Nederland intermediair in financiele transactie tussen VS en Iran

Nederland heeft als intermediair opgetreden bij een financiele transactie tussen de Verenigde Staten en Iran. De transactie vond recent in fases plaats en betrof in totaal een bedrag van USD 1,3 miljard.

Minister Jeroen Dijsselbloem van Financien heeft de Tweede Kamer op dinsdag 16 februari geinformeerd over de succesvolle afronding van de transactie.

De Verenigde Staten en Iran hebben onlangs een schikking getroffen in een zaak die in behandeling was bij het Iran-US Claims Tribunal in Den Haag. De schikking resulteert in de vrijgave van een bedrag van 400 miljoen USD van de Iraanse overheid dat sinds 1981 door de Amerikanen was bevroren.

De totale schikking betreft een bedrag van USD 1,7 miljard, bestaande uit de hoofdsom van 400 miljoen USD plus 1,3 miljard USD aan rente.

Voor de transactie van het grootste deel - USD 1,3 miljard - vroegen de Verenigde Staten de hulp van Nederland, als gastland van het Iran-US Claims Tribunal. Op verzoek van de Amerikaanse en Nederlandse regering heeft De Nederlandsche Bank (DNB) een rol als intermediair vervuld, waardoor de

betaling met vertrouwen van zowel de Verenigde Staten als Iran kon plaatsvinden.

Bij de transactie is USD 1,3 miljard door de Centrale Bank van de Verenigde Staten overgemaakt aan DNB en vervolgens door DNB omgewisseld in EURO en in contanten ter beschikking gesteld aan de Centrale Bank van Iran.

Minister Dijsselbloem is tevreden dat met hulp van DNB de transactie zorgvuldig is afgerond. Deze was van bijzondere betekenis voor de betrekkingen tussen betrokken partijen, mede in het licht van de gelijktijdige besprekingen in het kader van het nucleaire akkoord tussen Iran en de Verenigde

Staten, China, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Duitsland.

Documenten

* Kamerbrief over betrokkenheid van Nederland bij de afwikkeling van geschillen tussen de VS en Iran

Minister Dijsselbloem van Financien informeert de Tweede Kamer mede namens de minister van Buitenlandse Zaken over de...

Kamerstuk: Kamerbrief | 16-02-2016

Zie het origineel.