Suïcide

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

CZ-K-U-2888421

11 november 2008

In bovenvermelde brief (met kenmerk 2008Z04952/2008D11477) heeft u mij verzocht voor de plenaire behandeling van mijn begroting de resultaten mee te delen van het overleg met GGZ West-Friesland. Hierbij ga ik in op uw verzoek en doe ik de toezegging gestand.

In uw brief maakt u vermelding van ‘problemen in de jeugdzorg’ naar aanleiding waarvan ik overleg zou voeren met GGZ West-Friesland. De opmerkingen zoals die in het algemeen overleg met de Commissie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Commissie voor Jeugd en Gezin op 1 oktober 2008 door het lid Dezentjé Hamming-Bleumink zijn gemaakt, hadden echter niet zozeer betrekking op de jeugdzorg in het algemeen, maar op het hoge suïcidecijfer in West-Friesland in vergelijking tot de rest van Nederland. Het overleg dat ik zal voeren met GGZ West-Friesland zal naar mijn mening dan ook gericht moeten zijn op deze problematiek en de eventuele maatregelen die in reactie daarop genomen kunnen worden.
Bij brief van 21 oktober 2008 (met kenmerk CZ/CGGZ-2886301) heeft de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aan de Tweede Kamer medegedeeld dat de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en ik voornemens zijn om ieder najaar een Jaarrapportage Vermindering suïcidaliteit naar de Tweede Kamer te zenden. In de eerstkomende Jaarrapportage (najaar 2009) zullen de stand van zaken in de regio West-Friesland ten aanzien van het verhoogde gemiddelde aantal suïcides in vergelijking tot het gemiddelde landelijke suïcidecijfer en de resultaten van het gesprek met GGZ West-Friesland worden meegenomen.

De Minister voor Jeugd en Gezin,

mr. A. Rouvoet