Opening van het VO-jaar

Dames en heren, jongens en meiden

Ik sprak ooit met een diamantbewerker, die mij uitlegde wat zijn werk inhield. Een diamantbewerker die slijpt een ruwe diamant zodanig dat hij er een gladde steen van kan maken, die weer gebruikt kan worden in sieraden.

Maar lang niet elke ruwe brok diamant is hetzelfde. De structuur van het kristal bepaalt de aanpak. De ene steen, met een heldere structuur moet eerst gezaagd worden. Stenen met een onregelmatige structuur moeten (zoals dat heet) gekloofd worden. En zo vraagt elke steen om een eigen behandeling, speciale aandacht.

Bij het onderwijs is het eigenlijk niet anders. Die diamanten, dat zijn jullie. De school is de plek waar je moet leren stralen.

Er komen op elke school heel wat verschillende leerlingen binnen, met elk eigen talenten en elk vragend om een andere aanpak; om goed onderwijs dat bij ze past. Een goede school (zoals hier, het Kandinsky) staat daar garant voor.

Deze school staat middenin een zgn Vogelaarwijk. Leidt leerlingen op met 22 verschillende nationaliteiten. En staat - net als elk ander VMBO in deze tijd - voor een grote maatschappelijke uitdaging.
U bent een gewilde school met een groeiend aantal leerlingen.

Dat heeft het Kandinsky niet zomaar cadeau gekregen. U kwam uit een diep dal en vanuit die achterstand heeft u een enorme grote sprong voorwaarts weten te maken. Van een zwakke school naar een topschool. Een Olympische prestatie!

U haalt de praktijk letterlijk de school in, en werkt daarvoor heel actief samen met bedrijven en instellingen. U investeert in leraren door ze in school op te leiden en werkt daarvoor samen met de Hogeschool van Utrecht. En u stopt heel veel energie in het betrekken van ouders bij het onderwijs hier op school - u stelt drie van de vijf ouderavonden verplicht. U haalt ze soms bijna letterlijk naar school om over het onderwijs van hun kinderen te praten.

Scholen met zo’n ondernemende houding staan garant voor goed onderwijs, voor kwaliteit.

Ik zeg vaak: een school is geen gebouw, een school is geen abstract begrip. Een school is een gemeenschap van mènsen.
Leerlingen, leraren, schoolleiders, instellingen (zoals hier verzorgingstehuis de Rozenhof en kinderdagverblijf Nannies). Bedrijven in de buurt. Ouders. Samen ben je verantwoordelijk. Goed onderwijs maak je met elkaar. Daar geeft u hier vorm en inhoud aan.

Daarom open ik vandaag bij u officieel het schooljaar voor alle VO-scholen in heel Nederland. Op dit ‘gouden’ VMBO

Dames en heren, jongens en meiden

Deze regering vindt goed onderwijs belangrijk, misschien wel een van de belangrijkste dingen van alles waar we mee bezig zijn. Onderwijs geeft je een basis om in alle opzichten goed mee te doen in de samenleving. En die samenleving verandert steeds. Daarom is het onderwijs nooit af.

Dit Kabinet investeert in leraren, met een miljard euro!
Ik kom binnenkort met een plan om de kwaliteit van de pabo’s en lerarenopleidingen te verhogen.
We maken kwaliteitsagenda’s voor het PO en het MBO met veel goede voornemens.
En vorige week heb ik de kwaliteitsagenda VO naar alle middelbare scholen in Nederland gestuurd. Vanuit de filosofie dat we de verantwoordelijkheid voor goed onderwijs met elkaar delen. Ieder vanuit zijn eigen rol.

Ik heb er de afgelopen half jaar flink over gedebatteerd, op scholen in het hele land.
Met schoolleiders maar ook met leraren, ouders en leerlingen. Wat me bij al die scholen opviel, was telkens weer de vitaliteit en grote betrokkenheid van leraren en leidinggevenden. Samen hebben we het erover gehad waar we de komende vier jaar flink op in moeten zetten. En afgewogen wat nou tot de kerntaak van het onderwijs behoort, en wat niet.

Uit die gesprekken zijn ambities voortgekomen, waar ik het tot slot met u over wil hebben. Ik kan ze niet allemaal met u doornemen, ik noem er drie.

Dan noem ik (met stip op één): extra aandacht voor taal- en rekenen. We doen het op Europees niveau nog steeds niet slecht. Maar onze jongens en meisjes rekenen, lezen en schrijven op dit moment minder goed dan vroeger. Dus dat moet gewoon beter.

Wie je ook bent en waar je ook vandaan komt: je moet de taal van het land waarin je woont zodanig beheersen dat je mee kunt komen, de schoolboeken kunt snappen en het je later niet belemmert volledig mee te doen in de samenleving. De grenzen van mijn taal bepalen de grenzen van mijn wereld, dat zei Wittgenstein, een van de grootste filosofen van de 20 ste eeuw al.
Datzelfde geldt voor rekenen: die basis moet gewoon zo goed mogelijk zijn.

