Openingstoespraak 'Het Akkoord van Schokland'

Openingstoespraak door Bert Koenders
Minister voor Ontwikkelingssamenwerking
Schokland, 30 juni 2007

[Inleiding]

Beste mensen, beste Schoklanders,

Namens het hele kabinet heet ik jullie van harte welkom hier op het oude eiland! Goed dat jullie er allemaal zijn. En jullie zijn hier vandaag met een goede reden. We staan hier, omdat we het er niet bij willen laten zitten. We laten het er niet bij zitten dat armoede wereldwijd wijdverbreid is. We laten het er niet bij zitten dat we de Millennium Ontwikkelingsdoelen voor minder armoede, meer onderwijs en een beter milieu niet gaan halen. Jullie accepteren dit niet, jullie komen er tegen in opstand. Ik ook. Wij bundelen daarom vandaag onze krachten om de Millennium Ontwikkelingsdoelen dichterbij te brengen. Hier in Schokland kunnen we vandaag geschiedenis schrijven. Dat is geen loze belofte, dat is de concrete kracht van mensen die samenkomen en besluiten een doel te willen bereiken. Mensen uit de hele samenleving. Van jong tot oud, van geitenwollensokken tot driedelig grijs. Allemaal zijn ze vandaag aanwezig. Bussen vol mensen zijn naar Schokland gekomen, uit heel ons land. Van Groningen tot Maastricht. Bedrijven, maatschappelijke organisaties, universiteiten, maar ook mensen die gewoon in hun eentje besloten het er niet bij te laten zitten. Nederland komt vandaag in actie voor een betere wereld.

Daar tekenen wij voor hier op Schokland. Tientallen jaren geleden waren hier dezelfde problemen die wij ook nu weer willen bestrijden: armoede, geen gelijke rechten voor mannen en vrouwen, kindersterfte, noem maar op. Problemen die onoplosbaar leken, maar die met mensenhanden zijn bedwongen. Problemen die wij ook nu elders in de wereld met elkaar willen en kunnen aanpakken. Vandaag zetten wij daarom onze handtekening onder de Akkoorden van Schokland. Wij tekenen voor minder armoede. Wij tekenen akkoorden met niet alleen mooie woorden, maar juist concrete daden om vóór 2015 de Millennium Ontwikkelingsdoelen te halen. Harde a ctie is nu nodig, want de tijd gaat heel hard. Jullie handtekening, mijn handtekening – iedere handtekening is een helpende hand aan mensen in nood.

Hulp die wij zelf ook kregen toen we in nood waren. Uit alle hoeken van de wereld. Toen een halve eeuw geleden Zeeland onder spoelde kregen we tienduizend paar lieslaarzen uit Canada; tienduizend kilo suiker uit Jamaica; en duizend kilo dadels uit Irak. Dit zette veel Nederlanders aan het denken. Zouden we zelf ook niet méér kunnen doen voor landen in nood? De dijkdoorbraak deed ons over de dijken heen kijken.

Maar als we de armen echt willen helpen, moeten we wel goed kijken wat ze echt nodig hebben. Ze helpen zichzelf te helpen, zonder arrogant te doen. Want anders helpt de hulp niet – dat hebben we zelf ook ondervonden. Na de watersnoodramp kregen we vierhonderd flessen cognac uit Italië. Niet het eerste waar je om zit te springen als er een hele provincie onder water staat!

We moeten dus niet alleen als Nederlandse samenleving samenwerken, maar ook samenwerken met de mensen waar het uiteindelijk om gaat. Daarom ging ik de afgelopen maanden niet alleen vaak het land in, maar ook vaak het land uit. Naar Afghanistan; naar Oeganda, Soedan en Tsjaad; naar Burundi en Rwanda; en naar Nicaragua en Guatemala. Overal was de armoede groot – maar de wil om eraan te ontsnappen groter. Zo was ik drie dagen terug in een wijk in Guatamala-stad, Boca Monte. Een arme wijk. Laten we zeggen dat mijn collega Vogelaar er een flinke klus aan zou hebben van die wijk een prachtwijk te maken. Ik sprak daar met jongeren die lid waren geweest van gangs, de Mara’s, en hun verhalen hebben een diepe indruk op mij gemaakt. Hoe zij de walgelijke ‘sociale schoonmaakacties’ van de politie overleefd hebben en nu geloofden in een betere toekomst. Voor hunzelf en voor hun land. Daar teken ik voor. Daar tekenen we vandaag voor.

