Roofvogels beter beschermd

Trekkende roofvogels en uilen worden beter beschermd in Europa, Afrika en Azië. Dat staat in een overeenkomst die 28 landen, waaronder Nederland, in Abu Dhabi hebben getekend op 22 oktober 2008. Meer dan zeventig soorten vallen onder de overeenkomst. Daarbij zijn vijftien frequent in Nederland voorkomende soorten: de rode wouw, de vis- en zeearend, de boom-, toren- en slechtvalk, de smelleken, de bruine en de grauwe kiekendief, de sperwer, de buizerd, de ruigpootbuizerd, de wespendief, de ransuil en de sneeuwuil.

De staat van bescherming van trekkende roofvogels is in sommige regio's zorgelijk. Uit een studie van de Britse overheid, de initiatiefnemer tot deze overeenkomst, blijkt dat meer dan de helft van de betrokken 78 soorten roofvogels er slecht voor staan. De hoop is dat dit door internationale samenwerking zal verbeteren.

Internationale afstemming

De overeenkomst moet ervoor zorgen dat de bescherming van trekkende roofvogels internationaal beter wordt afgestemd. Ook worden er nieuwe initiatieven genomen, zoals de bescherming van gebieden waar roofvogels massaal doortrekken zoals Gibraltar, de Bosporus, en Suez. Dat is belangrijk, omdat deze vogels gedurende hun jaarlijkse migratie vele grenzen oversteken en in landen verblijven waar de wetgeving voor wilde vogels verschillend is.

Het actieplan dat bij de overeenkomst hoort, bevat maatregelen die landen zullen gaan treffen, voor zover ze dat al niet al hebben gedaan. Bijvoorbeeld wettelijke bescherming, habitatbescherming, verbeterde handhaving, gecoördineerde monitoring langs trekroutes en bewustmaking van het publiek.

Overwinteringsgebieden

Hoewel de Flora- en Faunawet en de Vogel- en Habitatrichtlijnen nu al in Europa voor een goede bescherming zorgen, ligt de grote meerwaarde in de internationale aanpak. Hierbij zijn ook de overwinteringsgebieden in Afrika en herkomstgebieden ten oosten van de EU betrokken.

Nederland richt zich bij de uitvoering van deze overeenkomst vooral op de internationale samenwerking. Nederland hoopt hiermee ook het hoofd te kunnen bieden aan bedreigingen van de grauwe kiekendief in Afrika. Deze soort staat sterk onder druk, overigens ook in Nederland.

De nieuwe overeenkomst maakt deel uit van het VN Verdrag voor Migrerende Soorten (CMS, ook wel Conventie van Bonn).