Politiek Café Nieuwegein

Toespraak van minister De Jager over het thema “Meer en aantrekkelijker ondernemen door ondernemersvriendelijke maatregelen” tijdens het Politiek Café Nieuwegein.

Dames en heren,

Vanavond hebben we het over de vraag hoe je ondernemerschap kunt bevorderen. Welke maatregelen nuttig zijn om dat doel te bereiken.
Ik heb me erg verheugd op vanavond.
Waarom? Omdat we vanavond met een uniek gezelschap bij elkaar zijn.
De vraag van vanavond kun je niet in een beter gezelschap stellen dan met de mensen die hier vanavond bij elkaar zijn.
Ik begin bij u: wie van u is echt voor eigen rekening en risico ondernemer? [handen opsteken – zal waarschijnlijk ca. de helft zijn]
U, als ondernemers, speelt hier vanavond de hoofdrol. Het gaat over u. U weet uit eigen ervaring wat het betekent te ondernemen. Wat het betekent om te maken te hebben met een overheid die je in de weg staat; maar die je ook helpt. Ik hoop vanavond van u heel veel verhalen te horen over hoe het helpen beter kan en het in de weg staan minder!
Verder heb ik begrepen dat hier ook mensen zijn uit de lokale politiek. Ook u bent een belangrijk ingrediënt. Samen met mij vertegenwoordigt u de overheid. Maar waar ik vanuit Den Haag opereer, ziet u alles van dichtbij. En u kunt vanuit die kennis in het lokale bestuur ervoor zorgen dat het ondernemerschap hier in Nieuwegein floreert.
Wat u voor Nieuwegein probeert te doen, probeer ik voor Nederland. Ervoor zorgen dat de motor van onze economie - ondernemerschap – gesmeerd wordt met de beste olie. Die motor moet draaien als een zonnetje!
Kortom: we zijn hier met u, ondernemers, met uw eigen verhaal. En met de lokale en landelijke politiek, allemaal bij elkaar.
Compliment aan de organisatie die ons bij elkaar heeft gebracht!
Want als we ondernemen in Nederland makkelijker willen maken, als we het ondernemersklimaat willen verbeteren, dan hebben we elkaar nodig.

Dames en heren,

Ik ben zelf in mijn studententijd begonnen met ondernemen. Een van de beste keuzes die ik in mijn leven heb gemaakt.
Het ondernemerschap heeft me veel goeds gebracht. Maar het belangrijkste is wel dat ik er ongelooflijk veel van heb geleerd.
Eén van de dingen die ik heb geleerd is dat er een heel nauw samenspel moet bestaan tussen bedrijfsleven en overheid, om een goed ondernemersklimaat te kunnen hebben.
Ik heb gezien als ondernemer hoe een overheid je zowel kan hinderen als kan helpen.
De overheid moet ondernemers in staat stellen een succes te maken van hun bedrijf. En natuurlijk wil de overheid dat ook. Maar soms – te vaak – gaan de goede bedoelingen ten onder in een woud van regulering.
Daar moet je enorm voor oppassen. En we moeten zorgen dat we weer teruggaan naar een situatie waarbij de overheid ondernemerschap stimuleert.
De overheid kan daarbij niet zonder ondernemers die zich ‘er tegenaan willen bemoeien’.
Dat ben ik zelf destijds ook gaan doen. Ik ben bijvoorbeeld actief geworden in het Innovatieplatform. En politiek actief als vrijwilliger in het CDA-bestuur. 
Dat kost tijd, maar ik vond dat geen verspilde tijd. Integendeel, ik vond het heel belangrijk om te proberen verbeteringen van de grond te krijgen. 
Toen ik staatssecretaris werd, had ik ineens het gereedschap in handen om echt werk te maken van dat ondernemersklimaat. 
Daar ben ik toen meteen mee aan de slag gegaan. 
Ik verlaagde de belastingdruk voor MKB-ondernemers tot 20%. 
Ik heb overbodige en te ingewikkelde regels laten verdwijnen. Zoals de Eerstedagsmelding – een instrument van wantrouwen – die is afgeschaft. 
Elektronisch factureren is voor de belastingdienst geen probleem meer. Bedrijven sturen elkaar jaarlijks zo’n 500 miljoen facturen om de BTW te kunnen verrekenen. Reken voor de aardigheid alleen eens uit wat dat aan porto kost. Het volledig digitaal factureren levert het bedrijfsleven een besparing op van naar verwachting zo’n 600 miljoen euro per jaar. Dan ga ik ervan uit dat ongeveer 50% van de bedrijven dan binnen een paar jaar gebruik van elektronische facturen maken. 
De Successiebelasting is fors verlaagd, ook voor ondernemers. De bedrijfsopvolgingsregeling is sterk vereenvoudigd. 
Ik heb deze kabinetsperiode de MKB-winstvrijstelling verhoogd van 10,5% naar 12%. 
Het urencriterium voor de MKB-winstvrijstelling heb ik afgeschaft. Iedere hybride ondernemer en deeltijdondernemer heeft nu dus recht op de MKB-winstvrijstelling. 
Ik heb de WBSO verruimd en de innovatiebox ingevoerd. De innovatiebox is de opvolger van de octrooibox, die veel beperkter was. Die nieuwe innovatiebox is juist ook heel interessant voor het MKB. 
Het tarief voor de vennootschapsbelasting voor innovatieve activiteiten is verlaagd van 25,5% naar 5%. 
Ik kan nog wel even doorgaan. Zowel met erover te vertellen – wat ik nu niet zal doen – maar ik kan ook doorgaan met het verder stimuleren van ondernemerschap. Dat zal ik wel doen!

In een bekende talkshow vragen ze altijd aan het eind aan de aanwezigen: wat gaat u morgen doen? 
Die vraag wil ik graag nu alvast aan het begin beantwoorden. 
Wat ga ik morgen doen? 
Morgen ga ik de regeling voor de tijdelijke willekeurige afschrijving (oftewel TWA) verruimen. Dat zal ik even uitleggen: 
Door de aanpassingen wordt het makkelijker om de regeling optimaal te benutten. Daardoor heb je als ondernemer een groter liquiditeits- en rentevoordeel. 
Begin 2009 hebben we de TWA ingevoerd. Dat was één van de maatregelen om ondernemers te helpen tijdens de crisis. 
Maar ik vind dat het nu voor ondernemers nog te lastig was om aan de voorwaarden te voldoen. Door verruiming van de regeling kun je investeringen uit 2009 of 2010 volledig versneld afschrijven. De nieuwe TWA-regeling werkt terug tot en met 1 januari 2009. Op 1 januari 2011 vervalt de regeling weer.

Het wordt tijd dat ik afrond, zodat we genoeg tijd overhouden voor de discussie met elkaar. 
Laten we met elkaar kijken hoe we na vanavond extra pk’s kunnen steken in de motor van onze economie, het mkb!