`Zelfs de hond is besmet met het brandweervirus'


16 januari 2016

Marcel Rietveld
Marcel Rietveld, 52 jaar
Pompbediende en chauffeur
Son en Breugel, Brabant-Zuidoost

Sommige collega's worden met een brandweerhart geboren. Bij anderen ontstaat de liefde op latere leeftijd. Zo ook bij Marcel Rietveld. Dertien jaar geleden kwam hij voor het eerst in aanraking met de brandweer. Tijdens een inspectie van de brandweer bij het bedrijf waar Marcel werkt ontstond
zijn liefde voor de brandweer.

Marcel werkt in een bedrijf met een magazijn met gevaarlijke stoffen. Nadat de brandweer daar een inspectie uitvoerde duurde het niet lang voordat hij bij de brandweer in Son en Breugel solliciteerde. "Sindsdien is de brandweer niet meer uit mijn leven weg te denken! Ik loop bijna iedere dag
in een shirt van de brandweer en heel ons huis, inclusief de tuin, staat vol met allerlei brandweermateriaal. Beeldjes van brandweervoertuigen, opengeslepen blussers met bloemstukken erin, een helm die inmiddels functioneert als lamp (met de oude geur er nog in) en slangen die om een klok zijn
gewikkeld. In het buitenland bezoek ik ook vaak brandweerkazernes. Zo raakte ik in Frankrijk in gesprek met een brandweerman. Toen ik zei dat ik ook bij de brandweer werk, reed hij meteen alle voertuigen naar buiten zodat ik alles kon bewonderen en fotograferen. In Amerika hebben we op
verschillende plekken uren doorgebracht met de lokale brandweer in kazernes en in een brandweermuseum. Dat is de band die de brandweer schept. Het echte brandweergevoel, de saamhorigheid, dat is internationaal. Brandweermensen zijn allemaal even fanatiek en de liefde voor de brandweer is
groot. Die kent geen grenzen."

Brandweerspullen binnen...

Brandweerfamilie

Niet alleen Marcel heeft een brandweerhart, inmiddels is zijn hele familie `besmet': "Mijn vrouw, dochter en zoon zijn ook helemaal gek op de brandweer. Zo speelde mijn dochter slachtoffer/figurant bij oefeningen, is mijn zoon altijd met de brandweer bezig en mijn vrouw zelfs al eens op de
fiets achter me aangekomen bij een uitruk om me schone kleren te brengen. Je ziet vaak dat de hele familie toegewijd is aan de brandweer. Prachtig!" Uit betrouwbare bron vernemen we later dat ook de hond van de familie `geinfecteerd' is met het brandweervirus. Dochter Kimberly vult aan: "Om
nog even verder in te gaan op het brandweergevoel. We mochten op een voorwaarde een hondje: hij moest de naam Fikkie krijgen!"

Brandweerspullen buiten...

Van alle markten thuis

Marcel is niet van de theorie, zoals hij zelf zegt, maar van de praktijk. Vooral op het gebied van voertuigen, techniek en materiaal is hij van alle markten thuis. Die kennis brengt hij graag over op anderen: "Ik vind het geweldig om mijn kennis over te brengen aan mijn collega's, gevraagd en
ongevraagd. Soms ben ik net iets te enthousiast", grapt hij. "Het is prachtig om de kans te krijgen echt iets voor een ander te kunnen betekenen. Prachtig om als team een klus te klaren." Na een oefening of inzet trekt Marcel zich het liefst terug: "Dan vind ik het heerlijk om bezig te zijn.
Ik maak het materieel schoon en vul de ademluchtflessen. Zo heb ik bijvoorbeeld niets met carnaval, maar ik ben er wel graag bij als de carnavalswagen wordt gebouwd. Dan kan ik mijn collega's helpen en ben ik lekker bezig. Een slechte dag eindigt hoe dan ook altijd goed als ik in de kazerne
ben geweest!"

Marcel ziet dan ook zeker een toekomst bij de brandweer. "Er zijn nog veel dingen waar ik meer van wil weten. Bijvoorbeeld over de laatste ontwikkelingen rondom middendruk. Daar zou ik me verder in willen verdiepen. Het is mooi dat ik bij de brandweer dit soort kansen krijg en ze het me
gunnen. Zo lang de gezondheid het toe laat, blijf ik bij de brandweer. Want er is echt geen mooier werk dan het werk van de brandweer!"