Toespraak van staatssecretaris A. Aboutaleb van Sociale Zaken en Werkgelegenheid bij de afsluiting van Grijs Werkt op 6 februari 2008 te Utrecht.

Dames en heren. We nemen vandaag afscheid van de Regiegroep Grijs Werkt en met name van al die mensen die zich de afgelopen jaren voortvarend hebben ingezet voor de arbeidsparticipatie van ouderen. Er is het een en ander bereikt, vooral in de beeldvorming. De broodnodige cultuuromslag van ouderen langer aan het werk, nodig om het land draaiende te houden, wordt langzaam maar zeker gemaakt. Het is op de agenda gezet, nu de praktijk nog.

De vergrijzing heeft een dubbel effect. Ten eerste de krapte op de arbeidsmarkt. Bedrijven en hele bedrijfstakken worden geconfronteerd met een toenemende uitstroom van ouderen. Dat gaat ook essentiële maatschappelijke functies raken: onderwijs, zorg, veiligheid. Het lerarentekort is nog maar het eerste symptoom. Als dit niet wordt opgelost dan lijdt het onderwijsniveau, het kennisniveau en de economie eronder. Ten tweede zal de arbeidsparticipatie structureel hoger moeten zijn om de groei vast te houden en de kosten van vergrijzing te kunnen betalen. Daarom ook hebben we ons een arbeidsparticipatie van 80% als doel gesteld, om ingrijpende aantasting van de oudedagsvoorziening en andere voorzieningen te kunnen vermijden. Lukt dat niet dan zal ergens pijn geleden worden. Daarom is het zo belangrijk ouderen te stimuleren om te werken en vooral te blijven werken.

Cijfers tonen aan dat we de goede kant opgaan. De trend van eerder stoppen met werken wordt langzaam maar zeker omgebogen. De gemiddelde uittreedleeftijd, nu 61, gaat geleidelijk omhoog. Werd in 2001 nog voor meer dan 80 procent van de werknemers CAO-afspraken gemaakt voor vervroegd uittreden, inmiddels zitten we op de 10 procent.

Maar het is nog lang geen vanzelfsprekendheid. Het aantal ouderen dat zonder werk zit is nog altijd onevenredig hoog en ook hun kansen om terug te keren in het arbeidsproces is nog altijd kleiner dan van jongeren. Ook zijn er nog te veel ouderen die voor hun 65ste uit eigen beweging het werkzame leven vaarwel zeggen. Vraag is hoe dat komt en wat we er verder nog aan kunnen doen.

In ieder geval is er nog geen reden om het veldwerk van Grijs Werkt helemaal stop te zetten. Deels gaat het medio vorig jaar in het leven geroepen Actieteam Talent 45+ door waar Grijs Werkt stopt. Met onder meer als doel in twee jaar tijd 30.000 45-plussers extra aan de slag te krijgen. Dat is hard nodig. Ik ken gemeenten waar de kaartenbakken met werkzoekenden alleen nog maar 45-plussers telt. Het is overigens niet zo dat ouderen gemiddeld vaker ontslagen worden dan jongeren, maar zijn ze eenmaal werkloos dan komen ze bijna niet meer aan een baan. Recent onderzoek, onder meer van TNO, toont aan dat ondanks de krapte op de arbeidsmarkt het voor werklozen ouder dan 55 jaar moeilijk is om aan een baan te komen. Slechts drie procent vond in 2006 binnen een jaar werk. Ik wil zelf leiding geven aan de discussie hoe ouderen aan het werk te krijgen. Daarom zal ik het actieteam ook zelf leiden.

Het actieplan, dat eind 2006 van start ging, begint zijn vruchten af te werpen. De 30.000 halen we op onze sloffen: De teller is inmiddels de 24.000 gepasseerd. Mede door de verbeterde samenwerking tussen de uitvoerders waarvoor het actieteam heeft gezorgd. Je moet in een kommetje melk heel wat slagen maken om slagroom te krijgen. Daarom is er meer nodig. Voor veel werkgevers zijn werknemers na hun 45ste niet meer aantrekkelijk. Een categorie waar ik overigens sinds vorig jaar ook tot behoor.

