Ondertekening belastingverdrag tussen Qatar en Nederland
Staatssecretaris Jan Kees de Jager en Yousef Hussain Kamal, minister van Financiën van Qatar, hebben op 24 april 2008 het belastingverdrag tussen Nederland en Qatar ondertekend.
Staatssecretaris Jan Kees de Jager en Yousef Hussain Kamal, minister van Financiën van Qatar, hebben op 24 april 2008 het belastingverdrag tussen Nederland en Qatar ondertekend. Het verdrag voorkomt dubbele belasting op inkomen en vermogenswinsten. Daarnaast is het bedoeld om belastingontwijking te voorkomen en te voorzien in uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied.
Qatar is één van de snelst groeiende economieën in de regio. De economische ontwikkeling van Qatar wordt in sterke mate beïnvloed door inkomsten uit de olie- en gassector. Qatar heeft zich in de afgelopen jaren geconcentreerd op exploitatie van gas, onder meer door het Pearl Gas-to-Liquid project. Dit is tot nog toe succesvol is verlopen en zal tot verdere investeringen leiden. Door de hoge energie-inkomsten heeft Qatar grote investeringen in de infrastructuur kunnen doen. Daarnaast zet Qatar in op privatisering en diversificatie van delen van de economie. Om deze strategie verder vorm te geven heeft Qatar wetgeving doorgevoerd die het voor buitenlanders makkelijker moet maken om te investeren in Qatar. De handelsbetrekkingen tussen Nederland en Qatar nemen in hoog tempo toe.
Het verdrag verbetert de voorwaarden voor investeringen in zowel Qatar als Nederland. De zekerheid over de belastingheffing is namelijk belangrijk voor bedrijven die willen investeren in één van beide landen. Bovendien vermindert een belastingverdrag over het algemeen de administratieve lasten van de belastingplichtige, aangezien het niet meer nodig is om voor alle inkomensbestanddelen in beide landen aangifte te doen.
Het verdrag heeft met name tot doel bij te dragen aan de verdere ontwikkeling van de economische betrekkingen tussen Nederland en Qatar en om te wederzijdse investeringen in beide landen te bevorderen. Het verdrag moet in Nederland nog voor parlementaire goedkeuring worden voorgelegd.
In het verdrag is vastgelegd welk land belasting mag heffen over het inkomen van natuurlijke personen en bedrijven. In beginsel zijn er geen bronheffingen op deelnemingsdividenden en interest. Voor royalty’s geldt een bronheffing van 5%. Op verzoek van Nederland is een anti-misbruikbepaling in het dividendartikel in het verdrag opgenomen.
Beide landen behouden het heffingsrecht over de winsten die gemaakt worden bij de uitvoering van een bouwwerk of van constructie- of montagewerkzaamheden als deze werkzaamheden langer duren dan zes maanden.
De bepaling over uitwisseling van inlichtingen vastgelegd in het verdrag is in overeenstemming met het OESO Modelverdrag 2005.