Kamerbrief inzake beantwoording vragen van het lid Ferrier over Bijeenkomst Ontwikkelingssamenwerking.nu

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Ferrier over Bijeenkomst Ontwikkelingssamenwerking.nu. Deze vragen werden ingezonden op 1 oktober 2009 met kenmerk 2009Z17765.


De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

Bert Koenders

Antwoorden van de heer Koenders, Minister voor Ontwikkelingssamenwerking op vragen van het lid Ferrier (CDA) over Bijeenkomst Ontwikkelingssamenwerking.nu.

Vraag 1

Is de door u georganiseerde bijeenkomst “Ontwikkelingssamenwerking.nu” gehouden op 26 september 2009 de nieuwe invulling van het beleid op het gebied van draagvlakactiviteiten, hetgeen voorheen werd uitgevoerd door medefinancieringsorganisaties en waarvoor €20 mln per jaar beschikbaar was? 1)

Vraag 2
Zo ja, kunt u concluderen dat uw departement een betere bijdrage aan draagvlak voor ontwikkelingssamenwerking kan leveren dan maatschappelijke organisaties die deze taak in het verleden hadden? Waarop baseert u dit?

Antwoord

Nee, de door mij georganiseerde bijeenkomst op 26 september is niet de invulling van het nieuwe beleid op het gebied van draagvlakactiviteiten.

In dit verband wil ik verwijzen naar mijn brief aan uw Kamer over modernisering draagvlak ontwikkelingssamenwerking d.d. 11 mei j.l. waarmee uw Kamer heeft ingestemd. Zoals in deze brief aangegeven ben ik van mening dat ik voor organisaties en particulieren een belangrijke rol is weggelegd voor het ondersteunen en invullen van mondiaal burgerschap. Hiervan maken draagvlakactiviteiten een centraal onderdeel uit. De overheid treedt hierbij voorwaardenscheppend op. Het evenement Ontwikkelingssamenwerking.nu beschouw ik als een voorbeeld van deze faciliterende rol van de overheid en zie ik als uitvoering van de moderniseringsagenda zoals ik die heb uiteengezet tijdens de begrotingsbehandeling van Buitenlandse Zaken op 12 en 13 november 2008. Ik heb aangekondigd in te willen zetten op het maximaliseren van de effectiviteit van de hulp, tegengaan van versnippering, het binnenhalen van nieuwe spelers en het aangaan van vernieuwende samenwerkingsverbanden.

Deze nieuwe manier van OS bedrijven strekt zich trouwens ook uit tot de bekende draagvlakorganisaties; zo hebben NCDO, COS Nederland en het Nederlands platform millenniumdoelen ‘EEN’ een akkoord getekend dat tot doel heeft de betrokkenheid en bijdrage te bevorderen van particulieren die zich willen inzetten voor de millenniumdoelen.

Behalve dat de bijeenkomst van 26 september jl. een platform vormde voor debat en kritische discussie (in een tijd waarin aan zo’n debat grote behoefte lijkt te bestaan), was het aangaan van samenwerkingsverbanden een centraal element van de bijeenkomst. Het feit dat er de hele dag ‘millenniumakkoorden’ zijn gesloten tussen vertegenwoordigers van bedrijven, netwerkorganisaties, NGO’s, universiteiten en particulieren is voor mij dan ook een belangrijk resultaat van die dag. De millenniumakkoorden zijn een belangrijk instrument om nieuwe partners te betrekken in innovatieve samenwerkingsverbanden waardoor daadwerkelijk een extra inspanning wordt geleverd aan het behalen van de millenniumdoelen. Veelal is er bovendien sprake van een hefboom, zodat de bijdrage van de overheid wordt verhoogd door bijdragen van deelnemers in de partnerschap. De andere partners in bijvoorbeeld het millenniumakkoord rond HIV/Aids bestrijding in zuidelijk Afrika investeren een veelvoud van de bijdrage van de Nederlandse overheid. Minstens even belangrijk is dat deze akkoorden slagvaardig en innovatief zijn in hun samenwerkingsverbanden – tussen overheid, bedrijfsleven, charitatieve stichtingen, alsook niet-gouvernmentele instellingen en universiteiten. Ontwikkeling door samenwerking: deze partnerschapsverbanden vergroot de effectiviteit en door de hefboom trekt het tevens additionele bijdragen van anderen aan. Dit is bijvoorbeeld het geval met de Access to Medicine index, waar behalve het ministerie van Buitenlandse Zaken ook de Gates Foundation, het Engelse DfID (Department for International Development), ICCO, Cordaid, Oxfam/Novib, en Hivos geld in investeren, terwijl de Access to Medicine Foundation wordt bijgestaan door de expertise die is opgebouwd in SNS Reaal.

