Een embryo, verschillende genen: wetenschappers ontdekken zeldzame soort celdeling - KU Leuven

21 APRIL 16. Wetenschappers van de KU Leuven hebben een nieuwe soort celdeling ontdekt die genetische verschillen binnen een embryo verklaart. Die zeldzame celdeling houdt in dat chromosomen van beide ouders niet samen worden doorgegeven, maar terechtkomen in verschillende cellen. Dat kan leiden tot ernstige ontwikkelingsstoornissen.

Elk mensenleven begint als cel met 46 chromosomen: 23 van de moeder en 23 van de vader. Bij normale celdeling worden kopieen van beide sets chromosomen samen doorgegeven aan de nieuwe cellen. Deze dochtercellen herhalen op hun beurt datzelfde proces.

Onderzoekers van de KU Leuven hebben nu ontdekt dat de chromosomen van de moeder en de vader in uitzonderlijke gevallen terechtkomen in verschillende cellen. Dat gebeurt tijdens de eerste celdelingen na de bevruchting. Hierdoor kan een embryo in uitzonderlijke gevallen genetisch verschillende cellen hebben. Tot deze conclusie kwamen de onderzoekers na het analyseren van koeienembryo's.

"Deze ontdekking is bijzonder belangrijk, want het gaat om een nooit eerder beschreven soort celdeling," legt professor Joris Vermeesch van de KU Leuven uit. "Bij dit type celdeling worden de chromosomen niet willekeurig in nieuwe dochtercellen verdeeld, zoals wel het geval is bij normale celdeling. In plaats daarvan worden de chromosomen van de moeder en de vader apart doorgegeven. Dat verklaart waarom sommige mensen genetisch verschillende cellen hebben. Dat is bijvoorbeeld het geval bij sommige patienten met ernstige ontwikkelingsstoornissen."

De onderzoekers analyseerden alle individuele cellen van koeienembryo's die 1 `a 3 keer gedeeld hadden. Hiervoor werkten ze samen met professor An Van Soom (UGent). De analyse toonde aan dat embryo's in uitzonderlijke gevallen een mengeling kunnen zijn van cellen met enkel het genoom van de moeder, cellen met enkel het genoom van de vader, en eventueel ook nog normale cellen met het genetisch materiaal van beide ouders.

De onderzoeksgroepen van professor Vermeesch en professor Voet ontwikkelden ook een nieuwe methode om te bepalen of een chromosoom afkomstig is van de moeder of van de vader. Deze techniek maakt het voor het eerst mogelijk om niet enkel afwijkingen in het aantal chromosomen te detecteren, maar ook de origine van deze afwijkingen.

De onderzoekers noemen het proces dat ze ontdekten 'heterogoneische celdeling', wat Grieks is voor 'een deling volgens origine'.

Deze studie werd gefinancierd door het FWO, de Europese Unie en de KU Leuven. Het onderzoek werd gepubliceerd in Genome Research.

Contact: professor Joris Vermeesch, Departement Menselijke Erfelijkheid