in Israel / by Mike Durand / on 26/08/2016 at 13:21 / Tags: Fatach, Gaza, Hamas, PA, VN

De juridische afdeling van de Verenigde naties (VN) heeft een verzoek bij de Israelische missie bij de VN neergelegd om een van haar Palestijnse werknemers vrij te laten. Israel verdenkt hem ervan hulp te hebben geboden aan de terroristische organisatie Hamas in de Gazastrook. De Israelische ambassadeur Danny Danon is niet van zins om aan het verzoek te voldoen.

In het verzoek beargumenteren de VN waarom zij de vrijlating eisen van de Palestijnse ingenieur Wahid Borsh: hij werkt voor het VN-ontwikkelingsprogramma en geniet daarom volgens de VN immuniteit tegen iedere arrestatie of strafrechtelijke vervolging in het kader van zijn functie. Tevens verzoekt de VN om een bezoekregeling voor Borsh, die in de gevangenis zit, door een team van VN-medewerkers.

Wahid Borsh werd in juli gearresteerd en Israelische rechtbanken hebben hem in staat van beschuldiging gesteld voor het toestaan van het gebruik van 300 ton puin om een pier te bouwen in de Gazastrook voor Hamas. De terroristische Hamas, die de kustenclave sinds 2007 met ijzeren vuist regeert en herhaaldelijk op oorlogspad is tegen Israel, zou de pier gebruiken voor activiteiten van hun gewapende tak. De VN ontkennen de Israelische beschuldigingen en deelden mee dat het puintransport plaatsvond op schriftelijke instructie van de Palestijnse Autoriteit. De PA van president Abbas is gelieerd aan Fatach, de partij die Hamas in 2007 uit de kustenclave heeft verjaagd.

Maar Israel "zal geen immuniteit verlenen aan terroristen die proberen om onze burgers te treffen", aldus Danon. Volgens de ambassadeur houdt Israel zich aan de wet en het zal dat blijven doen in deze zaak. Hij verzoekt de VN en andere internationale organisaties om hun aanwervingsbeleid voor lokaal personeel onder de loep te nemen en aan te passen, omdat het aan te raden is dat "elke lokale aanwerving door een internationale organisatie" gecontroleerd wordt "om na te gaan of ze de inwoners van Gaza ten goede komen en geen terroristische activiteiten financieren'.