Antwoorden op kamervragen over het door de Goudse politie negeren van een slachtoffer van geweld

Antwoorden op kamervragen van de leden Brinkman, Fritsma en Wilders (allen PVV), ingezonden 27 oktober 2008.

1. Vraag
Wat vindt u ervan dat een Marokkaanse straatterrorist een poging deed om een vrouw blind te maken door een dartpijl naar haar hoofd te gooien? 1)

1. Antwoord
Dergelijk gedrag is onder geen beding van iemand acceptabel.

2. Vraag
Wat vindt u ervan dat de Goudse politie het slachtoffer van deze laffe daad heeft weggestuurd toen ze aangifte wilde doen? Is dit de door u beloofde hardere aanpak van Marokkaans tuig dat Gouda en andere plaatsen dagelijks op stelten zet?

2. Antwoord
Er is geen sprake van dat de politie het slachtoffer heeft weggestuurd toen ze aangifte wilde doen. Het slachtoffer is vlak na het incident naar het politiebureau te Gouda Oost gegaan om melding te maken van het incident. In goed overleg met het slachtoffer is afgesproken dat zij zaterdag 25 oktober 2008 naar het bureau zou komen om aangifte te doen. De reden hiervoor was dat de betreffende medewerker dan weer dienst had en hiermee werd voorkomen dat het slachtoffer haar verhaal opnieuw zou moeten vertellen. Daarmee is gehandeld vanuit het oogpunt van klantvriendelijkheid. Later die dag hebben bekenden van het slachtoffer telefonisch contact opgenomen met de politie. Naar aanleiding van dit contact en gelet op de aard en omstandigheden van het incident is alsnog diezelfde woensdagavond de aangifte bij het slachtoffer thuis opgenomen.

3. Vraag
Waarom wordt de Nederlandse bevolking nog steeds niet beschermd tegen de Marokkaanse intifida en wordt de bevolking nog steeds gruwelijk in de steek gelaten door politie en bestuurders?

3. Antwoord
Het kabinet acht alle vormen van criminaliteit ontoelaatbaar. Het is onaanvaardbaar wanneer mensen zich niet veilig voelen in de publieke ruimte. Politie en Justitie dienen hier onverkort tegen op te treden. De problemen met Marokkaans-Nederlandse jongens vragen om een brede aanpak, onder regie van de gemeente. Het Rijk ondersteunt gemeenten hierbij. In de brief die wij mede namens de Ministers voor Wonen, Wijken en Integratie en voor Jeugd en Gezin op 25 september 2008 naar uw Kamer verzonden hebben (Kamerstukken II, 2008-2009, 28 684, nr. 169), worden de acties van het kabinet op dit punt uiteengezet. Ook hebben wij op 22 oktober 2008 overleg gevoerd met burgemeesters en vertegenwoordigers van OM en politie over de aanpak van de overlast door Marokkaans-Nederlandse jongens. Uw Kamer is over de uitkomsten van dit overleg bij brief van 3 november jl. nader geïnformeerd (Kamerstukken II, 2008-2009, 28 684, nr. 182). Eind dit jaar stuurt het kabinet uw Kamer een nadere uitwerking van de brede aanpak in de beleidsbrief over Marokkaans-Nederlandse probleemjongens.

4. Vraag
Wat heeft de Goudse politie inmiddels gedaan om de dader op te pakken?

4. Antwoord
De dag na het incident zijn verschillende opsporingshandelingen gestart. Dit heeft geleid tot de aanhouding van vier verdachten op 29 oktober jongstleden. Eén verdachte heeft een bekennende verklaring afgelegd.

5. Vraag
Bent u bereid om de Goudse burgemeester en hoofdcommissaris van politie onmiddellijk op non-actief te stellen? Zo neen, waarom niet?

5. Antwoord
Nee, hiervoor bestaat geen aanleiding.

6. Vraag
Hoe gaat u er voor zorgen dat de cultuur binnen de (Goudse) politie zodanig verandert dat altijd onmiddellijk actie wordt ondernomen bij dit soort ernstige misdrijven?

6. Antwoord
De politie hanteert een duidelijke aanpak van overlastgevende en criminele jongeren in Gouda die deel uitmaakt van het integrale veiligheidsbeleid van de gemeente Gouda. Uitgangspunten in de aanpak zijn eenduidig optreden en een consequente handhaving door politie. Dit betekent concreet dat meldingen en aangiftes van overlastgevende of criminele jongeren met voorrang worden opgenomen. Het doen van formele aangifte in dergelijke gevallen wordt door de politiemedewerkers gestimuleerd. De verdachte wordt in alle gevallen zo spoedig mogelijk aangehouden.
Deze aanpak is onder alle medewerkers van de politie bekend gemaakt. Er is geïnvesteerd op extra bewustwording onder de medewerkers dat in alle gevallen van geweld, belediging, bedreiging, vandalisme, vernielingen en overige misdrijven wordt geverbaliseerd en aangehouden. In gevallen van overtreding wordt een mini proces-verbaal opgemaakt. De ouders van betrokken jongeren worden in alle gevallen rechtstreeks door politie geïnformeerd. Bij minderjarige verdachten worden ouders aan het bureau ontboden.
Het Openbaar Ministerie brengt verdachten, indien mogelijk, aan op een supersnelrecht (SSR) zitting. Bij een dergelijke zitting wordt de verdachte niet meer voorgeleid aan de rechter-commissaris, maar nog binnen de termijn van de inverzekeringstelling gedagvaard voor een zitting. Deze aanpak is efficiënter en sneller en wordt voornamelijk gebruikt bij jeugdige verdachten en volwassen veelplegers.

7. Antwoord
Ziet u eindelijk de noodzaak in om volhardende allochtone straatterroristen Nederland uit te zetten, inclusief de ouders van minderjarigen die hun opvoedingsverantwoordelijkheid weigeren te nemen? Zo neen, waarom niet?

7. Antwoord
Inwoners van Nederlandse nationaliteit willen en mogen we niet uitzetten. Voor vreemdelingen die rechtmatig in Nederland verblijven, geldt dat het verblijf kan worden beëindigd om redenen van openbare orde.

1) http://www.telegraaf.nl/binnenland/2273848/
Politie_stuurt_mishandelde_Goudse_weg__.html?p=2,1