Toespraak minister Ter Horst bij conferentie ‘Diversiteit en gelijke behandeling in bedrijf’ Zoetermeer

Ik dank de gemeente Zoetermeer voor het actieplan. Uw initiatief is uiterst waardevol en u heeft me een instrument gegeven naar andere gemeenten zodat ik ze kan aansporen ook werk te maken van diversiteit.

Een paar dingen vallen op bij uw opzet. Ten eerste trekt u samen met de private sector op. U wilt het bevorderen van gelijke behandeling op de regionale arbeidsmarkt hoger op de agenda krijgen en neemt de regie in handen door een alliantie aan te gaan met lokale werkgevers.
Dat is een manier van werken die ik toejuich. Een manier van werken die ook past bij de bestuurlijke verhoudingen tussen het rijk en de lokale overheid. Gemeenten krijgen meer ruimte om zelf problemen aan te pakken. Op lokaal niveau kent u de problemen het beste en de partijen om die problemen aan te pakken. Het mooist is als de gemeente daarbij de rol van regisseur neemt. Uit alles blijkt dat u die maatschappelijke verantwoordelijkheid oppakt
Een ander punt dat opvalt is dat de gemeente niet alleen kijkt naar de private sector maar ook zelf als grootste werkgever van de gemeente het goede voorbeeld geeft met een eigen diversiteitsplan.

Met deze aanpak behoort u tot de koplopers in Nederland. Ik roep alle andere gemeenten op om te profiteren van uw ervaringen.
Waarom zou het model-Zoetermeer niet toe te passen zijn in de gemeente Twentestad, Alkmaar of Hilversum? Pak de knelpunten op en profiteer van de ervaringen in gemeenten als Zoetermeer.

Niemand hoeft het alleen op te lossen want ik heb de organisatie Div-management in het leven geroepen om organisaties bij te staan in hun diversiteitsbeleid. De gemeente Zoetermeer heeft hier ook dankbaar gebruik van gemaakt.

Het probleem van onvoldoende diversiteit beperkt zich niet tot déze gemeente en déze regio. Wat de overheid betreft gaat het om een landelijk knelpunt. Er werken bijna een miljoen mensen in de publieke sector: 50% is vrouw en 5,6% is allochtoon. Met het aandeel vrouwen gaat het grosso modo steeds beter, ook in de hogere posities. Maar de overheid is nog steeds veel te wit, zeker aan de top. In mijn kennissenkring zie ik wel mensen met een andere culturele achtergrond, maar dat is toch vooral in de politiek.

Dat moet anders. Ten eerste omdat de overheid van en voor ons allemaal is. De overheid stelt regels op, ze handhaaft die regels, ze verleent diensten waarvoor mensen ergens anders niet terecht kunnen en ze brengt partijen bij elkaar en bemiddelt. Voor het vertrouwen van de samenleving is een divers samengestelde overheid nodig. Denk aan wijkagenten die contact moeten hebben met alle mogelijke bevolkingsgroepen.

Een tweede reden heeft te maken met de kwaliteit.
Een divers samengestelde overheid is kwalitatief beter dan een eenzijdige samengestelde overheid. Een heterogene organisatie - ook op leidinggevend niveau – zorgt ervoor dat die verschillende gezichtspunten ook doorklinken in het zoeken naar oplossingen. Investeren in kwaliteit is investeren in diversiteit.

Een derde reden is het meest praktisch. We hebben het arbeidspotentieel van vrouwen, allochtonen en ouderen, hard nodig. U constateert dat ook zelf.
Talent is er genoeg, ook allochtoon talent. Dat blijkt ook uit het laatste Jaarrapport Integratie van het CBS. Het aandeel allochtonen in het hoger onderwijs is de afgelopen 10 jaar enorm gestegen. Onze opdracht is om de talenten te selecteren uit de vrouwelijke en allochtone populatie.

Dat lukt alleen als we onszelf doelen stellen en de top verantwoordelijk te maken. Er is nog te veel vrijblijvendheid en natuurlijk zijn er altijd argumenten om het niet te doen. Ook macht speelt mee. Vrouwen en allochtonen aan de top kunnen als bedreiging kunnen worden gezien. Het is goed om dat te benoemen.

Deze zomer heb ik afspraken gemaakt met de zelfstandige publieke werkgevers. Als directe werkgever van de sector rijk geef ik het goede voorbeeld door concrete streefcijfers te formuleren en ministeries nadrukkelijk te volgen in hun voortgang. Ook hebben we vorige maand een ambassadeursnetwerk geïnstalleerd van topambtenaren die ieder jaar een concrete nieuwe actie organiseren op het gebied van diversiteit.

Ook voor het kabinet is het diversiteitsbeleid een onderwerp van niet aflatende aandacht. Bij de samenstelling van adviescolleges wordt bijvoorbeeld heel kritisch gekeken naar de samenstelling en streven we naar een samenstelling van de helft mannen, de helft vrouwen en 10 procent allochtonen. Dat blijkt uiteindelijk ook vaak te lukken.

Ik wens u heel veel succes met uw diversiteitsbeleid.