Voor die verbeterslag van rekenen en taal trekken we dan ook 115 miljoen euro uit.

We willen dat scholen het niveau gaan meten op vaste momenten in het PO, MBO en dus ook VO. In
Vergelijk het met de rondetijden bij het tien kilometerschaatsen, waarmee je onderweg kunt bijhouden of je wel of niet een tandje moet bijzetten.
Een aantal scholen gaat al proefdraaien om te zien of het werkt. 2011-2012 voeren we die referentieniveaus in.


Een tweede, heel belangrijke ambitie is het voorkomen dat jongeren te vroeg zonder diploma hun school verlaten. Samen met 39 regionale samenwerkingsverbanden van scholen, gemeenten en betrokken organisaties als jeugdzorg, politie, de leerplichtambtenaar gaan we ervoor zorgen dat het aantal voortijdige schoolverlaters tot de helft wordt teruggebracht.

Een belangrijk onderdeel van deze aanpak is loopbaanoriëntatie. Die heb je nodig om de goede keuzes te kunnen maken tijdens je schoolcarrière op weg naar je latere beroep. U speelt daar goed op in, u doet mee aan de VM2 projecten, de begeleiding die u aanbiedt sluit naadloos aan op de didaktiek van het Kandinsky. Maar dat is nog lang niet overal zo.


In een onderzoek dat SCP vorige week aan mij presenteerde, wordt verkeerde studiekeuze als bijna de belangrijkste oorzaak gezien van schooluitval in het MBO. Dat betekent dat we die begeleiding flink moeten verbeteren.

Loopbaanoriëntatie is nog te vaak een bijzaak, is nog te vaak alleen een sluitpost bij de decanen. Ik wil dat scholen een visie gaan ontwikkelen en LOB in het hart van het beleid zetten. Ook daar trekken we extra geld voor uit de komende jaren.

Brengt mij tot slot op een laatste ambitie, de maatschappelijke stage. Meedoen in de samenleving gaat niet alleen over een goede opleiding, een baan, geld verdienen en belasting betalen. Het gaat ook over je stem laten horen, niet alles langs je heen laten gaan wat er om je heen gebeurd, om kijken naar elkaar en als het nodig is gewoon eens iets voor een ander doen.

Onderwijs kan daar een geweldige rol in spelen, door de invoering van de maatschappelijke stage.
Dat is één van de weinige dingen waar vrijwel iedereen in Nederland het over eens is. Ruim 75% van de bevolking vindt de maatschappelijke stage een goed idee. Daarmee is het ‘t meest gedragen punt uit het regeerakkoord.

Veel scholen, ook hier, zijn al hartstikke actief en creatief bezig met de Maatschappelijke stage. Maar als we straks in 2011 alle Nederlandse jongeren een stage willen laten lopen, dan valt of staat het succes met een goede invoering.

We gaan niet over één nacht ijs. De komende tijd gaan we proefdraaien met een flink aantal scholen. 61.000 leerlingen gaan de komende tijd minstens dertig uur stage lopen. Scholen werken hiervoor samen met bedrijven en, vrijwilligersorganisaties en instellingen. We kijken naar verschillende vormen van stages. We kijken of de begeleiding goed is, en of scholen, bedrijven, vrijwilligersorganisaties en instellingen goed met elkaar samenwerken. Hiervoor maken we een bedrag vrij van 12 miljoen euro. [NB. Bovenop het 15 miljoen waar scholen dit jaar in kader van Mas aanspraak op kunnen doen].

De scholen in de regio’s die gaan proefdraaien, dat zijn natuurlijk niet zomaar scholen. Het zijn scholen, waarvan we denken dat ze gewoon een heel goed plan hebben voor Mas en daar ervaring mee hebben ook. Per regio krijgen deelnemende scholen hiervoor een flink bedrag, namelijk 200 euro per stagelopende leerling.

En dan mag ik hier mooi nieuws bekendmaken.

Ik mag hier bekendmaken dat de provincie Gelderland, regio Nijmegen, Arnhem en Doetinchem, mag proefdraaien met 9500 leerlingen. Daarvoor is een bedrag uitgetrokken van 1,9 miljoen euro. En het Kandinsky maakt vanaf vandaag officieel deel uit van de pilot. Ik ga zodadelijk een cheque uitreiken aan Mirjam Kapteijn van de vrijwilligerscentrale en Twan van de Hazelkamp. Wilt u vast op het podium komen?

Dit brengt me aan het einde van deze opening. We hebben het gehad over de kracht van deze school. Over hoe goed onderwijs eruit moet zien. En wat er de komende jaren concreet moet gebeuren om de kwaliteit van het voortgezet onderwijs verder te verbeteren.

Ik sluit graag af met de opmerking die een leraar maakte, tijdens een door ons georganiseerde kwaliteitsconferentie dit jaar april. Hij zei me: ‘Kwaliteit? Dat is het verschil tussen hoe een leerling binnenkomt en hoe hij weer naar buiten gaat.’

Alleen u kunt met elkaar dat verschil maken. Een prachtige uitdaging!

Ik wens u allen een mooi schooljaar toe.