Natuurlijk moeten we ook samenwerken met internationale organisaties zoals de Verenigde Naties, waar de Millennium Ontwikkelingsdoelen zeven jaar geleden gelanceerd werden. Gisteren kreeg ik een persoonlijke boodschap van de Secretaris-Generaal van de VN, Ban Ki-Moon. Hij staat pal achter onze schoktherapie voor de Millennium Ontwikkelingsdoelen en wilde jullie allemaal persoonlijk steunen. Dat doet goed.

[Kabinetsagenda 2015]

Vandaag zijn ook veel van mijn collega’s in het kabinet aanwezig. Ook zij tekenen voor minder armoede, ook zij beloven hun kracht in te zetten: minister Plasterk tekent bijvoorbeeld voor een publiekprivaat fonds voor vrouwenrechten, minister Verburg zet haar handtekening onder een initiatief voor duurzame handel en minister Van Middelkoop sluit met verschillende partijen een akkoord voor het bundelen van kennis over vrede en veiligheid. Armoedebestrijding is geen corvee, maar core business voor dit kabinet. Het hele kabinet. Ontwikkelingssamenwerking komt uit het schuttersputje. Wij tekenen allemaal voor minder armoede. En ik klap uit de school, dit kan me mijn baan kosten, maar gisteren hebben we het er nog over gehad in de Ministerraad. We hebben vier prioriteiten afgesproken. Want we moeten wel prioriteiten durven stellen – dáár inzetten waar de achterstanden het grootst zijn.

[Vier prioriteiten]

Punt één: méér doen in fragiele staten en postconflictgebieden. Juist daar zijn de Millennium Ontwikkelingsdoelen in gevaar. Ik heb het over landen als Kongo, Burundi, Jemen. De mensen zijn er sterk, maar de staat zwak. Te zwak om voor veiligheid te zorgen, te zwak om voor de mensen te zorgen. Zwak en soms ook kwaadaardig. Nummer één op de falende staten index staat Soedan – de honderdduizenden doden in Darfur zijn natuurlijk ook ons falen. De vluchtelingen in de kampen kunnen niet op hun overheid rekenen, dus rekenen ze op ons. Laten we ze niet teleurstellen. Laten we eindelijk in actie komen.

Punt twee: economische groei en verdeling. Dankzij economische groei zijn bijvoorbeeld in China en India miljoenen uit de armoede getrokken. Maar groei alleen is niet genoeg. In veel landen worden de rijken rijker en de armen armer. Perverse globalisering noem ik dat. We halen de Millennium Ontwikkelingsdoelen alleen als de groei ook aan de armen ten goede komt. Daarom moeten we stevig investeren in onderwijs, gezondheidszorg, infrastructuur en eerlijke handel. Globalisering en groei zetten de deur naar een beter bestaan open, maar vaak zijn de drempels nog te hoog. Die moeten omlaag, daar gaan wij voor zorgen. Ook daar tekenen wij vandaag voor.

Punt drie: milieu, duurzaamheid, met speciale aandacht voor duurzame energie. Juist de armste landen zijn de grootste slachtoffers van klimaatverandering. Alle vooruitgang bij de Millennium Ontwikkelingsdoelen dreigt er op te drogen of weg te spoelen. Zo is een temperatuurstijging van twee graden genoeg om de hele koffiesector van Oeganda, waar ik onlangs was, met de grond gelijk te maken. De VN voorspelt dat vijftig miljoen mensen door de golf van natuurrampen zelfs huis en haard zullen moeten verlaten – de zogenaamde milieuvluchtelingen. Vijftig miljoen! Wat mij betreft geldt: de vervuiler betaalt. En die vervuiler, dat zijn wij. Ik wil daarom arme landen helpen zich aan te passen aan klimaatverandering en ik wil ze ook alvast aan duurzame energie helpen.

