Asscher: AOW-ers niet ongelijk behandeld

in Nederland / by Elise Friedmann / on 21/06/2016 at 16:11 / Tags: holocaust, Israel, nederzettingen

Bij het toepassen van de regels voor AOW-betaling is er niet onder verantwoordelijkheid van minister Asscher tegen de wet gehandeld, noch is er onbehoorlijke druk uitgeoefend op SVB-ambtenaren - dit in tegenstelling tot wat NRC afgelopen donderdag schreef.

Van grootschalige fraude, zoals andere media beweerden, is al helemaal geen sprake. Dit bleek uit de antwoorden van de minister op vragen van vooral de heer Oeztuerk dinsdag over de juiste toedracht van wat in het bewuste artikel werd geschreven.

4 personen

Asscher werd begin 2014 geconfronteerd met dit dossier, zei hij, toen bleek dat 28 AOW-gerechtigden anders dan verondersteld niet binnen de Groene Lijn woonden. Bij 20 anderen was dit wel onderkend, en bij 4 personen had dit voor hen financiele gevolgen. Hieruit blijkt dat het onjuist is wat in het artikel stond, zei Asscher. De SVB mocht wel degelijk handelen en deed dit ook, afgezien van de gevallen waarin een fout werd gemaakt over hun woonplaats. (Dit laatste kan vooral in Jeruzalem overigens gemakkelijk gebeuren, omdat het daar een kwestie is van in welke straat een AOW-gerechtigde precies woont of zelfs op welk huisnummer in een straat.)

11 Holocaustoverlevenden

Bij de 28 mensen van wie ten onrechte was verondersteld dat zij binnen de Groene Lijn woonden, had dit in 11 gevallen geleid kunnen hebben tot een AOW-verlaging, aldus Asscher. Zeven van deze elf mensen echter waren overlevenden van de Holocaust. De Kamer heeft afgesproken dat overlevenden de volledige AOW ontvangen, waar ter wereld zij ook wonen en ongeacht of Nederland een overeenkomst heeft met dat land voor de uitvoering van de Sociale Verzekeringswetten. In totaal is dus aan 4 mensen een te hoge AOW uitgekeerd, aldus Asscher. Op basis van het geldende overgangsrecht (dat eveneens in Mexico geldt en daar op dezelfde manier is toegepast) was echter afgesproken dat mensen hun oude rechten zouden behouden. Daarom is bij deze 4 mensen dus niet met terugwerkende kracht een groot bedrag terug geeist en behouden zij, krachtens het afgesproken overgangsrecht, ook nu hun oude AOW - zolang hun omstandigheden niet veranderen. Nieuwe gevallen die niet onder de overgangsregeling vallen, van na 1 januari 2016 dus, zijn volgens de regels behandeld, net als alle andere AOW-gerechtigden in landen waarmee Nederland geen verdrag heeft.

Klagende ambtenaren

Op verdere vragen van het lid Oeztuerk antwoordde Asscher dat er in Marokko of waar dan ook geen sprake is van een verlaging van AOW. Er zijn twaalfduizend AOW-gerechtigden in Marokko, onder wie 2 oorlogsgetroffenen die hetzelfde zijn behandeld als oorlogsgetroffenen in alle andere landen. Er wonen 7 AOW-gerechtigden in de Westelijke Sahara; hun uitkeringen zijn niet gekort. Verder zijn er geen gevallen bekend in Marokko of de Westelijke Sahara waar er twijfel bestaat of fouten zijn gemaakt over de woonplaats van AOW-gerechtigden. Ambtenaren van de SVB zijn niet onder druk gezet. Aanvankelijk is er uitstel verleend op basis van de beleidsregel (in het geval van de 11 mensen bij wie fouten waren gemaakt, onder wie 7 Sjoa-overlevenden). Vervolgens werd de overgangsregel van kracht. Er is dus steeds gehandeld op basis van wet. De minister heeft de SVB hiertoe in juli 2014 per brief opdracht gegeven. "Het kan zijn dat ambtenaren die het hier niet mee eens waren naar NRC zijn gegaan, maar het overgangsrecht is netjes toegepast", aldus Asscher.

Rechtvaardigheid

Concluderend: bij slechts 4 AOW-gerechtigden die buiten de Groene Lijn wonen is een fout gemaakt omtrent hun woonplaats, waardoor zij teveel AOW hebben ontvangen. Terug eisen van het teveel betaalde acht de minister niet rechtvaardig op grond van het geldende overgangsrecht dat precies zo geldt in andere gebieden (zoals bijvoorbeeld Mexico). "Wij hebben een heel duidelijk onderscheid gemaakt tussen politiek en de behandeling van individuele mensen, vaak oorlogsgetroffenen", aldus Asscher. Dit gebeurde conform de afspraken en, zei de minister, in het vertrouwen dat dit de instemming geniet van de Kamer.