Toespraak van Millenniumdoelenambassadeur op Wereldwaterdag

Gelegenheid: Wereldwaterdag

Goedemiddag allen.

Laat ik beginnen te zeggen wat een eer het voor mij is hier vandaag bij u te zijn. U heeft met zijn allen al een heel programma achter de rug om wereldwaterdag te markeren, en aldus expliciete aandacht te vestigen op het belang van schoon water en sanitaire voorzieningen voor iedereen.

Millenniumontwikkelingsdoel (MDG) 7 dus, want dat is het millenniumdoel waar we het over hebben. Concreet houdt het realiseren van dit millenniumdoel in dat wereldwijd tussen 2000 en 2015 1,1 miljard mensen toegang tot drinkwater krijgen en 1,6 miljard mensen over sanitaire voorzieningen kunnen beschikken.

Hoe staat het hier nu eigenlijk mee? Als Nederlander kun je je bijna niet voorstellen dat dit een grote uitdaging is. Schoon water is voor ons iets waar we nauwelijks over na hoeven te denken: wij zwemmen er letterlijk in. Maar voor vele miljoenen mensen is dit ver buiten hun bereik. Op dit moment wonen zo’n zevenhonderd miljoen mensen in gebieden met een ernstig tekort aan water. De schatting van de Verenigde Naties is zelfs dat, als we niets doen, dit aantal mensen in 2025 zal zijn gestegen tot drie miljard. Dat kan en mag niet gebeuren.

De urgentie om ons in te zetten voor het behalen van de MDGs is dan ook groot. Een half jaar geleden, in september 2008, kwamen alle wereldleiders in New York bijeen voor de MDG top. Zij maakten de balans op van waar we nu precies staan met het bereiken van de millenniumdoelen. Dat was precies halverwege de tijd die de VN-lidstaten elkaar in 2000 hadden gegeven om de 8 Millenniumdoelen te halen. Het beeld dat in New York, voor alle doelen, werd geschetst was gemengd.

Dat geldt ook voor MDG7. Op sommige punten kunnen we weliswaar tevreden zijn, maar op andere terreinen zullen we echt een sprint moeten trekken.Op wereldschaal daalde bijvoorbeeld het aantal mensen dat geen toegang heeft tot schoon drinkwater tot onder de één miljard (883 miljoen). Sinds 1990 hebben 1,6 miljard mensen toegang gekregen tot schoon drinkwater. Maar Afrika zal zonder extra inspanning pas in 2040 de doelstelling voor drinkwater halen. En de sanitatie doelstelling is wereldwijd in gevaar. 2,5 miljard mensen hadden eind 2006 nog geen toegang tot sanitaire voorzieningen.

En om deze pil nog iets bitterder te maken: dit was de analyse van de VN voordat de financiële en economische crisis in alle hevigheid losbarstte. In de afgelopen maanden is veel gezegd en geschreven over de gevolgen van die crisis voor de wereldeconomie. Maar één ding staat buiten kijf, namelijk dat ontwikkelingslanden buiten hun schuld om het slachtoffer van de kredietcrisis dreigen te worden. De positieve ontwikkelingen van de afgelopen jaren dreigen teniet te worden gedaan. Ontwikkelingslanden vormen de kwetsbaarste groep en hebben niet, zoals de meeste rijke landen, het vermogen om in zo’n tijd anti-cyclisch te reageren.

De boodschap lijkt mij duidelijk. Maar wat doet de Nederlandse overheid, en in het bijzonder de minister voor ontwikkelingssamenwerking, minister Koenders, als ‘regisseur’ van de kabinetsinspanningen om de MDG’s dichterbij te brengen, hier nu aan?

U kent ongetwijfeld de ‘50 miljoen doelstelling’, het doel om in 2015 vijftig miljoen mensen toegang te verschaffen tot veilig drinkwater en verbeterde sanitatie. Deze doelstelling is in 2004 geformuleerd en weerspiegelt de ambities van de Nederlandse ontwikkelingsinspanningen. Met het opzetten van programma’s, juist in die landen waar de behoefte aan schoon drinkwater het grootst is, is vaak veel tijd gemoeid. Maar nu zijn we zover dat concrete resultaten zichtbaar beginnen te worden.

