Nederland combineert handel en ontwikkelingssamenwerking

Nieuwsbericht | 29-01-2016 | 14:05

Tijdens het Nederlandse EU-voorzitterschap vindt de allereerste informele bijeenkomst voor Europese handelsministers en ministers voor ontwikkelingssamenwerking plaats.

Op 2 februari bespreken zij tijdens een gezamenlijke lunch in Amsterdam hoe de Europese landen en de Europese Commissie hun beleid op het gebied van handel en ontwikkelingssamenwerking beter op elkaar kunnen laten aansluiten. Kort gezegd: op het gebied van `hulp en handel'.

De gezamenlijke bijeenkomst is de eerste in zijn soort. Het is een van de initiatieven die Nederland in het kader van het EU-voorzitterschap onderneemt. Minister Ploumen ontvangt haar Europese collega's in het Scheepvaartmuseum in Amsterdam. Nederland is een van de weinige landen met een vakminister die buitenlandse handel combineert met ontwikkelingssamenwerking.

Meerwaarde

Ploumen wil haar collega's graag de meerwaarde laten zien van de combinatie hulp en handel: "Een goed voorbeeld is de textielindustrie. Nog te veel van de kleding die wij dragen, wordt gemaakt door mensen in ongezonde, onveilige werkomgevingen, tegen een te laag loon. Met een gemeenschappelijke markt van 500 miljoen consumenten en 25 miljoen bedrijven heeft de EU enorme slagkracht. Als de EU-landen zich gezamenlijk inzetten voor verduurzaming en maatschappelijk verantwoord ondernemen, kunnen we echt iets veranderen in de productielanden."

Migratie

In de ochtend praten de ministers voor ontwikkelingssamenwerking over het onderwerp migratie. Het gaat dan vooral om steun aan vluchtelingen in Syriio en de buurlanden. Ook wordt gesproken over twee VN-programmas, de Global Strategy for Foreign and Security Policy en de Global Goals.

Handelsverdragen

Na de lunch komen de handelsministers bij elkaar. Dan gaat het onder meer over TTIP, het handelsverdrag tussen de EU en de VS. De EU en de VS hebben willen dit jaar tot een principeakkoord bereiken.

Ook wordt de Mileugoederenovereenkomst besproken. Een aantal landen binnen de wereldhandelsorganisatie WTO wil de importtarieven op een groot aantal `groene' goederen afschaffen. Groene goederen zijn goederen voor de opwekking van duurzame energie (zoals windmolens), voor de aanpak van luchtverontreiniging of waterzuivering. De aanpak van milieuproblemen en klimaatproblemen moet daarmee goedkoper en effectiever worden.