Video: Hirsch Ballin en Ter Horst bezoeken veiligheidshuis Oss

'Uit detentie; en dan?' Die vraag stond centraal tijdens het werkbezoek van ministers Hirsch Ballin en Ter Horst aan Veiligheidshuis Maas & Leijgraaf in Oss. De bewindslieden spraken met de stuurgroep van het Veiligheidshuis en bezochten een werkconferentie over nazorg.

De ministers Hirsch Ballin en Ter Horst brachten maandag gezamenlijk een werkbezoek aan het veiligheidshuis in Oss. Hier werken verschillende instanties samen in de aanpak van criminaliteit. Minister Ter Horst: Dat is politie, justitie, gemeente, reclassering, jeugdzorg, echt al die organisaties die te maken hebben met gedetineerden of met jongeren die misschien het criminele pad op gaan, die zijn allemaal vertegenwoordigd in het veiligheidshuis. En die proberen door samenwerking er toe te komen dat er minder recidive is, dus dat mensen die al een strafbaar feit hebben gepleegd daarin niet terugvallen of om te voorkomen dat er strafbare feiten worden gepleegd. De recidive onder volwassenen en jeugdigen moet in 2010 met 10 procentpunt zijn gedaald. Dat is een van de kabinetsdoelen. Een aantal factoren is heel belangrijk voor een goede nazorg:
Minister Hirsch Ballin: Als iemand terugkomt in de samenleving moeten een paar dingen echt geregeld zijn. Hij moet zijn ingeschreven bij de gemeente zodat hij ook een identiteitsbewijs kan krijgen, hij moet liefst een opleiding gevolgd hebben of een opleiding volgen om aan het werk te gaan en dan een baan en natuurlijk een dak boven het hoofd. En liefst ook wat mensen om de ex-Justitieklant heen die helpen de weg te vinden in onze samenleving die ingewikkeld is maar dat hoeft niet te betekenen dat je crimineel bent. Om de ex-gedetineerden een persoonsgericht nazorgplan te bieden is informatieuitwisseling en communicatie tussen de partners in het Veiligheidshuis van groot belang. Marga van Esch:De verbetering zit eigenlijk in het feit dat we in ieder geval al samenwerken, dat levert al veel op, en ik denk dat er ook een grote verbetering zit in het feit dat we niet alleen de gedetineerde benaderen maar ook zijn omgeving. Dat we verder kijken dan alleen naar de gedetineerde.