Lancering Trade2Gether website

Officiele titel: Lancering Trade2Gether website

Dames en heren,

Hartelijk welkom op het ministerie van Buitenlandse Zaken. Ik ben blij dat u hier allemaal te zien.

Het motto van het kabinet Balkenende IV was: ‘Samen werken, samen leven’. Daar zijn achteraf wat cynische commentaren op gekomen. Maar wat mij betreft blijft die ambitie overeind, ook internationaal. Ik zou er zelfs nog iets aan willen toevoegen: ‘Samen werken, samen leven, samen handel drijven’. Want handel, het bedrijfsleven, is essentieel voor groei en ontwikkeling. Dat is in ontwikkelingslanden niet anders dan hier.

Maar dan moeten de omstandigheden wel goed zijn. In ontwikkelingslanden is dat lang niet altijd het geval. Te zware of juist gebrekkige wet- en regelgeving, slechte infrastructuur, gesloten markten, onvoldoende toegang tot financiële diensten: de problemen zijn talrijk. Terwijl het bedrijfsleven kan zorgen voor werkgelegenheid, voor zelfredzaamheid, voor belastingopbrengsten die broodnodige investeringen mogelijk maken. Investeringen in onderwijs of gezondheidszorg, bijvoorbeeld.

Daarom is de ontwikkeling van de private sector een speerpunt van Nederlandse ontwikkelingssamenwerking.

Uit het onlangs verschenen WRR-rapport over ontwikkelingssamenwerking blijkt dat we daarmee op het goede spoor zitten. Ook de Raad vindt dat het stimuleren van economische groei centraal moet staan. Ik citeer: ‘Zonder groei valt er in ontwikkelingslanden niets te verdelen.’ Ook verschillende onderzoeken laten zien hoe belangrijk economische groei is. Wanneer het inkomen per hoofd van de bevolking stijgt, profiteert ook de armste 20 procent van de bevolking. En hoe hoger en hoe langduriger die groei is, des te sneller neemt de armoede af.

Bij het ontwikkelen van de private sector in ontwikkelingslanden speelt u een cruciale rol. Ik prijs uw inzet en ik waardeer uw oriëntatie op het internationale bedrijfsleven.

Maar het kan altijd beter.

Samen werken, samen leven, samen handel drijven. Voor ontwikkelingssamenwerking is dat een belangrijk streven. Alle partijen - overheden en private partijen - steunen de Verklaring van Parijs uit 2005, waarin wordt beloofd de versnippering in het hulpaanbod tegen te gaan. Maar in de praktijk is daar nog te weinig van terechtgekomen. En de Europese Unie heeft weliswaar een stap in de goede richting gezet door arbeidsdeling te propageren, maar ook hier ontbreekt het aan concrete maatregelen.

Het is onacceptabel dat een doorsnee ontwikkelingsland te maken heeft met 33 donoren en daarnaast nog eens honderden ngo’s. Hoe kunnen we goed bestuur bevorderen in die landen als we met z’n allen zo’n buitenproportioneel groot beroep doen op schaarse capaciteit? Dat wringt. Daarom loopt Nederland voorop bij het maken van afspraken om het werk beter te verdelen tussen donoren, bijvoorbeeld in Mali en Mozambique. In relatie tot de ngo’s heeft het nieuwe financieringstelsel het aantal aanvragen voor subsidies al gehalveerd en wordt alleen nog subsidie gegeven aan organisaties die samenwerken. En ook op uw terrein, de ontwikkeling van de private sector, wil de Nederlandse regering versnippering tegengaan.

Gelukkig wilt u dat zelf ook. U bent al verschillende keren met elkaar om de tafel gegaan om te kijken hoe meer synergie bereikt kan worden. En ook deze bijeenkomst geeft blijk van dat streven.

Maar hoe bereik je die samenhang en die samenwerking, die onze inspanningen effectiever moeten maken? Allereerst moet je dan van elkaar weten waar je mee bezig bent. Als organisaties niet op de hoogte zijn van elkaars activiteiten, kunnen ze ook niet van elkaars ervaringen leren. En juist die kennis is belangrijk - ook als het gaat om het stimuleren van bedrijvigheid. Natuurlijk, Nederland scoort in internationale vergelijkingen met andere donoren – bijvoorbeeld in de rapporten van de OESO - steevast goed, zowel in kwaliteit als professionaliteit. En ook de Nederlandse ngo’s doen uitstekend werk. Maar net als de WRR denk ik dat méér kennis en professionaliteit nodig zijn, om het hoofd te kunnen bieden aan de mondiale problemen.

Vandaar dat Buitenlandse Zaken een intensieve kennisstrategie is gestart. Met andere carrièreprofielen voor ambtenaren van dit ministerie, intensieve samenwerking met universiteiten, en nog veel meer. Maar ook u kunt uw kennis vergroten, vooral door uw successen en ervaringen met elkaar te delen.
De website die vanmiddag gelanceerd wordt, www.trade2gether.org, is één manier om dit te doen. Deze site kwam op uw eigen initiatief tot stand, omdat u er behoefte aan voelde, en werd door het CBI ontwikkeld in samenwerking met uw organisaties en dit ministerie. De site is een verzamelpunt: u vindt er alle informatie over uw private sector ontwikkelingspartners. U kunt erop vinden wat andere organisaties doen in een specifiek land, regio of sector. Of wie uw evenknie is bij collega-organisaties. Kortom, het is een hulpmiddel om op de hoogte te blijven van elkaars activiteiten en elkaar gemakkelijker te vinden. Dat zorgt voor meer samenhang en hopelijk ook meer samenwerking. Zoals we dat allemaal graag zouden zien, en waar we ook allemaal baat bij hebben. Niet voor niets opent de site met het volgende motto:

If you just want to be better: be competitive;
If you want to be exponentially better: be cooperative.

Zo werkt het in de wereld van vandaag: waar we de handen ineen kunnen slaan, zijn alle partijen beter af. Ik hoop dat deze website een handig en veelgebruikt hulpmiddel zal zijn bij het bewerkstelligen van samenhang en samenwerking.

Dank u wel.