Nederlands Taxonomie Evenement

Dames en heren,

We leven in een tijd van afkortingen. We gebruiken ze voortdurend, om informatie efficiënt door te geven, ook als we niet sms’en. Neem het Haagse politiek-bestuurlijke circuit. We praten over een AO, een KB, of een VKC, en iedereen weet meteen wat er bedoeld wordt.

Maar er zijn uitzonderingen. De afgelopen jaren kwam ik in stukken en overleggen binnen en buiten Justitie met enige regelmaat de termen NTP en XBRL tegen. Eerlijk gezegd kon ik me er niet zoveel bij voorstellen. Voor een jurist klinken begrippen als open standaarden, taxonomie, procesinfrastructuur of ketenoptimalisatie erg technisch. Ze geven je de indruk dat het NTP iets is wat je maar beter aan ICT’ers kunt overlaten. Bovendien lag het hoofddoel van het project nogal een eind af van de inhoud van mijn portefeuille.

Dat dacht ik tenminste. Maar inmiddels weet ik beter. Het idee achter NTP, het standaardiseren van gegevens en processen, is ook in het vreemdelingenbeleid van grote betekenis. Ik wil u dat graag laten zien vandaag. Maar eerst wat over ontwikkelingen waarmee de IND de afgelopen tijd te maken kreeg en die de nodige impact hadden. Ik noem er vier.

Om te beginnen het overnemen - in 2004 – van de taken van de Vreemdelingenpolitie. Dat ging niet zonder slag of stoot want de informatievoorziening binnen de IND bleek hier niet echt op toegerust.

Verder verhuisden ook de vreemdelingenloketten van de gemeenten naar de IND. De Dienst kreeg dus een directe band met de ‘klant’, iets waar we nog niet op ingesteld waren.

Een derde verandering kwam voort uit een nieuwe koers in het migratiebeleid. We willen toe naar een selectief migratiebeleid, juist om bepaalde soorten migratie te kunnen stimuleren. Denk aan kennis- en arbeidsmigranten en studenten waaraan behoefte is - ook volgens het bedrijfsleven.

En tot slot was ook de asielprocedure aan stroomlijning toe.

Om deze zaken het hoofd te kunnen bieden zijn we gestart met het programma “IND bij de Tijd”. Dat kent drie pijlers. De eerste is

- ontwikkelen van wat we noemen een ‘dienstverleningsconcept’,

- verder, herinrichting van de informatievoorziening en -systemen,

- en drie, ontwikkeling van een nieuw arbeidsorganisatiemodel.

U kunt zich voorstellen dat ik vandaag vooral wil stilstaan bij de herinrichting van de informatievoorziening, want daar liggen de verbanden met NTP. Het dienstverleningsconcept volgt daar logisch uit voort, zoals zal blijken.

We begonnen met op wat grotere afstand te kijken naar taken en werkzaamheden van de IND. Op welke manier werken we feitelijk? Daaruit kwam naar voren dat we eigenlijk een heel algemeen behandelproces hanteren.

Dat is overigens niet uniek voor de IND, je vindt dat ook bij andere uitvoeringsorganisaties van de overheid, zoals UWV, CWI, Belastingdienst. Dat proces bestaat uit vijf stappen: ontvangen, informatie verzamelen, toetsen, beslissen en uitreiken. Stappen die we altijd één voor één nemen, of het nu gaat om asiel, gezinshereniging, arbeid, of welke verblijfstitel dan ook.

Deze stappen bepalen de werkstroom, of wat moderner gezegd: de flow.

Voor die flow is een hoop kennis en informatie nodig: de know, die voortspruit uit wet- en regelgeving, uit interne werkinstructies, maar ook uit bronnen bij andere overheidsorganisaties. Denk bijvoorbeeld aan adresgegevens die in de GBA voorhanden zijn.

De kunst is nu om know en flow gescheiden te houden.

De flow zit namelijk voor het grootste deel in de ICT-systemen, en die laten zich vaak moeilijker en minder snel aanpassen dan de regels die voor het grootste deel de know bepalen. Die systemen moet je dus eenvoudig houden, en niet belasten met veranderlijke kennis.

Die know gaan we daarom ook uiteenrafelen in de kleinste gemene delers, een soort legoblokjes waarmee we de flow kunnen ondersteunen. De blokken stapelen we tot een proces voor een asielaanvraag of voor een aanvraag voor studie, enzovoorts.

En als de wetgeving wijzigt, hoeven we alleen zo’n blokje aan te passen, of misschien moeten we af en toe, als er iets heel nieuws bedacht wordt, een nieuw blokje bouwen.