Dan het vierde en laatste punt: vrouwenrechten. In veel arme landen hebben vrouwen zelden zeggenschap, en zelfs het moederschap is voor hen niet veilig: iedere minuut, iedere minuut sterft daar een vrouw in het kraambed of tijdens de zwangerschap. De achterstanden bij de Millennium Ontwikkelingsdoelen hebben veel te maken met de achterstandspositie van vrouwen. Vrouwen voorop, zeg ik dus. Als progressief land kan Nederland een verschil maken op een belangrijk, maar ook beladen thema: seksuele en reproductieve gezondheid en rechten. Het gaat om de vrijheid zélf te beslissen over je seksuele leven en het aantal kinderen dat je wilt. Zonder seksuele en reproductieve gezondheid en rechten geen emancipatie van de vrouw. En zonder emancipatie van de vrouw geen emancipatie van de armen. Voor die emancipatie tekenen wij vandaag.

[Schoklandfonds]

Fragiele staten, groei en verdeling, duurzaamheid en vrouwenrechten – dit zijn de vier kabinetsprioriteiten voor de komende vier jaar. Dat kunnen we niet alleen. Samenwerking met de hele samenleving is voor ons dus prioriteit. Ontwikkelingssamenwerking leeft in Nederland. Tijdens de eerste 100 dagen van het kabinet heb ook ik niet stilgezeten. Ik heb zo veel enthousiaste mensen gesproken, vol met plannen en inspirerende ideeën. Nu wil ik met hen, met jullie, concrete afspraken maken. Vandaag wordt er al een aantal maatschappelijke akkoorden getekend, maar wat jullie zien is nog maar het topje van de ijsberg. Er komen er nog veel meer. Om deze akkoorden van de grond te krijgen heb ik besloten een zogenaamd “Schoklandfonds” op te richten, met 50 miljoen euro voor publieke, maatschappelijke, particuliere en bedrijfsinitiatieven in de komende vier jaar. Nog voordat de inkt droog is, moeten we de handen uit de mouwen steken – want 2015 is dichtbij en de Millennium Ontwikkelingsdoelen zijn nog ver weg. Jullie kunnen allemaal tekenen, iedereen kan een verschil maken.

[Tot slot]

Hoog tijd om met ons fantastische programma te beginnen: naast het tekenen van akkoorden ook debatten, filmvoorstellingen, lezingen en muziek. De muziek laat ik vandaag maar eens over aan de man die naast mij staat: Marco Borsato. Hij is een voorvechter en kenner van kinderen in voormalig oorlogsgebieden. Hij kent de wereld van dichtbij. Met hem zal ik straks als eerste een akkoord tekenen. Ik wil ook onze speciale Afrikaanse gasten, voormalig premier Mucumbi uit Mozambique en de gerespecteerde Noord-Oegandese leider Mao, welkom heten – met hen praten we straks nog even verder. Dit is de dag dat we allemaal tegen elkaar zeggen: we gaan niet wachten op de G8, want samen vormen we hier in Schokland de G5000; we verdubbelen niet alleen de beloftes, maar ook de inspanningen; en we geven niet alleen om een ander, we geven ook echt iets aan die ander – internationale solidariteit in de praktijk gebracht.

Fantastisch om samen met jullie die weg naar de Millennium Ontwikkelingsdoelen in te slaan! De afslag heet vanaf vandaag Schokland. Want vandaag tekenen wij voor minder armoede. Nederland laat van zich horen. Schokland laat je vandaag horen!

Dank jullie.