Herdenking van Dijkstal in de Tweede Kamer

Minister-president Balkenende heeft op 18 mei 2010 in de Tweede Kamer een korte toespraak gehouden bij de herdenking van Hans Dijkstal, voormalig minister van Binnenlandse Zaken.

Mevrouw de voorzitter,

Vorige week bereikte ons het intens droevige bericht van het overlijden van Hans Dijkstal. Vanaf 1982 speelde hij twintig jaar lang een beeldbepalende rol in onze nationale politiek: als Kamerlid en fractievoorzitter van de VVD en als minister van Binnenlandse Zaken en vice-premier in het eerste Paarse kabinet.

Wie aan Hans Dijkstal terugdenkt, herinnert zich ongetwijfeld zijn lach, zijn humor en zijn meesterlijke vermogen om conflicten op te lossen en tegenstellingen te overbruggen. In 1995 schreef Elsevier over hem: "Hij is meer iemand die met zijn sociale intelligentie en met stille diplomatie mensen bij elkaar wil brengen. Hij fungeert als bindmiddel van de coalitie. Hier een kwinkslag. Daar een snedige opmerking. Altijd joviaal."

Met zijn vrolijkheid en toegankelijkheid wist Hans mensen snel voor zich te winnen. Dat bleek bijvoorbeeld ook toen hij tijdens zijn ministerschap een bezoek bracht aan zijn oude basisschool in de Vogelwijk, hier in Den Haag. Op het moment dat de auto met de minister na een rondgang langs alle lokalen weer wegzoeft, zegt een meisje met stralende ogen uit de grond van haar hart: "Hans is leuker dan Sinterklaas".

Iedereen die het voorrecht heeft gehad Hans persoonlijk te kennen, kan deze verzuchting alleen maar beamen. "Iedereen houdt van de mens Dijkstal" constateerde een krant in 1997 dan ook terecht.

Maar Hans Dijkstal was veel meer dan een warm, plezierig en aimabel mens. Hij was een man met heldere overtuigingen over politiek en samenleving. Overtuigingen die hij nooit heeft willen verloochenen - ook niet in de tijd dat zijn boodschap op weinig weerklank kon rekenen. En dat siert hem.

De reden voor Hans om politiek actief te zijn, was omdat hij de belangen van mensen wilde behartigen. Omdat hij een goede beslissing voor de burgers wilde realiseren. Burgerrechten en grondrechten lagen hem na aan het hart. Zo zei hij zelf in 1996: "Als Kamerlid was ik voorzitter van de Commissie voor de Verzoekschriften, dat was mij op het lijf geschreven. Want dan heb je te maken met burgers die worstelen met wat de wet zegt, en wat toch soms niet rechtvaardig is. Het gevecht van sommige burgers tegen de moloch van de politiek of de vierde macht, dat houdt mij bezig."

Voor hem was politiek een instrument voor goed bestuur. En ordentelijk besturen betekende voor hem niet automatisch meer debat in de Tweede Kamer. In Binnenlands Bestuur was hij daar in 2003 glashelder over: "Er moet goed bestuurd en goed gecontroleerd worden. Daarvoor kan het debat wel eens nodig zijn, maar als je het debat verheft tot het zelfstandige doel van de politiek, dan raak je heel ver van huis."

Altijd de nuance voorop stellen, altijd ruimte laten voor relativeringen en argumenten pro en contra, altijd op zoek naar de haalbare werkelijkheid - zo was Hans Dijkstal. Hij zag zichzelf dan ook meer als bestuurder dan als politicus. Een bestuurder die zich steeds meer zorgen maakte over populisme en hyperigheid. Dat leidde volgens hem maar af van de inhoud, van de feiten, van de waardigheid van de politiek.

En die politiek was hem dierbaar. Maar we kennen allemaal die andere liefde van Hans: de kunst, de muziek, jazz. Begin vorig jaar zei hij daarover: "Kunst relativeert de idioterie, de waan van de dag en houdt waarden overeind. Tégen oppervlakkigheid, tégen verschraling. Het laat diepte zien, menselijke emoties."

Toen hem vlak na zijn vertrek uit de landelijke politiek werd gevraagd welk nummer zijn gevoelens van de afgelopen jaren het best vertolkte, zei hij: "Geen treurig nummer in ieder geval. Ik denk aan iets als Summertime van Miles Davis, opgewekt met een beetje weemoed."

Hans Dijkstal ten voeten uit.

Een opgewekte, weemoedige man aan wie we met veel warmte terugdenken. Een liberaal met een groot hart en een sociaal gezicht. Een man met de schaterlach die stond voor zijn zaak. Voor fatsoen, voor verdraagzaamheid, voor sociale rechtvaardigheid.

Ik wens zijn vrouw Anneke, zijn dochters en alle anderen die Hans liefhadden veel kracht toe om dit grote verlies te dragen.