Verzet Myanmar ebt weg

Gelegenheid:

Na vier dagen wachten heeft VN-gezant Ibrahim Gambari dinsdag toch kunnen praten met de eerste man van de militaire junta in Myanmar, generaal Than Shwe. Ook sprak hij opnieuw met oppositieleidster Aung San Suu Kyi. Zonder iets over de gesprekken prijs te geven, heeft Gambari het land weer verlaten. Hij is op weg naar New York om daar te rapporteren over de situatie in Myanmar.

Ongetwijfeld heeft Gambari de schending van mensenrechten door het regime in Myanmar aan de kaak gesteld. Hetzelfde onderwerp werd vorige week in de hoofdstad Nay Pyi Taw al aangesneden door de Nederlandse mensenrechtenambassadeur Arjan Hamburger.

Eigenlijk was Hamburger op weg naar Cambodja, toen hij tot zijn eigen verrassing ineens toestemming kreeg om Myanmar te bezoeken. De Nederlandse mensenrechtenambassadeur kwam daar aan vlak voordat het militaire regime hardhandig de demonstraties van monniken en burgers uit elkaar sloeg. Hij sprak met een vertegenwoordiger van de junta en verzocht hem namens Nederland geen geweld te gebruiken tegen de demonstranten. Verder pleitte Hamburger voor vrijlating van alle politieke gevangenen en een dialoog met de oppositie.

"De regering ziet de opstand vooral als een buitenlands complot en beschuldigt het buitenland ervan de oppositie te steunen", zegt Hamburger. "Het buitenland wordt er ook van beschuldigd de rijkdommen van Myanmar weg te kapen. De militairen zien dat dus blijkbaar niet als een eigen verantwoordelijkheid."

Politieke gevangenen
Hamburger luisterde ook naar de oppositie, die zeer bezorgd is over de nieuwe grondwet die in de maak is. Daarin wordt de overheersende positie van de militairen verder versterkt en hun macht bijna onaantastbaar. Volgens Hamburger zou dat de rechten van de burgers nog meer terugdringen, terwijl de mensenrechten nu al met voeten worden getreden: "Mensen worden willekeurig opgepakt en in de gevangenis gestopt en daar buitengewoon slecht behandeld. Er zijn vele politieke gevangen en er is dwangarbeid. Er zijn gedwongen verhuizingen, waar overigens wel enig overleg met de VN over is om te kijken of daar iets aan verbeterd kan worden. Er zijn kindsoldaten en er zijn vele, vele mensen naar Thailand gevlucht. En er zijn mijnenvegers, om het maar zo te noemen. Dat dorpelingen die met gevaar voor hun leven gedwongen worden om mijnenvelden te ruimen."

Ook de economische en politieke rechten worden in Myanmar stelselmatig geschonden, zegt Hamburger. De regering besteedt minder dan één procent aan onderwijs en gezondheidszorg. De bevolking is straatarm is en heeft geen enkele mogelijkheid om haar situatie te verbeteren.

Hamburger maakte ook een van de massale demonstraties mee. "Het was echt indrukwekkend. We zagen maar een deel van de totale demonstraties, maar dan praat je toch over zo'n duizend monniken, omringd door burgers. Ik geloof ook dat het aan hun kant zeer gewaardeerd werd dat er buitenlanders aanwezig waren die de situatie in de gaten hielden."

Internationale gemeenschap
Volgens Hamburger is de opstand in Myanmar grotendeels voorbij. De monniken die aan de wieg stonden van het verzet, zijn onder druk van het regime weer teruggekeerd naar hun kloosters. Een groot aantal van hen is gearresteerd. Omdat de monniken op dit moment grotendeels buiten beeld zijn geraakt, concentreren de militaire machthebbers zich weer op de politieke oppositie in het land. Hamburger denkt dat het risico groot is dat het openbare verzet wegebt en het regime de macht stevig in handen kan houden. De bal ligt nu volgens hem bij de internationale gemeenschap om de druk op de generaals op te voeren.