Het project Vervanging Vuurmonden M114 en M109 door de PzH2000

De Koninklijke landmacht bereidt de vervanging voor van alle operationeel en technisch verouderde, niet-gepantserde, getrokken vuurmonden van het type M114. Daarnaast worden ook alle paraat ingedeelde gemechaniseerde, gepantserde vuurmonden van het type M109 vervangen. Deze typen voldoen niet meer aan de eisen die het moderne gevechtsveld stelt. Met name de lage vuursnelheid, de korte dracht (maximaal 18 km) en de geringe bescherming vormen grote tekortkomingen.

Op 29 september 2000 (Kamerstuk 27 400 X, nr. 4) informeerde ik u over de resultaten van de gecombineerde voorstudie-/studiefase. De Duitse Panzerhaubitze 2000 (PzH2000) kwam daaruit naar voren als het enige systeem dat voldoet aan alle eisen. Hierbij ga ik in op de uitkomst van de verwervingsvoorbereiding, waarna ik voorstel tot verwerving over te gaan.

Inleiding

De operationele behoefte

De vuurmonden van de artillerie-eenheden hebben tot taak doelen te bestrijden die buiten het bereik liggen van de bij gevechtseenheden ingedeelde wapensystemen, zoals tanks en antitankwapens. De houwitsers vullen deze aan en zijn daarom onmisbaar voor het ondersteunen van mogelijke gevechtsacties in het kader van vrede-afdwingende operaties en de bondgenootschappelijke verdediging. Juist bij de eerstgenoemde categorie operaties is behoefte aan capaciteit om over vuurkracht over een lange afstand en met een hoge mate van precisie te kunnen beschikken. Een vuurmond met een lange dracht en een hoge nauwkeurigheid, in combinatie met het gebruik van slimme munitie en nauwkeurige doelopsporingsmiddelen, kan in een groot gebied gedoseerd en exact artillerievuur uitbrengen. Dit draagt in hoge mate bij aan de escalatiedominantie en aan de bescherming van eigen troepen. De nieuwe vuurmond zal, vanwege het hoge risico van bestrijding door vijandelijke wapensystemen, snel en eenvoudig van stelling moeten kunnen veranderen, het zogenaamde shoot and scoot - principe. Tezamen met een behoefte aan bescherming tegen klein kaliber wapens en NBC-middelen, hebben deze eisen geleid tot een keuze voor een gepantserde, gemechaniseerde vuurmond.

In mijn brief van 29 september 2000 meldde ik dat de PzH2000 als enige van de in beschouwing genomen alternatieven tegemoet komt aan de eisen. De PzH2000 vormt de sleutel tot de stroomlijning en flexibilisering van het vuursteunsysteem van de Koninklijke landmacht en past derhalve volledig binnen de uitgangspunten van de Defensienota 2000. Het is een moderne, bepantserde vuurmond op een rupsonderstel en met een schietbuis met een kaliber van 155mm. De houwitser is in staat standaard projectielen tot 30 km en langedracht projectielen tot zelfs 40 km te verschieten. De schietbuis kan snel en met grote nauwkeurigheid in schootsrichting worden gebracht. Door de combinatie van GPS, voertuigsensoren en boordcomputer is het systeem in hoge mate autonoom. Door een geautomatiseerde aanvoer van de zware 155 mm projectielen kan de vuurmond de hoge vuursnelheid van 8 schoten per minuut bereiken. De bepantsering biedt bescherming tegen mijnen, pantserdoorborende klein kaliber munitie en scherfwerking van artillerie- en mortierprojectielen. Ook de bescherming tegen NBC-middelen is gewaarborgd.

De drie gemechaniseerde brigades van de Koninklijke landmacht kennen elk een artillerie-afdeling met ieder 24 vuurmonden M109. Voor de studie Grondgebonden Vuursteun heeft TNO met behulp van een softwarepakket het verloop van het artilleriegevecht met de PzH2000 gesimuleerd. Dit ter verificatie van het in mijn brief van 29 september 2000 genoemde aantal van 18 systemen per afdeling. Gebleken is dat een minimum aantal van 18 vuurmonden PzH2000 per afdeling voldoende is om effectief op te treden.

Voor de parate afdelingen Veldartillerie zijn derhalve 54 nieuwe vuurmonden benodigd. Tezamen met 3 systemen ten behoeve van de algemene reserve wordt hiermee de totale behoefte aan 57 PzH2000 uit de brief van 29 september 2000 nogmaals bevestigd. In de Defensienota 2000 wordt de noodzaak aangegeven om de paraatheid en de inzetbaarheid van Nederlandse landstrijdkrachten te vergroten. In dat licht worden ook bovengenoemde nieuwe vuurmonden volledig paraat gesteld, behoudens de 3 systemen voor de algemene reserve. De paraatstelling geschiedt personeelsneutraal.

