Bodemvervuiling onder kunstgrasvelden

PERSBERICHT

24-11-2016

MILIEUBEWEGING VRAAGT OPTREDEN MILIEU INSPECTIE

BODEMVERVUILING ONDER KUNSTGRASVELDEN

De bodem onder veel kunstgrasvelden raakt sterk vervuild. In waarschijnlijk tientallen gevallen zijn inmiddels de normen overschreden van het Besluit Bodemkwaliteit. De oorzaak is het uitlogen van zink uit de vermalen autobanden die gebruikt worden als instrooirubber. Recycling Netwerk, een coalitie van milieu-organisaties, wil meer aandacht voor de kwaliteit van recycling en noemt deze recycling van autobanden “een typisch voorbeeld van foute recycling”. De milieu-inspectie is gevraagd wat zij er aan gaat doen.

Autobanden bestaan voor 20 tot 30 procent uit allerlei metalen en toeslagstoffen, waaronder ook 1 à 2% zinkoxide. Door het uitlogen van het zink in vermalen autobanden spoelt er op de kunstgrasvelden voortdurend zink naar beneden en raakt de laag onder die velden steeds meer vervuild: een milieuprobleem bovenop de mogelijke gezondheidsproblemen die al eerder werden gesignaleerd.

Voordat de eerste kunstgrasmat wordt vervangen (na 10 tot 15 jaar) kan de bodem onder de kunstgrasmat al zo sterk vervuild zijn dat de normen van het Besluit Bodemkwaliteit zijn overschreden. Wanneer het gaat om een kunstgrasveld met daaronder voldoende drainagezand én lavakorrels duurt het tientallen jaren voordat niet alleen de onderlaag, maar ook de bodem daaronder te zwaar vervuild raakt. Maar zonder onderlaag kan de bodemnorm al na 4 of 6 jaar zijn overschreden; bij een beperkte onderlaag (alleen lavakorrels) berekende men 7 of 10 jaar.

De mate van vervuiling verschilt

De ernst van de vervuiling onder kunstgrasvelden is dus afhankelijk van de gebruikte onderlaag, maar ook van veel andere factoren: Hoe lang ligt er al een kunstgrasmat? Welke vermalen autobanden zijn er gebruikt als instrooirubber (vrachtwagenbanden bevatten twee keer zoveel zink)? Hoeveel instrooirubber is er gebruikt? En hoeveel is er later nog toegevoegd?

Onderzoek ter plaatse is nodig om te kunnen bepalen onder hoeveel van de 2.000 kunstgrasvelden in Nederland er al sprake is van overschrijding van de milieunormen. En onder hoeveel kunstgrasvelden dat binnenkort dreigt te gebeuren. Recycling Netwerk acht de kans groot dat de bodem onder tientallen of zelfs honderden kunstgrasvelden nu al te veel met zink is verontreinigd.

Milieubeweging wil recycling van hoge kwaliteit

Er wordt door Recycling Netwerk al jaren gewezen op de noodzaak niet alleen te kijken naar recyclingpercentages, maar veel meer ook naar de kwaliteit van de recycling. Ook de kunststofrecyclers pleiten daarvoor. Bij de milieubeweging gaat het vooral om de milieuwinst van recycling.

De situatie rond de vermalen autobanden laat volgens hen goed zien wat de risico’s zijn en hoe het niet moet. Robbert van Duin, voorzitter van Recycling Netwerk: “Je krijgt natuurlijk geen circulaire economie door alleen maar te claimen dat er meer gerecycled moet worden en het verder maar aan de markt over te laten. Dan ontspoort de zaak en krijg je dit soort gezondheids- en milieuproblemen in plaats van de milieuwinst die we willen. Dit gedoe met kunstgrasvelden was voorkomen met een overheid die meer stuurt en regelt. Maar we zitten nu met de gebakken peren en hebben daarom de milieu-inspectie gevraagd: “Wat gaan we er aan doen?”

Recycling of verkapte afvalstort ?

De juridische hamvraag is tenslotte of het instrooirubber een aanvaardbaar recyclingproduct is, of dat het eigenlijk nog steeds moet worden gezien als een afvalstof. De milieu-inspectie is gevraagd hierover binnen twee weken een standpunt te bepalen.

NADERE TOELICHTING

De uitloging van zink uit het instrooirubber van kunstgrasvelden werd in 2007 onderzocht in opdracht van onder meer de KNVB1 . Na het uitvoeren van uitloogproeven werd toen door onderzoeksbureau Intron berekend of de normen van het Bouwstoffen-besluit zouden worden overschreden. Dat bleek al te gebeuren na 3 tot 11 jaar, afhankelijk van de mate van verwering waarvan werd uitgegaan. Het Bouwstoffenbesluit kwam echter een jaar later te vervallen en de onderzoeksresultaten leidden niet tot minder toepassing van vermalen autobanden.

