Jaarvergadering CBOB

Alleen de uitgesproken tekst geldt.

Dames en heren,

In de eerste honderd dagen van het kabinet-Balkenende IV, kom ik natuurlijk op veel plekken voor het eerst. En deze jaarvergadering is mijn eerste bezoek aan de binnenvaartsector. Als staatssecretaris van de ChristenUnie vind ik het prettig dat ik bij mijn eerste binnenvaartbezoek te gast ben bij de christelijke bond. Dat voelt toch een beetje als thuiskomen. We zijn het er allemaal over eens dat de binnenvaart een hele mooie en belangrijke sector is. U kent de cijfers: veertig procent van al het goederenvervoer binnen ons land gaat over het water. Voor het vervoer van bulkgoederen over langere afstand, zoals zand en grind, is dat zelfs tachtig procent. Dat zijn indrukwekkende cijfers, en dan druk ik me nog voorzichtig uit.

Uit deze cijfers blijkt ook dat de betekenis van de sector breed is. De binnenvaart ontlast de Nederlandse wegen en versterkt de positie van onze zeehavens. Als de binnenvaart het transport van en naar het achterland niet voor haar rekening nam, zouden de zeehavens niet volwaardig functioneren. Dan zou Nederland zijn rol als internationaal knooppunt ook niet zo goed kunnen vervullen als nu. Het ongeluk bij Keulen afgelopen week heeft pijnlijk duidelijk gemaakt wat er gebeurt als de binnenvaart niet functioneert. Ik heb afgelopen vrijdag mijn hulp nog aangeboden, maar in de loop van de avond werd duidelijk dat de stremming gelukkig was opgelost. In de Centrale Commissie voor de Rijnvaart zullen we aan de orde stellen wat we van dit incident kunnen leren. Want door de stremming op de Rijn leden niet alleen de eigenaren van de schepen grote financiële schade, ook de vervolgschade bij de bedrijven die hun goederen niet ontvingen was groot. De regering onderkent het belang van de binnenvaart en heeft daarom ook extra geld vrijgemaakt voor uw sector. Dat wil zeggen, er is 250 miljoen extra voor wegen én vaarwegen.

De komende weken en maanden bekijkt het kabinet in dialoog met de samenleving, ook met u, hoe we die extra gelden gaan verdelen. Binnenkort kan ik u daar meer over vertellen. Nu wil ik u in vogelvlucht meenemen langs een aantal belangrijke uitgangspunten en prioriteiten voor de komende periode.

In Nederland gaat heel veel transport over water, net noemde ik de cijfers. Kijkend naar de groeiprognoses zal het totale goederenvervoer de komende decennia flink groeien. Voor de binnenvaart zal het een enorme prestatie zijn om het huidige aandeel vast te houden. Daar is al flink wat groei voor nodig. Mijn boodschap aan u is daarom: zorg dat u nummer één blijft! Daarbij mag u ook op mijn inzet rekenen. Ik wil er bijvoorbeeld, samen met de provincie en gemeenten, voor zorgen dat de natte bedrijventerreinen en loskades verbeterd worden. En ik vind het ook belangrijk om ervoor te zorgen dat kleinere schepen kunnen blijven varen. Want juist die kunnen in de haarvaten van ons vaarwegennet héél ver komen. Wat dát betreft kan groei ook in kleine dingen zitten.

Een ander belangrijk thema voor de binnenvaart is duurzaamheid. Vanuit mijn persoonlijke overtuiging beschouw ik het als een opdracht om zuinig te zijn op de wereld om ons heen. Gelukkig is ook het coalitieakkoord hier glashelder over: de CO₂ uitstoot moet omlaag. En ook al is de binnenvaart al behoorlijk efficiënt als je kijkt naar het energieverbruik per ton en per kilometer, het kan nog beter. Niet alleen het milieu vaart wel bij duurzaamheid, het is ook goed voor uw eigen portemonnee, want brandstofbesparing betekent minder kosten en meer winst. Binnenkort wil ik een energiebesparingsprogramma starten dat een besparing van vijf procent beoogt. Maar als we de handen ineenslaan, is misschien nog meer mogelijk. Dus laten we daar vooral naar streven!

Als ik het over duurzaamheid heb, zeg ik ook innovatie. Die twee begrippen gaan hand in hand. Op dat punt moeten we elkaar – overheid en sector – weten te vinden. We moeten er sámen voor zorgen dat brandstof en motoren steeds schoner worden, zodat de binnenvaart in de pas blijft lopen met het wegvervoer. Het binnenvaartconvenant dat u vorig jaar met minister Peijs ondertekende, is dan ook een stap in de goede richting.

Een laatste opmerkingen wil ik maken over de internationale versterking van de binnenvaart, met name in Europa. Onze binnenvaartvloot is de grootste van Europa. De helft van de Europese vloot vaart onder Nederlandse vlag. Waar een klein land groot in kan zijn! Nederland heeft als binnenvaartland dus een uitstekende positie binnen Europa en dat wil ik vooral zo houden. Een actueel Europees thema is de mogelijke corridor van de Noordzee naar de Zwarte Zee. Dit zou mijns inziens een heel positieve ontwikkeling zijn voor de binnenvaart en het gebied rondom de Zwarte Zee. Ik wil mij inspannen om deze corridor goed op de Europese agenda te krijgen. Op het gebied van regelgeving kan er ook nog wel het een en ander verbeteren. Als alle landen dezelfde regelgeving hebben, wint de binnenvaart in Europa automatisch aan kracht: het level playing field. Voor dit soort dingen ga ik me hard maken in de Centrale Commissie voor de Rijnvaart, die daarbij een zeer grote rol heeft, en ook in de de Europese Unie.

Dames en heren,

Ik kan hier natuurlijk niet staan, zonder iets het over het thema van deze dag te zeggen: veiligheid. Voorop staat dat de binnenvaart al een heel veilige bedrijfstak is. Maar het kan geen kwaad om te kijken hoe het nóg beter kan. Helaas is er de afgelopen jaren een toename van incidenten te zien, ook met dodelijke afloop. Het is belangrijk de oorzaken hiervan te analyseren en om wanneer dat nodig zou zijn maatregelen te nemen. We hebben het immers over de veiligheid van mensen: schippers, bemanning en bewoners langs de rivieren. Het is een goede ontwikkeling dat steeds meer landen River Information Services opzetten. Want goede informatieuitwisseling over scheepvaartbewegingen, ladingen, vaarroutes, stremmingen en dergelijke, komt de veiligheid simpelweg ten goede. Het is dan ook mijn ambitie om RIS zo snel mogelijk in Nederland in te voeren.

Als laatste zal het u interesseren dat ik ga kijken of het Groot Onderhoud aan de vaarwegen versneld kan worden uitgevoerd. Het vorige kabinet heeft daar flink wat geld voor opzij gezet. Maar de deadline tot 2020 lijkt mij vrij ruim. Nu is tot 2010 alles al ingepland, maar ik wil bezien of er in de jaren daarna tijdswinst te behalen valt. Te zijner tijd hoor ik graag van u wat de prioriteiten zouden moeten zijn.

Dames en heren,

Ik hoop van harte dat we elkaar de komende jaren vaker zullen spreken. Want ik hecht grote waarde aan goede banden met de sector. Dus als de eerste honderd dagen van dit kabinet voorbij zijn, houdt wat mij betreft het gesprek niet op. Ik neem dan ook afscheid met een welgemeend tot ziens!

Dank u wel.