Bij de drie resterende reserve afdelingen blijven de beste M109´s ingedeeld. De in vredestijd benodigde houwitsers voor rij-, bedienaars- en onderhoudsopleidingen worden onttrokken aan de algemene reserve en aan het ingedeelde bestand.

Resultaten verwervingsvoorbereiding

Voor de productie en levering van 57 vuurmonden van het type PzH2000 is bij de firma Krauss Maffei Wegmann (KMW) een offerte aangevraagd. De onderhandelingen zijn gevoerd op basis van de ontvangen offerte en de door de Defensie Accountantsdienst uitgevoerde controle naar de prijsstelling.

De offerte gaat uit van een systeem dat in Duitsland reeds in productie is en door de Duitse overheid is gekwalificeerd. Voor de Nederlandse toepassing wordt het Duitse basisontwerp nagenoeg geheel overgenomen. Alleen de software van de boordcomputer moet nog worden aangepast aan de meest recente Navo-eisen ten aanzien van het verwerken van munitiedata. Dit geldt overigens ook voor Duitsland. Verder moeten enkele vuurregelfuncties worden aangepast vanwege onder andere de nationaal gevoerde munitiesoorten, vuurregelingsprocedures en C2-systemen. De kosten van de aanpassingen zijn opgenomen in de offerte.

De onderhandelingen hebben erin geresulteerd dat het project binnen het taakstellend budget van ¬ 422 miljoen (inclusief 19% btw, pp 2001) kan worden uitgevoerd. Hierbij is een aanzienlijke reductie ten opzichte van de ingediende offerte bereikt. In dit budget is overigens een bedrag van ¬ 33 miljoen opgenomen voor een initiële voorraad langedrachtmunitie, die via een separate overeenkomst in een later stadium wordt verworven. U bent hierover in mijn brief van 29 september 2000 reeds geïnformeerd.

De met KMW overeengekomen prijzen betreffen de houwitser, een initiële voorraad reservedelen, speciale gereedschappen, opleidingsleermiddelen en documentatie. Daarnaast is een prijs overeengekomen voor de verificatie waaraan de eerste twee systemen medio 2004 onderworpen zullen worden, om te beoordelen of de Nederlandse specifieke aanpassingen op de juiste wijze zijn aangebracht en functioneren.

Aangezien de PzH2000 door KMW in opdracht van de Duitse overheid is ontwikkeld, verlangt Duitsland van derden die dit systeem willen verwerven, een vergoeding als bijdrage in de betaalde ontwikkelingskosten. Duitsland heeft na onderhandelingen hierover aangegeven dat Nederland een bedrag van ongeveer ¬ 11,4 miljoen aan royalties moet betalen. Dit bedrag komt volgens Duitsland overeen met de bedragen die ook Griekenland en Italië in het kader van hun vervangingsprogramma´s aan Duitsland betalen. Een en ander wordt geformaliseerd in een tussen Duitsland en Nederland te sluiten Memorandum of Understanding (MOU). Hierin worden ook afspraken opgenomen over informatie-uitwisseling tussen de Duitse en Nederlandse overheid, het beschikbaar stellen van overheidsdiensten en een gezamenlijke studie naar mogelijkheden voor multinationale samenwerking in de gebruiks- en instandhoudingsfase.

Internationale samenwerking

Samenwerking met landen waar de PzH2000 wordt ingevoerd, heeft operationele, logistieke en financiële voordelen. Nederland en Duitsland streven naar een logistiek en operationeel samenwerkingsverband en trachten hier ook andere (potentiële) PzH2000 gebruikende landen bij te betrekken. Dit zijn in eerste instantie Griekenland dat in juli 2001 24 vuurmonden heeft besteld en Italië dat naar verwachting medio 2002 een order voor 70 systemen zal plaatsen, waarbij de productie onder licentie in Italië zal plaatsvinden. In Zweden loopt tot het najaar 2003 een demonstratieprogramma. De PzH2000 is een van de kandidaten. Een beslissing van Zweden is niet eerder dan eind 2003 te verwachten. Een gemeenschappelijke verwerving met de genoemde landen is niet mogelijk vanwege de afwijkende nationale planningen.