Zo krijgen we een flexibele uitvoeringsorganisatie die bestand is tegen veranderingen die voortvloeien uit maatschappelijke of politieke wensen. Een organisatie die haar eigen ervaringen waar nodig gemakkelijk kan omzetten in verbeteringen. En die haar dienstverlening optimaal kan inrichten, zodat vreemdelingen hun aanspraken geldend kunnen maken. Maar ook goed kan controleren en handhaven op de daarbij behorende verplichtingen.

Te mooi om waar te zijn, zie ik u denken. Misschien stelt het u gerust als ik zeg dat dit concept bedacht is door mensen die ervoor doorgeleerd hebben, onder de naam service oriented architecture.

De IND wil nog een stapje verder, en er een regelgebaseerde architectuur van maken. De wet- en regelgeving is immers de basis voor haar optreden.

Het principe is eenvoudig – dat kunt u beamen want we hebben vroeger allemaal met lego gespeeld. Maar het zal nog een hele klus worden om dit model ook echt te realiseren bij de IND.

Een van de dingen die we daar in elk geval bij nodig hebben, is – u raadt het al – een taxonomie. Een taxonomie vormt immers de basis voor de vertaalslag van wet- en regelgeving naar de legoblokjes voor ons generieke beslisproces. Maar zo’n taxonomie helpt ook om de regels te vertalen naar de klant, in ons geval de vreemdeling, zodat we hem de juiste vragen stellen en kunnen zorgen dat hij bij het juiste loket en de juiste procedure terecht komt. Ze helpt zelfs om met andere uitvoerders zoals UWV, Sociale Verzekeringsbank en Informatie Beheer Groep, gezamenlijke loketten op te zetten, die uitgaan van life events, gebeurtenissen die voor onze klanten van belang zijn, zoals studie, werk, migratie, geboorte.

En daarnaast zorgt een taxonomie ervoor dat gegevens die beschikbaar zijn bij die andere uitvoerders eenduidig zijn en gemakkelijk uitgewisseld kunnen worden. En dat is ook weer van belang voor de handhaving van het vreemdelingenbeleid. Ik noem als voorbeeld de regeling voor kennismigranten: de werkgever vraagt als zogenoemde referent voor de kennismigrant de benodigde verblijfsvergunning aan. Van de werkgevers verwachten we dat ze mutaties in gegevens die relevant zijn voor de verleende vergunning doorgeven, zoals bijvoorbeeld het einde van het dienstverband. Maar ook dan moet Justitie kunnen controleren en verifiëren of die gegevens kloppen. Door het hanteren van dezelfde begrippen bij bijvoorbeeld Belastingdienst en UWV, maar ook door de referent zelf, kan die voorwaarde worden vervuld.

In die taxonomie ligt natuurlijk een directe link met het NTP. De kennis en ervaring die daar zijn opgedaan, kunnen we goed gebruiken en het NTP stelt die ook graag ter beschikking.

Ondertussen gaan we bij Justitie zelfs een stap verder. Want de ervaringen in het NTP hebben ook geleerd dat het goed is om in wetgeving en wetgevingsproces al zoveel mogelijk voor te sorteren op de vertaalslag van regel naar uitvoering. We gaan dus in het kader van het wetgevingsbeleid van Justitie, een programma opzetten om de nodige standaardisatie te realiseren in wetgeving en het wetgevingsproces, zodat het maken van taxonomieën voor de uitvoering ook gemakkelijker wordt. Daar gebruiken we de ervaringen van IND bij de Tijd weer bij. Zo snijdt het mes aan twee kanten en kunnen we de cirkel van wetgeving, uitvoering en handhaving sluiten.

Dames en heren,

Het NTP is begonnen als een modus om een forse administratieve lastenverlichting te bereiken. Het ging daarbij vooral om het vergemakkelijken van de uitwisseling van gegevens tussen bedrijfsleven en overheid.

Maar eigenlijk maakt het niet uit of het gaat om gegevens die heen en weer moeten tussen overheid en bedrijf, of om de gegevenshuishouding binnen de overheid zelf. We kunnen onze eigen processen ook optimaliseren en zo de uitvoering efficiënter en effectiever maken. En de dienstverlening verbeteren aan de klant, of dat nu een burger is of een bedrijf.

De business case van NTP gaat dus al lang niet meer alleen over ondernemen, lastenverlichting en economische groei. De uitdaging voor de overheid is om de ervaringen en resultaten te benutten voor een efficiënte en effectieve overheid, goede dienstverlening en bescherming van kwetsbare belangen. Die uitdaging gaan we graag aan!