Bijeenkomst van 40 jaar zeehavenoverleg

Alleen de uitgesproken tekst geldt.

Beste mensen,

Gelukkig kan ik hier vanmiddag bij zijn om samen met u 40 jaar zeehavenoverleg te vieren. Uit het feit dat staatssecretaris Huizinga en ik u beiden graag toespreken mag blijken hoe belangrijk wij de samenwerking met de Nationale Havenraad vinden.

Ik wil vanmiddag graag enkele actuele onderwerpen aanstippen: de Tweede Maasvlakte, het loodsendossier en de zeetoegang IJmond.

Maar eerst wil ik u deelgenoot maken van mijn enthousiasme over het bezoek van vorige maand van Antonio Tajani, eurocommissaris van Transport. Ik ken hem uit mijn tijd in het Europees Parlement. We hebben toen vaak samengewerkt.
U kunt zich voorstellen hoe ik er op was gebrand om Tajani naar Nederland te krijgen. Ik wilde Tajani met eigen ogen laten zien, laten meemaken wat een geweldig transportland Nederland is.

We zijn dus niet in een kantoor achter een tafel gaan zitten om te praten. Nee, we zijn naar buiten gegaan en we hebben een helicopter gepakt. Tajani keek zijn ogen uit boven de Maeslantkering. Ik heb hem gewezen hoe de Tweede Maasvlakte eruit komt te zien. Ik heb hem laten zien hoe efficiënt we het verkeer in de lucht, van het water en op de weg met elkaar verbinden.

Beste mensen, ik voelde me trots. Trots op de manier waarop we onze zaken voor elkaar hebben in de Nederlandse havens. Op de deskundigheid en de zorgvuldigheid waarmee we met transport en logistiek omgaan. Trots op hoe we ons land hebben veroverd op het water.

Tajani stak niet onder stoelen of banken dat hij erg onder de indruk was van wat hij vanuit de lucht te zien kreeg en wat ik hem erbij vertelde. Daarbij is ook aan de orde gekomen hoe we in de havens werken aan groei, op een duurzame manier. Die combinatie van duurzaamheid en groei waar we met z’n allen aan werken; dat vond Tajani buitengewoon inspirerend.

We hebben een goede indruk achtergelaten. Daar hebben we allemaal aan bijgedragen. U in zeer belangrijke mate met uw bedrijvigheid en vernieuwingszin in de haven. Ik hoefde het Tajani alleen nog maar te laten zien.

Het mag dus duidelijk zijn dat ik met de uitnodiging aan de eurocommissaris van Transport mijn doel heb bereikt: Nederland staat bij hem op de kaart.

Dit brengt mij bij enkele actuele zaken waar ik nog wat woorden aan wil wijden: de Tweede Maasvlakte, het loodsendossier en zeetoegang IJmond.

Beste mensen, de aanleg van de eerste Maasvlakte - lange tijd ook de énige Maasvlakte - is voor velen in de haven nog kort geleden. De eerste Maasvlakte is zo oud nog niet, maar de afgelopen twee decennia stroomde het er snel vol.

De Tweede Maasvlakte heeft vijftien jaar op zich laten wachten. Er is veel tijd gaan zitten in de procedures. Het móet ook zorgvuldig, gezien alle vaak uiteenlopende belangen. Maar ons geduld raakt wel eens op. Zelfs na 15 jaar zijn we nog niet door alle procedures heen. Daar ga ik u nu tijdens dit feest verder niet uitgebreid mee lastig vallen. Ik beperk me tot de constatering dat we in de laatste fase de druk hebben kunnen opvoeren volgens de methode van Randstad Urgent. En het is gelukt. Het opspuiten is begonnen!

De Tweede Maasvlakte wordt een zeer sterke troef van Nederland: een grootschalig gebied, gelegen aan diep water met eersteklas verbindingen, via pijpleidingen, het spoor, de binnenvaart en de weg. Een gebied waar economische ontwikkeling hand in hand gaat met versterking van de kwaliteit van de omgeving.

Dat is nou precies waar de beleidsbrief duurzame havens in den brede over gaat. Staatssecretaris Huizinga heeft er vanmiddag al enthousiast over gesproken. Ook ik wil bij deze gelegenheid de Havenraad complimenteren met zijn intensieve en inspirerende rol bij dit traject.

Ook in het loodsendossier heeft de Havenraad zijn kwaliteit bewezen. U hebt draagvlak gecreëerd voor een rechtvaardiger systeem om de loodskosten te verdelen. Jammer dat we dit nieuwe systeem dit jaar nog niet hebben kunnen invoeren. Maar voor de komende jaren heb ik er alle vertrouwen in dat we ermee aan de slag kunnen en de kruissubsidies straks echt kunnen afbouwen. Het strekt de Havenraad tot eer dat we eruit zijn gekomen. Uw oud-voorzitter, de heer Van der Hek – natuurlijk hier ook van de partij - heeft als bemiddelaar in dit lastige dossier een belangrijke bijdrage geleverd.

Tenslotte wil ik graag nog iets kwijt over de verbetering van zeetoegang IJmond. Uit de verkenning die ik heb laten uitvoeren blijkt dat we hier praten over een groots project, dat veel geld kost als we het gaan uitvoeren. Er is dus alle reden om uiterst zorgvuldig te werk te gaan. En we zijn er nog niet, we hebben nog onvoldoende informatie op tafel om te bepalen of een nieuwe sluis haalbaar en rendabel is.

Of het rijk bijdraagt hangt af van een nog door de regio op te stellen business case. Er moet een goede en solide dekking zijn. Ook vind ik het nodig goed te kijken naar de versnipperde bestuurlijke organisatie van de havens in en rond het Noordzeekanaal.
Als we voor alles dat ik schets een een goede gezamenlijke oplossing kunnen vinden, zal ik er ook vol voor gaan.

Beste mensen,

Ik rond af. Buiten is er een kredietcrisis gaande. En wat doen wij?
We geven niet op. We zeggen niet: dan maar een beetje minder.
Nee, we doen waar we in de havens altijd het beste in zijn geweest:
We pakken aan!
We pakken alle kansen om te groeien op een blijvende, zorgvuldige manier.
Want één ding is duidelijk: Nederland moet het hebben van zijn openheid. Van zijn goede verbindingen met het buitenland. Van zijn mainports, van zijn transportassen en van zijn havens.

De Havenraad vervult daarbij al veertig jaar een cruciale rol, door te verbinden, door draagvlak te zoeken en door eenheid te brengen. Ik wil u daarvoor hartelijk danken, en ik zou zeggen: op naar de vijftig!