Nieuwe regels permanente bewoning recreatiewoningen

Publicatiedatum: 6 jul 2016Op 22 juni 2016 heeft de gemeenteraad de beleidsnota ‘permanente bewoning recreatiewoningen’ vastgesteld. Hierin staan beleidsregels voor het handhaven van niet toegestane permanente bewoning van recreatiewoningen en het verlenen van persoonsgebonden omgevingsvergunningen en gedoog-beschikkingen voor de permanente bewoning van recreatiewoningen.Persoonsgebonden vrijstellingen en persoonsgebonden gedoogbeschikkingen

Met de genoemde beleidsnota wordt voortgeborduurd op het beleid dat de gemeente Reeuwijk in 2007 heeft vastgesteld. In de beleidsnota zijn vier categorieën van situaties opgenomen:

Personen die al voor 31 oktober 2003 in een recreatiewoning in Reeuwijk of Bodegraven woonden en hiervan bewijsstukken kunnen overleggen, komen in aanmerking voor een persoonsgebonden omgevingsvergunning, mits de woning voldoet aan bouwtechnische eisen;
Personen die na 31 oktober 2003, maar voor 1 januari 2008 in een recreatiewoning in Reeuwijk zijn komen wonen en hiervan bewijsstukken kunnen overleggen, komen in aanmerking voor een persoonsgebonden gedoogbeschikking;
Tegen personen die na 1 januari 2008 in een recreatiewoning in Reeuwijk zijn komen wonen of onvoldoende bewijsstukken hebben overlegd waaruit blijkt dat ze er al eerder woonden, zal handhavend worden opgetreden.
Tegen personen die na 31 oktober 2003 in een recreatiewoning in Bodegraven zijn komen wonen zal handhavend worden opgetreden.
Voor bewoners van recreatiewoningen in Reeuwijk is een peildatum van 1 januari 2008 gehanteerd. Dit omdat de voormalige gemeente Reeuwijk in 2007 beleid heeft vastgesteld ten aanzien van bewoning van recreatiewoningen en dit heeft gepubliceerd. De voormalige gemeente Bodegraven heeft geen beleid vastgesteld ten aanzien van bewoning van recreatiewoningen. Daarom geldt daarvoor de peildatum van 31 oktober 2003, die door de minister van VROM was vastgesteld in 2003.

Procedure; eigenaren recreatiewoning geïnformeerd

Alle eigenaren van een recreatiewoning in de gemeente Bodegraven-Reeuwijk worden binnenkort aangeschreven. Aan hen wordt uitgelegd dat de gemeenteraad de beleidsnota heeft vastgesteld en wat hiervan de gevolgen zijn. De eigenaren wordt verzocht de eventuele eerdere verleende persoonsgebonden vergunningen of gedoogbeschikkingen aan de gemeente te versturen. Verder wordt aan de eigenaren gevraagd of en zo ja, sinds wanneer ze in de recreatiewoning wonen. Daarbij wordt hen ook verzocht om bewijsstukken te overleggen. Gelijktijdig wordt via de Basisregistratie Personen (BRP) onderzocht welke personen zich in een recreatiewoning hebben ingeschreven. Tegen personen die onterecht permanent in een recreatiewoning wonen wordt een handhavingsprocedure gestart. Personen die daar recht op hebben kunnen een persoonsgebonden omgevingsvergunning of een persoonsgebonden gedoogbeschikking aanvragen.

Beleidsnota inzien

Wanneer u eigenaar bent van een recreatiewoning in de gemeente Bodegraven-Reeuwijk en u ontvangt onverhoopt geen brief, dan verzoeken wij u deze publicatie als zodanig te beschouwen. De beleidsnota is in te zien in het klantcontactcentrum ‘Bij Everts’ en via de website van de gemeente. Voor vragen over de beleidsnota en de procedure kunt u contact opnemen met Barbara Drost of Tanja Revet.

Handhaving plassengebied

Op dit moment worden er in een gedeelte van het Plassengebied al controles uitgevoerd op de permanente bewoning van recreatiewoningen. Ook worden er controles uitgevoerd op de zogenaamde onbebouwde natuurpercelen. Deze controles vloeien voort uit de plannen van aanpak voor handhaving plassengebied die zijn vastgesteld door het college van Burgemeester en Wethouders.

Werkwijze inspecteur ODMH

Een inspecteur van de Omgevingsdienst Midden-Holland (ODMH) bezoekt de percelen waarop recreatiewoningen aanwezig zijn en de onbebouwde natuurpercelen. Tijdens zijn bezoek neemt de inspecteur op welke bebouwing aanwezig is en hoe de bebouwing gebruikt wordt. Hij stelt hiervan een rapportage op. Deze rapportage wordt beoordeeld door de ODMH, waarna wordt bepaald welke bebouwing kan worden gelegaliseerd en welke bebouwing moet worden verwijderd. Voor de bewoning van recreatiewoningen wordt bepaald of er een persoonsgebonden beschikking kan worden verleend of dat er moet worden gehandhaafd. Voor informatie over de controlebezoeken kunt u contact opnemen met de ODMH.