Eind 2008 hadden dankzij onze vijftig miljoen doelstelling zo’n 5,7 miljoen mensen toegang gekregen tot drinkwater en 6,7 miljoen mensen toegang tot sanitatie. We zijn nog lang niet bij de 50 miljoen, maar de eerste resultaten zijn er; er lopen momenteel programma’s om 26,1 miljoen mensen toegang te verschaffen tot drinkwater en 31 miljoen mensen toegang tot sanitatie.

Maar ons ministerie zet zich niet alleen in voor MDG7 door het financieren van hulpprogramma’sin onze partnerlanden. We proberen ook structurele belemmeringen op weg naar het doel op te ruimen. Deze liggen voor een deel bij de ontvangende landen in het zuiden die hun nationale beleid voor water en sanitatie niet op orde hebben, geen goede plannen hebben en te weinig prioriteit toekennen aan financiering van drinkwater en sanitatie.

Daarnaast ligt het probleem ook bij donoren die hun inspanningen niet coördineren en de aandacht vooral richten op midden-inkomenslanden waar het realiseren van MDG7 binnen handbereik ligt.

Nederland spant zich ook op dit punt extra in. Tijdens de top in New York waar ik zojuist al over sprak, heeft Minister Koenders samen met zijn Britse collega het initiatief genomen voor de oprichting van een Global Framework for Action, een systeem van monitoring en coördinatie van MDG7 waarbij donoren en ontvangende landen afspraken maken over nationaal beleid, capaciteitsontwikkeling en ODA-financieringsstromen naar, met name, de off track landen, de landen die het verste weg zijn van het behalen van MDG7. Op deze manier kunnen off-track landen met goede plannen verbeterde toegang krijgen tot de ODA middelen die zij zo hard nodig hebben.

Tijdens het Wereld Water Forum in Istanbul zijn verleden week de contouren van een dergelijk systeem uiteengezet. De reacties waren bijzonder positief. Naast de initiatiefnemers, het VK en Nederland, hebben andere donoren, financiële instellingen (met name de Wereldbank) en ook het overleg van waterministers van de landen van de Afrikaanse Unie zich achter het initiatief geschaard.

Dat zie ik als een positieve ontwikkeling. Verandering kan alleen maar plaatsvinden als de wil om te veranderen en zich te verantwoorden bij iedereen bestaat.

Door de vijftig miljoen doelstelling, door dit initiatief voor betere coördinatie bij de realisatie van MDG7 en door onze aanzienlijke financiële en maatschappelijke inzet op het bereiken van dit millenniumdoel speelt Nederland een voortrekkersrol die past bij het internationale imago van Nederland als ‘waterland’.

Het mooie aan deze dag, en dit evenement in Blijdorp, is dat deze voortrekkersrol breed wordt gedragen in de Nederlandse maatschappij en watersector. Ik wil benadrukken hoe belangrijk dat voor de minister voor Ontwikkelingssamenwerking is, en hoe bijzonder wij het vinden om te zien dat op verschillende plaatsen in Nederland zoveel mensen, vaak vrijwilligers, zich inzetten voor de millenniumdoelen. Het mooie is ook dat zij dat doen op innovatieve manieren en in samenwerking met gemeenten en bedrijven die vandaag ook in grote getale aanwezig zijn.

De actie Wandelen voor Water is een prachtig voorbeeld van zo’n breed maatschappelijk initiatief. Zowel scholen, de leerlingen, de stichting Aqua for All, UNICEF en de Nederlandse drinkwatersector spelen een rol bij deze actie. En dat is alleen nog maar de Nederlandse kant van de actie. Via de stichting Aqua for All worden over de hele wereld drinkwater- en sanitatieprogramma’s gerealiseerd met partnerorganisaties in deze landen, echt een prachtig initiatief waarmee ik u complimenteer, ook namens minister Koenders.

Ik sluit mijn verhaal af met een oproep aan u allen om uw goede initiatieven door te zetten, verder te ontwikkelen en over te dragen op anderen en anderen daarbij te betrekken.
Dank u voor uw aandacht.