Inspectie: Scholengroep Den Haag Zuidwest besteedde geld onrechtmatig en ondoelmatig

Ruim zes ton aan onrechtmatige bestedingen en tussen de 337 en 760 duizend euro aan ondoelmatige uitgaven. Bij de Scholengroep Den Haag Zuidwest kreeg een `ondernemende' bestuurder veel vrijheid en vertrouwen. De raad van toezicht vervulde haar controlerende taak onvoldoende, aldus de Onderwijsinspectie.

Zeker 638.200 euro heeft de scholengroep onrechtmatig besteed aan onder meer een bestuursadviseur, een leerwerkbedrijf, twee business seats bij een sportclub, wielertochten naar het buitenland, en de huur van een appartement dat lange tijd leeg stond. Het bedrag ligt in werkelijkheid hoger, want niet alle onrechtmatige uitgaven konden worden berekend. Daarnaast is er tussen de 337 en 760 duizend euro aan ondoelmatige bestedingen bij de financiering van nieuwbouw.

`Op elementen' kan gesproken worden van wanbeheer, aldus de inspectie; voor de algemene kwalificatie wanbeheer ziet ze onvoldoende grond. De Onderwijsinspectie startte in april vorig jaar een onderzoek naar aanleiding van publicaties (1 en 2) in het Onderwijsblad en zorgen die door de AOb waren overgebracht over de gang van zaken bij de scholengroep.

Gebouw C

Het rapport belicht de uitgaven in de periode 2011 tot en met 2014. Onder leiding van toenmalig bestuurder Karel Bun werd druk aan de weg getimmerd met een nieuwbouwcomplex van drie gebouwen aan de Haagse Roemer Visscherstraat. Onderdeel daarvan is een wooncomplex met 26 studentappartementen, leerwerkbedrijven en een reboundvoorziening. Dat complex, gebouw C genoemd en opgeleverd in 2013, vervult geen onderwijsfunctie en is ondergebracht in een aparte bv Edukant genaamd.

Het bestuur nam `een groot risico' door het gebouw voor eigen rekening te realiseren, aldus de inspectie. `Een gedegen onderbouwing van deze keuze, hebben wij niet aangetroffen. Daarnaast schijnt het besef te hebben ontbroken dat uitvoering van deze activiteit met publieke middelen niet rechtmatig zou kunnen zijn.' De raad van toezicht laat aan de inspectie in een reactie op het rapport weten dat het gebouw zal worden verkocht en Edukant opgeheven.

Alternatieve financiering

Bun besloot indertijd de geraamde drie miljoen euro voor gebouw C zelf te organiseren nadat contacten met woningcorporaties Vestia en Staedion op niets waren uitgelopen. Bekend was al dat de scholengroep zelf een groot deel financierde door tien jaar huur voor de reboundvoorziening vooruit te betalen (een miljoen euro). Overigens blijkt het bedrag tonnen te hoog ingeschat door een verkeerde waardebepaling. Daarnaast is zes ton uit een voormalig leermiddelenfonds, vergaard met de verkoop van schoolboeken, in het bouwproject gestoken.

Nog eens zeven ton aan leningen sloot de scholengroep af via twee partijen met wie de instelling een relatie onderhield: twee ton via de leverancier van drukwerk en vijf ton via een bestuursadviseur. In beide gevallen kreeg een familielid van de financier een appartement in het studentencomplex toegewezen. Ondanks `de schijn van mogelijke belangenverstrengeling' stelt de Onderwijsinspectie geen bevoordeling te hebben geconstateerd.

Huisadviseur

De consultant was tot eind 2012 bijna twee jaar bestuurder van de stichting (Beheer Activa Scholengroep Den Haag) die formeel de zeggenschap heeft over het appartementengebouw. Tussen 2011 en 2014 bracht hij als `huisadviseur' 1814 uur a 150 euro (326 duizend euro) in rekening bij de scholengroep voor adviesdiensten met betrekking tot nieuwbouw en huisvesting. Tweederde van de kosten, 217 duizend euro, ziet de inspectie als onrechtmatig. Een onderbouwing of een evaluatie van de werkzaamheden kon de inspectie niet vinden.

Bun verklaarde tegenover de inspectie dat hij zo intensief met de adviseur samenwerkte dat een nadere specificatie van en controle op de gerealiseerde uren niet noodzakelijk was. Op grond van zijn eigen ervaring als adviseur zou hij goed hebben kunnen inschatten of de tijdbesteding realistisch was.

Bun werd in juni 2014 ontslagen nadat het Onderwijsblad de raad van toezicht vragen had voorgelegd over diens neveninkomsten als adviseur bij een ander schoolbestuur. De raad stelde niet op de hoogte te zijn geweest van de verdiensten.

Onderwijskundige meerwaarde

Aan een leerwerkbedrijf, ook gevestigd in het complex, is volgens het rapport 135 duizend euro onrechtmatig uitgegeven. De inspectie tikt de scholengroep verder op de vingers voor twee business seats en stadionreclame (samen 47.700 euro) en een voor medewerkers gehuurd appartement dat lange tijd leeg stond (6.500 euro).

Daarnaast valt de inspectie over een wielren-sportprogramma inclusief professionele trainer en jaarlijkse wielertocht naar het buitenland (197 duizend euro). Bun verklaarde tegenover de inspectie dat het wielerproject bedoeld was om kansarme leerlingen te motiveren. De inspectie acht de onderwijskundige meerwaarde onvoldoende aangetoond.

Vertrouwen

De toenmalige bestuurder kreeg veel bestuurlijke ruimte van de toezichthouder om `innovatief en ondernemend' te handelen. Dat gebeurde op basis van `verdiend vertrouwen'. Toch was er te weinig aandacht voor de risico's rond het appartementencomplex, concludeert de inspectie. Ook heeft de voormalige bestuurder `onvoldoende oog gehad voor mogelijke belangenverstrengeling en zijn de vastleggingen en dossiervorming ruim onder de maat gebleken'.

De raad van toezicht heeft zijn rol onvoldoende ingevuld en zaken te veel op zijn beloop gelaten, oordeelt het rapport. De accountant had wat de inspectie betreft eerder signalen moeten afgeven over `onzekerheden en/of onrechtmatige bestedingen'. In de jaarstukken over 2013 en 2014 gebeurt dat wel.

In een reactie aan de inspectie stelt de raad van toezicht niet alle conclusies te delen, zoals de kwalificatie onrechtmatig bij sommige onderwijsprojecten. `Duidelijk moge zijn dat de raad zich zeer wel realiseert dat er zaken niet goed zijn gegaan, waarvoor ook de raad verantwoordelijk is. Deze verantwoordelijkheid gaat de raad niet uit de weg. Maar dan wel in goede balans met de bestuurlijke verantwoordelijkheden.' En: `Zoals blijkt uit de verslaglegging heeft de raad de bestuurder er regelmatig op gewezen de informatievoorziening op onderdelen te verbeteren. Daar zijn we onvoldoende in geslaagd.'

"Het zijn pittige conclusies over de rol van de toenmalige bestuurder, de raad van toezicht en de accountant", aldus AOb-bestuurder Ben Hoogenboom in een eerste reactie. "Ik hoop dat er een waarschuwende werking vanuit gaat."