Ik bedacht me de ochtend van mijn 46ste verjaardag: Stel ik was zonder werk. Dan zag mijn toekomst er niet al te best uit. Behalve dat ik in de ogen van velen de mìddelbare leeftijd zou hebben bereikt, volgens de wetten van de arbeidsmarkt zou ik ook nog eens moeilijk bèmiddelbaar zijn. Noem alle stigma's maar op: Vaker ziek. Minder productief. Nauwelijks gemotiveerd. Niet flexibel. En door allerlei ontziemaatregelen ook nog eens duurder en vaker afwezig. En dan in mij geval ook nog eens allochtoon. Dames en heren, ik geef het u op een briefje: Geen werkgever zou op me zitten wachten. Ik zou niet alleen oud, maar ook afgeschreven zijn. Het enige wat ik nog kon doen is staatssecretaris worden.

Oke, ik geef het direct toe, ik overdrijf door alle vooroordelen en clichés op een hoop te gooien. Maar toch. Feit is dat oudere werkzoekenden nog onvoldoende profiteren van de teruglopende werkloosheid. Of zoals dat het in economentermen heet: Een veroudering van het personeelsbestand betekent in de ogen van werkgevers toenemende kosten en een productiviteitsontwikkeling die daarmee geen gelijke tred houdt. Want er zijn gewoon geen jongeren meer. Dus dringen nieuwe kennis en vaardigheden steeds trager in de arbeidsmarkt door. Ik vraag me af; waarom zijn de branches niet onrustig? Die moeten aan de bel trekken. We moeten investeren in een levenlang leren via het arbeidscontract. En de kennis en vaardigheden van ouderen zo veel en zo lang mogelijk behouden.

Vraag is hoelang werkgevers vol kunnen houden niet in ouderen te investeren. En wat is oud? Uit een recent onderzoek van Ecorys, blijkt dat als je het op de man af vraagt, de meeste werkgevers werknemers pas na hun 54ste als oud gaan beschouwen. Dus zou je dat ook terug moeten zien in de werkloosheidscijfers. Al dan niet ingegeven door oplopende tekorten op de arbeidsmarkt. Edoch, concluderen de onderzoekers, ondanks deze grote veranderingen waarbij vervroegd uittreden minder vanzelfsprekend is geworden, werkenden dus langer doorwerken en werknemers op een latere leeftijd oud genoemd worden, is helaas het beeld over oudere werknemers niet veranderd. Dat is zorgelijk.

We zien een beeld van ouderen als loyale, betrouwbare en sociaalvaardige werknemers, maar anderzijds duurder, minder productief, vaker ziek en afwezig. Toch zijn in praktijk ouderen niet vaker ziek. Te duur? In veel CAO's bereik je snel je top, dus dat valt ook wel mee. Minder productief? Ook niet bewezen. Wel dat ouderen zich uit de markt prijzen met die zogenaamde ontziemaatregelen.

Die maatregelen dateren van zo'n 25 jaar geleden. Weet u het nog, het akkoord van Wassenaar? Beginjaren tachtig. Het land bevindt zich in een diepe recessie: De werkgelegenheid stort in, de werkloosheid explodeert, de overheidschuld is torenhoog. Het dan net aangetreden eerste kabinet-Lubbers kondigt drastische bezuinigingen aan. Sociale partners sluiten in november een akkoord in een poging het tij te keren. Loonmatiging in ruil voor banen. Ouderen die plaatsmaken voor werkloze jongeren. Herverdeling van arbeid via arbeidstijdverkorting en vervroegde uittreding. Met succes: werkte in 1982 slechts de helft van de bevolking van 15-64 jaar, nu is dat zeventig procent.

