Toespraak namens staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid uitgesproken door directeur-generaal Van den Bos, bij de opening van de kwekerij van sw-bedrijf `Concern voor werk` op 15 oktober 2009 in Emmeloord

Koninklijke Hoogheid, dames en heren,


Allereerst wil ik staatssecretaris Klijnsma verontschuldigen. Zij moet vandaag in Den Haag zijn voor belangrijk overleg over de AOW. Daardoor kan zij helaas niet aanwezig zijn bij deze feestelijke bijeenkomst Ik hoop dat u daarvoor begrip heeft.

Een beetje feest is het hier vandaag. In deze zojuist geopende kwekerij krijgen mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt straks de kans werkervaring op te doen. Om, zoals ‘Concern voor werk’ het noemt, te groeien bij de kwekerij. Zodat zij uiteindelijk terecht kunnen op een gedetacheerde werkplek of in een gewone baan bij een gewone werkgever. Ik feliciteer ‘Concern voor werk’ met dit initiatief. En ik feliciteer de regio. U geeft er hier blijk van een duidelijke toekomstvisie te hebben op de arbeidsmarkt.

Een toekomstvisie die wij in Den Haag met u delen. Ik zal u uitleggen waarom.

Op dit moment staat de sociale werkvoorziening onder druk. Mensen maken zich zorgen over hun toekomst. Zij willen doorstromen naar een gewone baan en dat lukt niet. Of ze staan heel lang op de wachtlijst voor een plek in de sociale werkvoorziening die maar niet wil komen. We moeten wat doen zodat deze kwetsbare mensen straks zoveel mogelijk gewoon kunnen meedraaien op de arbeidsmarkt. Een gewone baan is immers het beste.

Dat zal ons niet lukken als we op de oude weg doorgaan. Er werken nu al honderdduizend mensen in de sociale werkvoorziening. Twintigduizend mensen staan langdurig op de wachtlijst. De doelstelling zoveel mogelijk mensen bij een gewone werkgever te laten werken komt niet goed van de grond.

En er is nog een groep die onze aandacht verdient. Dat zijn de mensen met een arbeidsbeperking en mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt die niet voor de sociale werkvoorziening in aanmerking komen. Zij krijgen alleen een uitkering. Dat is geen goed sociaal beleid: mensen wegstoppen in een uitkering zonder ze te helpen bij het krijgen van werk.

Vorig jaar heeft het kabinet de commissie De Vries gevraagd hoe de participatie van mensen met een arbeidsbeperking kan worden vergroot. Daarop stelde de commissie dat werk belangrijker is dan een uitkering. Dat zoveel mogelijk mensen, Wajonger, Wsw’er of bijstandsgerechtigde met arbeidsbeperking, bij een gewone werkgever aan de slag moeten worden geholpen. Buiten de muren van de sociale werkvoorziening. Die muren moeten in de toekomst alleen bescherming bieden aan mensen die écht niet anders kunnen. Tot zover de commissie De Vries.

Zo’n nieuwe aanpak betekent een fundamentele wijziging van het stelsel. Een stelsel dat bedoeld is voor heel kwetsbare mensen. In zo’n geval gooi je het roer niet zomaar even om. Dat doe je pas als je weet of en hoe die nieuwe aanpak in de praktijk werkt. Daarom komen er pilots zodat we eerst ervaring kunnen opdoen. Ervaring met het laten werken van mensen met een arbeidsbeperking in een gewone werkomgeving. Ervaring met het verwerven van plaatsen voor deze mensen bij werkgevers. Ervaring met een intensievere dienstverlening aan werkgevers en mensen met een arbeidsbeperking op de Werkpleinen.

Sinds een kleine week kunnen gemeenten, sw-bedrijven en UWV voorstellen indienen voor die pilots. We leggen ze niet van boven af uit Den Haag op. We willen juist van de deskundigen in het veld horen wat zij vinden, wat volgens hen de beste aanpak is. Ik roep u daarom ook hier op om met voorstellen te komen. U hier in de zaal bent immers die deskundigen.

Meer mensen met een arbeidsbeperking en een grote afstand tot de arbeidsmarkt aan de slag. Dat is het streven. In de eerste plaats omdat zij er recht op hebben om volop mee te doen in onze samenleving. Daar hoort ook een baan bij.

Maar er is nog een belangrijke reden om meer mensen met een arbeidsbeperking kans te geven op gewoon werk. We zitten op dit moment in economisch zwaar weer. Ook u hier in de polder. Toch luwt die storm ooit. Dan trekt de economie aan en ontstaan nieuwe banen. Tel daar bij op dat vanaf 2010 jaarlijks negentigduizend mensen met pensioen gaan en evenzoveel vacatures achterlaten. Dat zijn zo’n dertigduizend tot veertigduizend mensen per jaar meer dan we gewend waren. De babyboomgeneratie van na de Tweede Wereldoorlog verlaat dan de arbeidsmarkt.

De optelsom van die twee dingen, economisch herstel en een grote uittocht van oudere werknemers, kan zo weer leiden tot een krappe arbeidsmarkt. Willen we na de crisis geen kansen missen, dan moeten zoveel mogelijk mensen beschikbaar zijn voor werk. Ook mensen met een arbeidsbeperking. Mensen die nu zijn aangewezen op een uitkering of een plaats in de sociale werkvoorziening. Daarbij zijn initiatieven zoals deze kwekerij onontbeerlijk. Hier kunnen mensen hun eerste stappen zetten op weg naar werk. Hier kunnen mensen zich ontwikkelen, tot bloei komen. Die visie van Concern voor werk sluit nauw aan bij het toekomstbeeld dat het kabinet heeft van de sociale werkvoorziening.

Werkgevers in de zaal wil ik op hun hart drukken: wacht niet tót de economie weer aantrekt en tót de sociale werkvoorziening op andere leest is geschoeid. U kunt vandaag al beginnen met investeren in mensen met een arbeidsbeperking, investeren in mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Kijk niet naar handicaps maar naar capaciteiten. Bedenk dat werknemers met een arbeidsbeperking heel gemotiveerd zijn. Doede Pausma van Concern voor werk zei het net nog in de film. Weet u nog? Mensen met een arbeidsbeperking weten vaak als geen ander wat doorzetten is. Zij kunnen een verrijking zijn voor uw bedrijf. Het blijkt dat bedrijven met een divers personeelsbestand – daar horen ook mensen met een arbeidsbeperking bij – het vaak beter doen dan andere bedrijven. Maak gebruik van die wetenschap.

Koninklijke Hoogheid, dames en heren ik ga afsluiten. Op deze plek lag een jaar geleden nog een lap landbouwgrond. Nu heeft Concern voor Werk hier een kassencomplex van 20.000 vierkante meter gerealiseerd. Er kan heel wat veranderen in een jaar. Dat geldt ook voor mensen. Vandaag nog een grote afstand tot de arbeidsmarkt, met de juiste hulp en begeleiding volgend jaar wellicht een baan.

Honderd vijftig mensen gaan hier aan de slag met stekjes. Die stekjes groeien uit tot grote, mooie planten. Ik spreek de wens uit dat deze honderd vijftig mensen dankzij de ervaring die zij hier opdoen zullen uitgroeien tot werknemers met een mooie plek op de arbeidsmarkt.


Dank u wel.