Nazorg ontoereikend bij meerderjarigheid tijdens jeugddetentie

Nazorg kan onvoldoende worden gerealiseerd als iemand meerderjarig wordt tijdens jeugddetentie. De kaders voor nazorg zijn in die situatie ontoereikend. Dit concluderen de Inspectie voor de Sanctietoepassing (ISt) en de Inspectie Jeugdzorg (IJZ) uit het rapport 'Jeugddetentie, nazorg en reclasseringstoezicht, Casus R' dat staatssecretaris Albayrak van Justitie naar de Tweede Kamer heeft gezonden.

Naar aanleiding van een steekpartij met dodelijke afloop in Rotterdam op 7 juni 2007 heeft staatssecretaris Albayrak de ISt en de IJZ verzocht het justitiële traject van de verdachte in deze zaak te onderzoeken. Voorafgaand aan de gebeurtenis heeft deze namelijk jeugddetentie ondergaan in diverse JJI’s. Ook verkeerde hij ten tijde van het delict nog in de proeftijd van een voorwaardelijke plaatsing in een justitiële jeugdinrichting (PIJ). De verdachte is overigens nog niet veroordeeld.

Belangrijkste conclusie van de inspecties is dat in deze casus de nazorg is uitgebleven. Oorzaak daarvan is dat de kaders voor de (jeugd)reclassering ontoereikend zijn om goede nazorg te kunnen realiseren als iemand meerderjarig wordt tijdens jeugddetentie. Daarnaast constateren de inspecties dat er in deze casus sprake was van tekortkomingen bij het opstellen van het verblijfsplan en het overdragen van informatie tijdens de verschillende fases in de detentieperiode.

Stevige verbetertrajecten

Naar aanleiding van de in september verschenen inspectierapporten 'Veiligheid in justitiële jeugdinrichtingen' en het in oktober verschenen rapport 'Detentie, behandeling en nazorg van criminele jongeren' van de Algemene Rekenkamer zijn reeds stevige verbetertrajecten ingezet om te komen tot een effectiever verblijf in een JJI en tot een adequate nazorg. Daarbij gaat het onder andere om de instelling van een zogenaamd netwerkberaad, waarbij reeds tijdens het verblijf in een JJI de (jeugd)reclassering ingeschakeld wordt en om een betere informatieverstrekking aan gemeenten over personen die een JJI verlaten.

Voorts wordt op dit moment onderzoek gedaan naar de wettelijke verplichting tot nazorg in alle gevallen na een verblijf in een JJI. "Ik acht het van groot belang dat alle jeugdigen na een strafrechtelijke interventie een optimale begeleiding krijgen, ook jeugdigen die tijdens het verblijf in de JJI meerderjarig zijn geworden", aldus staatssecretaris Albayrak.