Toezeggingen Eerste Kamer
Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20017
2500 EA ‘S-GRAVENHAGE
Uw brief (Kenmerk) 4 juli 2006
Ons kenmerk: AFP 2006-00571 U
Geachte voorzitter,
In uw brief van 4 juli 2006 heeft u de toenmalige staatssecretaris van Financiën een reactie gevraagd op een overzicht van het afgelopen jaar van een achttal nog openstaande toezeggingen tijdens debatten in de Eerste Kamer. Met excuus voor deze late beantwoording treft u onderstaand de huidige stand van zaken van de in uw brief genoemde openstaande toezeggingen. Uit deze stand van zaken volgt dat aan één toezegging gedeeltelijk uitvoering is gegeven, u over é én toezegging medio 2007 wordt geïnformeerd en dat aan de overige toezeggingen uitvoering is gegeven.
De toezegging om de klokkenluidersregeling met een positieve intentie aan te zullen kaarten bij de beroepsorganisaties is uitgevoerd. De regeling is opgenomen in de Verordening accountantorganisaties van de NOvAA en het NIVRA. Deze regeling is met ingang van 1 januari jl. in werking getreden.
De toezegging om een beleidsbesluit uit te brengen met betrekking tot premievrij voortzetten van pensioenen bij arbeidsongeschiktheid dat in de lijn is met het beleidsbesluit dat is uitgebracht bij de introductie van het Witteveenkader is afgerond bij besluit van 11 oktober 2006.1
De toezegging om, samen met Staatssecretaris van OCW, vóór de zomer van 2006 na te gaan of de film-cv (commanditaire vennootschap) omgezet kan worden in een subsidieregeling is afgerond bij brief van 31 maart 2006.2
De toezegging te kijken naar (on)gelijke fiscale behandeling van drie typen universiteiten en de toezegging vóór 1 juli 2006 een notitie te sturen over de belastingheffing van overheidsbedrijven conform de inhoud van motie Essers is afgerond bij brief van 24 oktober 2006.3
De toezegging te inventariseren hoe in andere landen van de Europese Unie wordt omgegaan met successiewetgeving en dividendbelasting is voor het dividendgedeelte afgerond bij brief van 12 december 2006.4 Ten aanzien van het successiegedeelte heb ik tijdens de plenaire behandeling van het Belastingplan 2007 in uw Kamer aangegeven dat we daar nog mee bezig zijn. Ik verwacht dat dit kwartaal de Kamer nader zal worden ingelicht over de onderzoeksgegevens.
De toezegging om na te gaan of het plafond in de WBSO kan worden afgeschaft en hoe de voorlichting aan het MKB over de toepassing van de WBSO kan worden verbeterd is afgerond bij brief van 18 augustus 2006.5
Tijdens voornoemde behandeling heb ik met betrekking tot de toezegging eind 2006 een evaluatie met betrekking tot de handhavingsconvenanten te laten pla atsvinden en de Kamer over de uitkomst te informeren, u aangegeven dat ik hoop de resultaten medio 2007 naar de Kamer te kunnen sturen.
Tot slot verwijs ik voor de volledigheid naar de bijlage van Moties en toezeggingen bij de Memorie van Toelichting op de Begroting IX B, waarin jaarlijks de behandelingsstatus van toezeggingen wordt weergegeven.
Hoogachtend,
de minister van Financiën,
G. Zalm
1: CPP2006/1977M, Stcrt. 18 oktober 2006, nr. 203, pag. 17
2: Kamerstukken II 2005/06, 25 434, nr. 26
3: Kamerstukken I 2006/07, 30 306, I
4: Kamerstukken I 2006/07, 30 306, J
5: Kamerstukken I 2005/06, 30 300, E