Wel werd een vervolgonderzoek2 uitgevoerd, zij het niet in opdracht van de KNVB, maar van de (belanghebbende) brancheorganisatie Recybem. In dat tweede onderzoek werd bezien na hoeveel jaar de nog wél geldende milieunormen van het Besluit Bodemkwaliteit zouden worden overschreden. In de eindconclusie werd gerapporteerd (pag. 39):

Dit betreft evenwel het geval van een “kunstgrassysteem” (variant 3 met een onderlaag van én drainagezand én lavakorrels). Belangrijker achten wij in dit verband de voorafgaande conclusies over -realistische- varianten zonder onderlaag en met een onderlaag van lavakorrels (pag. 38):

De samenstelling van autobanden is beschreven in de publicatie “The composition of a Tyre: Typical Components” van het Engelse Waste & Resources Action Programme 3.

De brief van Recycling Netwerk aan de ILT (milieu-inspectie) is bijgevoegd.

datum 24 november 2016

onderwerp instrooirubber voor kunstgras: recyclingproduct of afval ?

Geachte Inspectie,

Vanaf 2005 zijn producenten en importeurs van autobanden op grond van het Besluit beheer autobanden (Bba) verplicht om ten minste 20 gewichtsprocent van gebruikte autobanden als materiaal te recyclen.

Recent is bekend geworden dat in de afgelopen periode van ongeveer tien jaar zo’n 34 miljoen tot granulaat vermalen autobanden hun weg hebben gevonden naar 2.000 Nederlandse kunstgrasvelden (veelal bestemd voor voetbal en rugby). Het zou gaan om bijna 20.000 banden per veld.

Uit diverse onderzoeken is gebleken dat de betreffende banden zogenaamde PAK’s (polycyclische aromatische koolwaterstoffen) bevatten en wel met hoeveelheden die te vaak vér uitgaan boven de recente entry-50-norm van de Reach-verordening (1 mg/kg voor volwassenen; 0,5 mg/kg voor kinderen), die bedoeld is als veiligheidsnorm inzake kankerverwekkende stoffen voor voorwerpen (waaronder sportartikelen, speelgoed en speeltoestellen). Als gevolg hiervan bestaan brede zorgen omtrent de volksgezondheid ter zake van het sporten op dergelijke vermalen autobanden, daar waar de huid van spelers veelvuldig (kortstondig) hiermee in aanraking komt en ook korrels worden ingeslikt.

Daarnaast zijn hier ook milieuaspecten in het geding. Hierbij gaat het in de eerste plaats om de verontreiniging die optreedt als gevolg van uitloging van de korrels. De korrels van vermalen banden van personenauto’s en vrachtwagenauto’s bevatten verschillende hoeveelheden organische stoffen en zware metalen (met name zink). Onderzoek in opdracht van KNVB e.a. berekende dat, getoetst aan het toenmalige Bouwstoffenbesluit, al na elf jaar een overschrijding optreedt van de immissiegrenswaarde voor zink (zie onderstaande grafiek) i .

Recycling Netwerk is een coalitie van (milieu)organisaties die zich inzetten voor een beter milieu door goed afval- en materialenbeleid: Greenpeace NL; Vereniging Milieudefensie; Stichting De Noordzee; Rotterdams Milieucentrum en andere natuur- en milieuorganisaties postadres: Pollenseveenweg 11 / 8166 HT Emst / 0578 – 66 22 33 / www.recyclingnetwerk.org

Ook werd berekend dat na 20 jaar de immissiegrenswaarde voor zink van het toenmalige concept Besluit BodemKwaliteit zou worden overschreden. De berekening betrof een redelijkerwijs te betrekken situatie waarin het rubbergranulaat na 10 jaar wordt vervangen en waarin “de verwering van het rubbergranulaat maar beperkt in de extrapolatie van het uitloogmodel is meegenomen.” Daarbij werd bovendien opgemerkt: “In een derde scenario, waarin deze verwering maximaal is meegenomen wordt na 3 tot 4 jaar een overschrijding van de normen berekend.”

Een vervolgonderzoek in opdracht van uitvoeringsorganisatie Recybem richtte zich specifiek op milieu-aspecten en stelde daarbij expliciet de vraag: “Na welke gebruiksperiode is er sprake van een overschrijding van milieunormen ? “ Hierbij werd getoetst aan de afgeleide immissiegrenswaarde uit het Besluit Bodemkwaliteit voor de immissie van zink in de bodem (3.400 mg zink/m3).

Wat betreft de feitelijke uitloging van zink uit de instrooirubber (dus zonder onderlagen) werd geconcludeerd dat de immissiegrenswaarde al na 6 jaar kan zijn overschreden in het geval van instrooirubber van personenautobanden en al na 4 jaar in het geval van instrooirubber van vrachtwagenbanden ii .

