Loonsverhoging onderwijs 2016 loopt vast op hogere pensioenpremie

Omdat het ABP de pensioenpremie definitief 1 procent heeft verhoogd, komt de door de overheid afgelopen zomer toegezegde loonsverhoging van 3 procent in gevaar. Een deel van de dekking van die loonsverhoging kwam uit lagere pensioenpremies. De AOb vindt dat het kabinet moet bijpassen om een cao met de beloofde 3 procent loonsverhoging mogelijk te maken.

De cao-besprekingen in alle onderwijssectoren verliepen uiterst moeizaam, omdat er onduidelijkheid was over de betaalbaarheid van de aangekondigde 3 procent loonsverhoging per 1 januari. De AOb zag al aankomen dat de pensioenpremie eerder zou stijgen dan dalen, kijkend naar de dekkingsgraad van het ABP. Dat werd helaas bevestigd: het ABP besloot gisteren definitief om de pensioenpremie per 1 april te verhogen met 1 procent. Hierdoor valt een deel van de dekking van de beloofde loonsverhoging weg.

In een gezamenlijke brief aan het kabinet hebben werkgevers en werknemers in het onderwijs al laten weten dat zij verwachten dat het kabinet het verschil bijpast. Zo niet, dan is het eigenlijk onmogelijk om een goede cao af te sluiten. Tot op heden heeft het kabinet niet gereageerd op die brief. "Nu de premieverhoging van het ABP vaststaat, is er geen uitstel meer denkbaar voor een reactie", aldus Ben Hoogenboom, dagelijks bestuurder van de AOb. "En die reactie kan wat ons betreft alleen maar zijn dat het kabinet bijpast."

De loonsverhoging over 2015 is inmiddels wel uitbetaald, omdat daar geen relatie was met de mogelijke vrijval van pensioenpremies. De uitbetaling is alleen nog niet in een cao ondergebracht, waardoor het een gunst in plaats van een recht is. Iets dat de AOb zo snel mogelijk wil corrigeren. Hoogenboom: "Maar zolang de dekking van de beloofde loonsverhoging voor 2016 nog niet is geregeld, blijft het afsluiten van cao's in alle sectoren problematisch."