Vraag 3
Hebt u met deze activiteit nieuwe doelgroepen bereikt? Zo ja, welke?

Antwoord

Het hoofddoel van deze bijeenkomst was om samenwerkingsverbanden tussen uiteenlopende nieuwe spelers tot stand te brengen. Nieuwe partners in internationale samenwerking brengen belangrijke kennis en ervaring in en niet te vergeten extra fondsen. Een goed voorbeeld van de door mij beoogde publiek-private samenwerking door middel van millenniumakkoorden is 'Moving Targets', een samenwerkingsverband met TNT en het Wereldvoedselprogramma van de Verenigde Naties, waarbij mobiele klinieken worden gebouwd langs belangrijke doorvoerroutes in Afrika om de gezondheidssituatie van vrachtwagenchauffeurs te verbeteren (bestrijding van HIV/Aids). Daarnaast zijn er bijvoorbeeld ook akkoorden gesloten om private investeringen in de gezondheidszorg te stimuleren en om nog meer te investeren in schoon drinkwater voor 850.000 mensen in ontwikkelingslanden.

Vraag 4
Op welke post in de begroting is de financiering van deze activiteit terug te vinden?

Antwoord

De bijeenkomst Ontwikkelingssamenwerking.nu is gefinancierd uit het budget van de Directie Voorlichting (begrotingsartikel 8.3).

Vraag 5

Op welke wijze wordt er vervolg gegeven aan de verschillende afgesloten akkoorden zoals o.a. akkoorden om te komen tot nieuwe manieren om transparantie en accountability te bevorderen zoals de Access to Medicine Index? Welke afspraken worden daarover gemaakt? Op welke wijze wordt de continuïteit van deze en andere afspraken die afgelopen zaterdag zijn gemaakt gewaarborgd?

Antwoord

Het geven van een vervolg aan de gesloten akkoorden is een verantwoordelijkheid die het ministerie deelt met de partners die in het akkoord zitten. Bij de Access to Medicine Index wordt dus gezamenlijk opgetrokken met de AtM Foundation, DfiD en de Gates Foundation. Mijn ambtenaren houden contact met alle genoemde partners.

De betrokkenheid en eventuele financiële bijdragen van het ministerie van Buitenlandse Zaken aan de diverse akkoorden (voor zover daarvan sprake is; er zijn ook akkoorden gesloten zònder financiële bijdrage van dit ministerie) vallen onder de verantwoordelijkheid van de directie die daarvoor thematisch de meest aangewezen directie is (bijv. de Directie Sociale ontwikkeling of de Directie Milieu en water). Net zoals dit het geval is voor alle andere OS activiteiten van dit ministerie, zijn de afzonderlijke directies verantwoordelijk voor het beheer en het volgen van de uitvoering van de in de akkoorden overeengekomen activiteiten. Een en ander geschiedt aan de hand van de bestaande regels en procedures.

Om evenwel beter inzicht te bieden in de gesloten akkoorden – èn om nieuwe akkoorden te stimuleren ook zònder betrokkenheid van dit ministerie – is een speciale website www.millenniumakkoorden.nl ontwikkeld, waar de voortgang van akkoorden kan worden gevolgd maar die ook kan worden gebruikt voor contacten tussen de verschillende partners. De website biedt een soort interactieve ‘werkruimte’ voor het uitwisselen van kennis en ervaring over de akkoorden.

1) de Volkskrant, 28 september 2009: “Hulpverlener draagt vaak een pak”