Hierbij moet nog worden bedacht dat een partij autobanden toevallig bovengemiddeld veel zink kan bevatten en dat de immissierisico’s groter worden wanneer op een kunstgrasveld sprake is van overmatig gebruik van instrooirubber. Een mogelijk bijkomend milieuprobleem betreft de combinatie met het (noodzakelijk ?) gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen om de velden schoon, algenvrij en onkruidvrij te houden.

Maar alleen al de resultaten van de onderzoeken verricht in opdracht van belanghebbenden KNVB en Recybem zijn verontrustend. Wij menen te kunnen constateren dat met het gebruik van instrooirubber op -te- veel sportvelden de immissiegrenswaarden van het Besluit Bodemkwaliteit (zullen) worden overschreden, waarschijnlijk zelfs al voordat de kunstgrasvelden zijn afgeschreven.

Bij bestudering van deze materie stuiten wij erop dat ‘de bandenindustrie’ steeds spreekt over de recycling van banden en doet voorkomen alsof het granulaat dat afkomstig is van het vermalen van autobanden een volledig recyclingproces zou hebben doorlopen. Daarmee zouden de banden (of het daarvan afkomstige granulaat) niet meer kwalificeren als afvalstof. Mede gelet op de geldende jurisprudentie (w.o. EHvJ 7 maart 2013 (Lapin/Lapin), C-358-11 en EHvJ 15 juni 2000 (Arco Chemie Nederland Ltd), C-418/97) is het de vraag of die stellingname juist is. Naar wij begrijpen, is het malen de belangrijkste wijziging die de banden na het afdanken hebben ondergaan, maar hebben zij daarbij de hun kenmerkende eigenschappen van versleten/gebruikte autobanden niet verloren.

Voor zover relevantie zou worden gehecht aan de mogelijk door importeurs en producenten in te nemen stelling dat de gemalen banden dezelfde samenstelling zouden hebben als nieuwe banden (wat sinds de aanscherping van de Europese banden-regelgeving met ingang van 1 januari 2010 overigens ook nog eens niet zo hoeft te zijn), merken wij op dat het gemalen rubber – naar wij begrijpen- in beginsel (d.w.z. zonder nadere verwerking tot regeneraat) niet herbruikbaar is om voor het oorspronkelijke doel te worden toegepast.

Om de afval-eigenschappen te verliezen, dan zal het (wil het te gebruiken zijn voor een ander doel dan het oorspronkelijke product) moeten voldoen aan de eisen die gelden voor dat nieuwe doel, geen gevaar opleveren voor de menselijke gezondheid, geen nadelige gevolgen hebben voor het milieu én zal moeten vaststaan dat men zich niet van de betreffende stoffen wil ontdoen. Pas wanneer aan al die eisen is voldaan, komt het afvalstofkarakter aan het synthetisch rubber dan wel natuurrubber te ontvallen.

In die zin kan er naar ons oordeel slechts sprake zijn van echte en voltooide recycling indien de kankerverwekkende en milieuverontreinigende stoffen en andere eventueel negatieve elementen of vormen zijn teruggebracht tot hoeveelheden/elementen/vormen die te vinden zijn bij vergelijkbare producten, zoals TPE-korrels. (Vergelijk b.v. de hiervoor genoemde zaak Lapin/Lapin (en in het bijzonder de conclusie van de advocaat-generaal daarbij) waarbij met diverse stoffen geïmpregneerde telefoonpalen voor een ander doel werden gebruikt (bruggen en paden in waterrijke omgevingen)). Bovendien kan gesteld worden dat het afvalstofkarakter pas definitief tot het verleden behoort, wanneer de korrels aantoonbaar aan de geldende Reach-norm (entry 50; 1 mg/kg voor volwassenen en 0,5 mg/kg voor kinderen) voldoen. Wanneer de korrels niet aan die norm voldoen, kunnen zij immers niet binnen de EU als voorwerp/sportartikel/speeltoestel worden gebruikt.

Graag zouden wij van de ILT gemotiveerd vernemen of de ILT met ons van oordeel is dat de betreffende rubberkorrels (evenals de banden waarvan zij afkomstig zijn) kwalificeren als afvalstof.

Indien er sprake is van een afvalstof, dan verzoek ik u aan te geven of en op welke wijze de ILT voornemens is om handhaving toe te passen jegens de leveranciers van dit granulaat en gemeenten en anderen die als eigenaar/verhuurder van velden clubs hierop laten spelen.

Zouden wij uw standpunt in dezen binnen veertien dagen mogen ontvangen?

Met vriendelijke groet,

Robbert van Duin

voorzitter Recycling Netwerk