Moties Wet normering topinkomens

De Tweede Kamer heeft het kabinet met een motie opgeroepen om het gesprek aan te gaan met energienetbeheerder Alliander over de beloning van topfunctionarissen, met als inzet de vergoedingen meer in lijn te brengen met de normen van de Wet normering topinkomens (WNT).

De motie van Kamerlid Van Raak (SP) werd aangenomen op 16 februari, tijdens het debat over de evaluatie Wet normering topinkomens. In de motie wordt het kabinet (en dus niet de aandeelhouders, waaronder diverse provincies) opgeroepen om met Alliander te gaan praten over de beloning van topfunctionarissen die buiten het bereik van de WNT vallen. Inmiddels heeft Alliander in gesprek met Jan Markink ( gedeputeerde Gelderland) laten weten dat de beloning in stappen terug gaat naar WNT-niveau.

Schijnconstructies

Tijdens het debat werd ook een motie van lid Kerstens (PvdA) aangenomen, waarin wordt opgeroepen om mogelijke schijnconstructies verder wettelijk onmogelijk te maken. Deze schijnconstructies zijn weliswaar niet onwettig, maar in de ogen van de Tweede Kamer wel onwenselijk in die zin dat ze feitelijk tot een hoger inkomen leiden dan in de wet voorzien.

Over de WNT

De WNT bepaalt dat topfunctionarissen bij de overheid niet meer dan een ministerssalaris verdienen. Dit werd gerealiseerd in een aantal stappen: in 2014 mocht er 130% (WNT-1) van een ministerssalaris worden verdiend, in 2015 nog 100% (WNT-2). In 2016 volgt mogelijk dus een nieuwe stap (WNT-3) en wordt de Wet, die nu nog alleen voor topfunctionarissen in de (semi)publieke sector geldt, uitgebreid naar alle functionarissen binnen deze sectoren.