanbieders ook
stappen zetten waardoor een nieuwe en potentieel zeer vruchtbare samenwerking kan ontstaan.

Daarom doen wij graag een handreiking met een aantal suggesties die kunnen bijdragen aan meer en betere samenwerking tussen zorgaanbieders en sportverenigingen:

1. Zet de (voor)oordelen over boord en leer elkaar kennen

Hulpverleners hebben vaak nog een traditioneel beeld van sportverenigingen. Clienten en patienten van de zorgaanbieders zijn niet sportief genoeg, de vrijwillige inzet kan onvoldoende kwaliteit bieden voor de zorgvragers en men moet verplicht meedoen aan wedstrijden en het draaien van
bardiensten.

Bij veel verenigingen past dit beeld echter niet of niet meer. Het loont de moeite om als zorgaanbieder te orienteren welke verenigingen in de nabije omgeving er klaar voor zijn de zorgdoelgroepen te ontvangen. Bij de orientatiefase kunnen de gemeente of een lokale
sportondersteuningsorganisatie vaak hulp bieden.

2. Organiseer samenwerking op alle niveaus

Een voorwaarde om de samenwerking tussen een zorginstelling en de sportvereniging echt te laten slagen is dat zowel bestuur en management van de zorginstelling als de mensen op de werkvloer de meerwaarde van de samenwerking zien en dat deze wordt opgenomen in de werkprocessen. Neem de
sportvereniging als onderdeel mee in je behandelplan. Of zorg voor sportambassadeurs in de gehele organisatie. Mensen die de meerwaarde van de sportvereniging zien en collega's wijzen op het belang en hoe ze het kunnen organiseren. En neem elkaars werk niet over. Laat de sportvereniging haar
werk doen en het sportaanbod organiseren en zorg dat waar nodig professionals meekijken of -doen in de begeleiding van de clienten.

3. Ga aan de slag

Ga het gewoon doen en durf fouten te maken! Het hoeft niet altijd groots en meeslepend: ga op een locatie, met een groep aan de slag en leer daarvan. Vanuit die ervaringen kun je gaan opschalen naar je hele stad, naar andere dorpen, naar nieuwe doelgroepen.

Drs. Penny Nugteren is eigenaar van adviesbureau Penderfields en adviseerde vele gemeenten over de uitvoering van hun sport- en welzijnsbeleid. Drs. Sanne Scholten is adviseur strategie en beleid bij Rotterdam Sportsupport en richt zich vooral op de verbinding van sport en andere sectoren. Zij
schreven samen de whitepaper `Samenwerken met sportverenigingen voor een vitale samenleving: grijp die kans!' om gemeenten en zorgorganisaties op te roepen de toegevoegde van sportverenigingen te ontdekken en vooral de samenwerking aan te gaan.