Vier recent doodgevonden otters waarschijnlijk in (illegale) visfuik..


Gepubliceerd op
8 april 2016

Afgelopen week zijn er in Nationaal Park Weerribben-Wieden, in Nationaal Park De Alde Feanen en in de Rottige Meenthe in totaal vier dode otters drijvend in het water aangetroffen. Dit is breed in de media gemeld en in relatie gebracht met het risico op verdrinking in fuiken en ook de
palingtrek. Uit onderzoek van Alterra blijkt dat ze hoogstwaarschijnlijk verdronken zijn, wellicht in illegale visfuiken, al is dit niet met zekerheid vast te stellen.

Alterra verzorgt in opdracht van het ministerie van EZ de genetische monitoring van de otterpopulatie in Nederland, waaronder de registratie en sectie op doodgevonden otters. Gisteren is sectie verricht op de vier vermeende verdrinkingsslachtoffers. Helaas waren de dieren al in enige mate in
ontbinding waardoor uitgebreid onderzoek niet goed mogelijk was. De bevindingen waren echter indicatief voor een verdrinkingsdood en zeker niet het gevolg van verkeer. Ze hadden bijvoorbeeld geen botbreuken.

In visfuiken verdronken otters vormen een reeel probleem voor de Europese otterpopulatie. Historisch gezien is zowel in Nederland als in omliggende landen uit onderzoek gebleken dat van de doodgevonden otters een substantieel deel (ca. 25%) veroorzaakt wordt door verdrinking in fuiken. Daarmee
vormden visfuiken in het verleden (voor de jaren '70) na het verkeer de belangrijkste doodsoorzaak voor otters. Tegenwoordig zijn die aantallen een stuk lager, mede omdat in otterrijke gebieden vissers verplicht zijn hun fuiken zodanig in te richten dat otters er niet in kunnen zwemmen (met
zgn. keerwanden of stopgrids).

Hoewel er in Nederland sinds de uitzet van otters in 2002 ruim 200 secties zijn verricht op doodgevonden otters, is het aantal dat vrijwel zeker in fuiken is verdronken sinds die tijd op een hand te tellen. Vrijwel alle doodgevonden otters zijn verkeersslachtoffers, en van slechts 9 otters is
positief vastgesteld dat zij door verdrinking om het leven zijn gekomen. Daarnaast is bij een aantal otters de sterke verdenking dat zij in fuiken verdronken zijn, maar waarvan de precieze doodsoorzaak niet meer te achterhalen is. De vier otters die deze week zijn onderzocht kunnen worden
toegevoegd aan het rijtje `hoogstwaarschijnlijk verdronken in een fuik maar niet met zekerheid vast te stellen'.

Dat er weinig in fuiken verdronken otters worden gevonden houdt niet per definitie in dat deze overlijdensoorzaak weinig meer voorkomt. Meer waarschijnlijk is het dat fuikslachtoffers niet worden gemeld en verdwijnen. Veel fuiken worden namelijk illegaal gezet. Alterra adviseert om in het
verspreidingsgebied van de otter alleen fuiken toe te staan die voorzien zijn van een constructie zodat otters er niet meer in kunnen zwemmen, of dat fuiken op minstens 100 meter uit de kant worden opgesteld.
mailen
Tweet

drs. HAH (Hugh) Jansman
Contactpersoon drs. HAH (Hugh) Jansman
Contactformulier + Meer (1)

* dr. AT (Loek) Kuiters
Contactpersoon dr. AT (Loek) Kuiters
Contactformulier

Alterra Wageningen UR

Alterra is het kennisinstituut voor de groene leefomgeving.

* Monovergisting wordt ook economisch interessant Monovergisting wordt ook economisch interessant
* Kansen en knelpunten bij uitvoering Europese Vogel- en Habitatrichtlijn Kansen en knelpunten bij uitvoering Europese Vogel- en Habitatrichtlijn
* Verbod op zwanendriften heeft weinig gevolgen voor populatie-ontwikkeling Verbod op zwanendriften heeft weinig gevolgen voor populatie-ontwikkeling

Meer nieuws



Meer informatie

* Algemene informatie over het otteronderzoek
* Rapport met o.a. aanbevelingen t.a.v. visfuiken