Een prachtig akkoord waar we lang plezier van hebben gehad. Maar de toen gemaakte afspraken zijn na een kwart eeuw in ons nadeel gaan werken omdat we ze in de loop der tijd zijn gaan beschouwen als verworvenheden. De discussie ging destijds niet over andere werktijden, maar over arbeidstijdverkorting als instrument om de werkloosheid onder jongeren aan te pakken. Dat destijds nuttige instrument keert zich nu tegen ouderen. Gelukkig raken ook sociale partners langzaam maar zeker daarvan doordrongen en zie je steeds meer van dergelijke ontzie-maatregelen uit de CAO's verdwijnen. Dat gebeurt niet zonder slag of stoot. Dat merkte ik ook tijdens het rondje ondernemingsraden bellen in het kader van een actie van Grijs Werkt. Dat was een eyeopener en schok tegelijk.

Een groot deel van de raden bleek geenszins van plan de regelingen voor vervroegde uittreding te agenderen. Men zag het als een verworven recht waar je van af diende te blijven. Enig lichtpuntje was dat 56% van de ondernemingsraden leeftijdsbewust beleid inmiddels wel op de eigen agenda had gezet.

Wat sowieso opvalt, is dat ouderen in Nederland veel te weinig worden gewaardeerd. Dat is in feite de kern van het probleem. Nog zo'n vooroordeel. Ze passen niet in het team. Uit oogpunt van diversiteit zou je ze dan juist moeten aannemen: Werf mensen die in een andere levensfase zitten, die kritische vragen stellen, die een andere opleiding hebben gehad of uit een andere cultuur komen. Dat geeft dynamiek. Het lijkt alsof we niet zozeer problemen hebben met oudere werknemers, maar met ouder worden. Immers, in vrijwel de meeste culturen staat ouderdom voor wijsheid en levenservaring. En krijgen ouderen het respect dat ze op grond van hun leeftijd verdienen. Immers, wie een nacht ouder is dan jij, kent een list meer dan jij. Maar blijkbaar niet in Nederland.

Toch zijn er genoeg ouderen zelfs tot na hun zeventigste nog actief. Onze eigen Hanny van Leeuwen is een goed voorbeeld, 82. Maar ook de koningin, net 70 geworden. De interim-burgemeester van Eindhoven: Gerrit Braks is 74. Harry Mulish, 82. Anton Geesink, 73 en nog altijd actief lid van het Internationaal Olympisch Comité. En zo kan is nog wel even door gaan. Nou zeg ik niet dat we allemaal Hanny van Leeuwens moeten worden - daarvan is er ook maar één - wel dat het weer normaal moet worden om in ieder geval tot je 65ste door te werken. En daar voeg ik direct aan toe dat we natuurlijk ook oog moeten hebben voor mensen in zware beroepen.

Dames en heren. Grijs Werkt neemt vandaag afscheid. En wel met een flink aantal aanbevelingen. Aanbevelingen om de positie van ouderen te verbeteren. Veel van de voorstellen zal ik zeker ook onder de aandacht van de Commissie Bakker brengen. We gaan er zeker mee aan de slag.

Rest mij in ieder geval de hier aanwezige leden van Grijs Werkt heel hartelijk te danken voor hun inzet de afgelopen jaren: Ed Nijpels en Hanny van Leeuwen. Ben Pauw, Jan van Zijl en Gerrit-Jan Wolfensperger zijn niet aanwezig, maar ook hen wil ik hartelijk danken. En misschien kunnen jullie aan collega Yvon Jaspers, die hier vandaag ook niet kan zijn, nog even doorgeven dat ik graag zou willen zien dat ze in de volgende reeks Boer zoekt Vrouw ook wat oudere boeren aan de vrouw helpt.

(overhandigt de leden hun cartoon: deze worden aangereikt door Silvia van den Heuvel, projectsecretaris GrijsWerkt).

Dames en heren ik sluit af met nog een enkel woord tot u. U bent de hele dag in tal van workshops op zoek gegaan naar aansprekende manieren om de vergrijzing aan te pakken. U bent de komende tijd mijn buitengewoon ambassadeurs. Samen moeten we het doel kunnen bereiken: meer mensen langer aan het werk! Om medewerkers optimaal in te kunnen zetten moeten we er voor zorgen dat ze gezond en gemotiveerd blijven.

Maar dat geldt in feite zowel voor jong als oud.

Ik dankuwel.