Een samenwerkingsverband dat reeds op korte termijn geformaliseerd kan worden, betreft de combinatie van delen van de Duitse en Nederlandse rij-opleidingen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een Duitse rijsimulator. Daardoor hoeft Nederland geen eigen simulator aan te schaffen. Hiermee is in de offerte reeds rekening gehouden.

Inschakeling Nederlandse industrie

De leverancier, firma KMW, zal de totale waarde van de te plaatsen opdracht compenseren, waarvan ongeveer 50% door directe compensatie. Dit laatste wordt gerealiseerd door een participatie in de productie van de PzH2000 door in het bijzonder de RDM. Het pakket omvat onder andere het lassen en bewerken van toren en romp, de assemblage van de toren en de gedeeltelijke assemblage van het onderstel. De overige 50% zal via indirecte compensatie ten goede komen aan de Nederlandse industrie. Het voorliggende compensatiepakket heeft de instemming van het ministerie van Economische Zaken.

De export van militaire goederen die uit de compensatie voortvloeit, is vergunningplichtig. Nederland toetst met inachtneming van de definitieve eindbestemming van de goederen. De producent weet dat leveringen aan derde landen wat betreft het Nederlandse aandeel onderhevig zijn aan het Nederlandse wapenexportbeleid. Alle vergunningaanvragen voor militaire uitvoer uit de compensatie zullen strikt aan de criteria van dit beleid worden getoetst.

Personele gevolgen

Bij de reorganisatie van de Koninklijke landmacht in het kader van de herschikking van de gevechtskracht werd een voorschot genomen op de invoering van effectievere en personeelsarmere vuurmonden. Het hieraan gerelateerde totale aantal parate functies bij de afdelingen wordt zodoende met 80 gereduceerd. De reductie is als gevolg van de Defensienota 2000 al in de plannen van de Koninklijke landmacht verwerkt.

Financiële aspecten

Voor de vervanging van de vuurmonden van het type M114 en M109 was in de brief van 29 september 2000 een taakstellend budget opgenomen van ? 900 miljoen (¬ 408 miljoen). Na prijscorrectie en aanpassing van het btw-percentage is het taakstellend budget in de begroting voor 2002 verhoogd tot ¬ 422 miljoen.

De investeringskosten voor 57 vuurmonden van het type PzH2000 bedragen ¬ 322,2 miljoen. De maximale investeringskosten voor de randapparatuur (reservedelen, speciale gereedschappen, onderwijsleermiddelen en documentatie) bedragen ¬ 34,5 miljoen. De initiële investering komt hiermee in totaal op ¬ 356,7 miljoen.

Het resterende deel van het budget, i.c. ¬ 65,3 miljoen, blijft gereserveerd voor de separate verwerving van langedrachtmunitie (¬ 33 miljoen), aanpassingen aan de infrastructuur (¬ 2,5 miljoen), royalties (¬ 11,4 miljoen), verificatiekosten (¬ 0,9 miljoen) en diversen (¬ 17,5 miljoen). Het laatstgenoemde bedrag is onder andere nodig voor interfaces voor C2-voorzieningen, munitie voor het inschieten van de schietbuizen en onvoorziene zaken.

Naast de genoemde investeringskosten is er sprake van jaarlijkse exploitatiekosten. De gemiddelde jaarlijkse exploitatie-uitgaven (exclusief munitie en inclusief bedienend en onderhoudspersoneel) worden thans geraamd op ¬ 26 miljoen. Voor de munitie bedragen deze uitgaven ongeveer ¬ 4 miljoen per jaar (vredesverbruik). De eerste jaren na instroming van de nieuwe vuurmonden behoeft er evenwel geen munitie voor vredesverbruik te worden gekocht, aangezien er voldoende voorraad van de huidige munitie aanwezig is die ook door de nieuwe vuurmond kan worden verschoten.

Slot

De onderhandelingen over de offerte van het Duitse bedrijf KMW hebben geleid tot een prijs die past binnen het taakstellende budget. Met de PzH2000 wordt een uitontwikkeld en beproefd systeem verworven, dat reeds enkele jaren in gebruik is in Duitsland. De totale waarde van de te plaatsen opdracht zal worden gecompenseerd, waarvan ongeveer 50% direct.

Op basis van bovenstaande ben ik voornemens, desgewenst na overleg met u, over te gaan tot de verwerving van 57 vuurmonden van het type PzH2000 van de firma KMW. De eerste leveringen van de nieuwe vuurmonden worden verwacht vanaf medio 2004. Over het resultaat van de verwervingsvoorbereidingsfase voor de munitie wordt u separaat geïnformeerd.

DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE,

H.A.L. van Hoof