Second opinion Adviesprogramma indicatie zorgzwaartepakketten

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

DLZ/SFI-U-2864354

29 juli 2008

In het Voortgezet Algemeen Overleg van 3 juli 2008 over de invoering van de zorgzwaartebekostiging heb ik, in reactie op een motie van het kamerlid Leijten, toegezegd om een rapport van PWC toe te zenden met een “second opinion” over de algoritmen zorgzwaartebekostiging. Met het toezenden van het bijgevoegde rapport, voldoe ik aan dit verzoek.

Doel onderzoek PWC

Het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) heeft PriceWaterhouseCoopers (PWC) verzocht om een second opinion uit te voeren op de werking van de algoritmen in het adviesprogramma indicaties. Voor het CIZ was dit van belang, omdat deze algoritmen niet (dan wel indirect) voor het CIZ zijn ontwikkeld, maar in het werkproces van de indicatiestelling wel een wezenlijke plaats hebben gekregen. De algoritmen zijn ook als zzp-adviessysteem ingebouwd in het eigen registratiesysteem van het CIZ.
De algoritmen zijn te beschouwen als een adviesgenerator. Het zzp-advies dat tot stand komt, luidt: ‘dit is op basis van het cliëntprofiel waarschijnlijk het best passend zzp voor deze cliënt, gezien de vastgestelde “beperkingen” en gegeven de gekozen grondslag.’
De indicatiesteller bepaalt uiteindelijk – het advies in ogenschouw nemend – wat hij als het best passende definitieve zzp vaststelt.

Uitkomsten van het onderzoek

De hoofdconclusie van het onderzoek van PWC is dat het adviesprogramma toereikend is om op dit moment zzp-adviezen te genereren. Wel wordt geadviseerd om het model in de toekomst te verfijnen. Dit geldt vooral voor de grondslagkeuze en de afbakening van de grenzen tussen enkele pakketten.
Het onderhoud van de indicatiestelling en het verbeteren van de wijze waarop cliënten worden geleid naar een passende indicatie is een (permanente) taak van het CIZ. Het CIZ onderzoekt ook zelf met kwantitatieve en kwalitatieve analyses waar eventueel verbeteringen mogelijk zijn en waar mogelijk de afbakening tussen pakketten verbeterd kan worden. Het CIZ hanteert een uitgebreide instructie, in de vorm van de beleidsregel grondslagen voor het kiezen van een grondslag.

In oktober 2007 zijn de zzp’s op onderdelen aangepast tijdens de zogenoemde zzp-onderhoudsronde. Alle betrokkenen – brancheorganisaties van zorgaanbieders, cliëntenorganisaties, CIZ, NZa, CVZ en ZN – hebben een actieve bijdrage geleverd aan dit onderhoud. Om aan te sluiten bij de gewijzigde pakketindeling zijn ook de algoritmen in het adviesprogramma dat gebruikt wordt bij de indicatiestelling aangepast. Daarbij is rekening gehouden met de bijdrage van de hiervoor genoemde partijen.

Zoals ik al heb gemeld in de eerste voortgangsrapportage zorgzwaartebekostiging van 2008 (TK 2007-2008, 26631, nr. 254) is de werking van de aangepaste algoritmen voor de sector verpleging en verzorging en voor een deel van de gehandicaptensector aanvullend getoetst. De resultaten daarvan zijn wederom besproken met alle betrokkenen met als conclusie dat ook de aangepaste algoritmen goed werkbaar zijn.

Ook de resultaten van dit aanvullende onderzoek worden door het CIZ gebruikt bij de doorlopende optimalisatie van het adviesprogramma dat gebruikt wordt bij de indicatiestelling.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

mw. dr. J. Bussemaker