Beantwoording vragen Ferrier over onzekerheid over de voortzetting van de onderwijsprogramma's NFP en NPT

Graag bied ik u hierbij, mede namens de minister voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Ferrier over onzekerheid over de voortzetting van de onderwijsprogramma’s NFP en NPT. Deze vragen werden ingezonden op 20 augustus 2007 met kenmerk 2060723350.

De minister voor Ontwikkelingssamenwerking,
Bert Koenders

Antwoorden van de heer Koenders, minister voor Ontwikkelingssamenwerking, mede namens de heer Plasterk, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, op vragen van het lid Ferrier (CDA) over onzekerheid over de voortzetting van de onderwijsprogramma’s NFP en NPT.

Vraag 1
Kent u het bericht in Science Guide over de onzekerheid die is ontstaan bij potentiële studenten uit ontwikkelingslanden over de voortzetting van de onderwijsprogramma’s The Netherlands Fellowship Programmes (NFP) en The Netherlands Programme for the Institutional Strengthening of Post Secondary Education and Training Capacity (NPT)1

Antwoord
Ja.

Vraag 2
Klopt het bericht dat het verplichtingen niveau NFP en NPT voor de jaren 2008 tot en met 2012 gemaximeerd zal worden? Zo ja, op grond waarvan is dit besluit genomen?

Antwoord
Het verplichtingenniveau NFP en NPT is voor de jaren 2008 tot en met 2012 gemaximeerd, met dien verstande dat de reeds toegezegde juridische en beleidsmatige verplichtingen voor de periode 2008-2012 volledig zullen worden gehonoreerd. Dit besluit is genomen om ruimte te creëren voor nieuw beleid op het terrein van het versterken van post-secundaire onderwijscapaciteit in ontwikkelingslanden en het verstrekken van beurzen. De uitkomsten van de evaluatie van beide programma’s heeft laten zien dat deze efficiënter en effectiever kunnen worden ingevuld. Over de invulling van deze nieuwe programma ’s zult u in het najaar worden geïnformeerd. Het jaar 2008 geldt hierbij als overgangsjaar waarin het nieuwe beleid verder vorm dient te krijgen. Het ligt in de lijn der verwachting dat de nieuwe programma’s in 2009 van start zullen gaan.

Vraag 3
Wat zullen de consequenties van deze maximering zijn voor studenten en instellingen voor hoger onderwijs zowel in ontwikkelingslanden als hier?

Antwoord
Deze maximering geldt voor de lopende programma’s, waarbij voldaan zal worden aan de juridische en beleidsmatige verplichtingen. Op korte termijn zal deze maximering dan ook geen consequenties hebben voor studenten en instellingen. Voor studenten geldt dat de beursverlening in het jaar 2008 op het huidige niveau zal blijven. Voor de instellingen geldt dat de reeds toegezegde verplichtingen conform afspraken uitgevoerd kunnen worden. Voor de middellange termijn zullen de consequenties zijn dat studenten en instellingen beter bediend kunnen worden door een meer effciënte en effectieve invulling van deze programma’s. De financiële ruimte die over de jaren zal ontstaan met de afbouw van de huidige programma’s zal ingezet worden voor de nieuwe programma’s, met dien verstande dat de totale programmabudgetten voor 2008 en latere jaren pas definitief kunnen worden vastgesteld na goedkeuring van de BZ-begroting voor het betrokken jaar door de Tweede Kamer.

Vraag 4
Deelt u de mening dat van deze, op een laat tijdstip genomen maatregelen mogelijk schade voor participerende universiteiten, hogescholen en Internationale Onderwijs instellingen het gevolg kan zijn? Zo ja, op wat voor manier gaat u deze schade voorkomen? Zo neen, waarom niet?

Antwoord
Participerende universiteiten, hogescholen en Internationaal Onderwijsinstellingen zullen geen schade ondervinden van de genomen maatregelen. Voor lopende programma’s wordt aan de beleidsmatige en juridische verplichtingen voldaan. Voor de afbouw van deze verplichtingen is een ruime marge ingebouwd die loopt tot 2012. De formulering van de nieuwe programma’s is voorzien voor de periode 2007-2008. De huidige en de nieuwe programma’s zullen op elkaar aansluiten en voor een deel parallel lopen om te voorkomen dat er een gat valt tussen oude en nieuwe programma’s. Recentelijk werden het Nederlands hoger onderwijsveld en de Ambassades al geïnformeerd over deze stand van zaken. Binnenkort wordt een consultatieproces gestart over de nieuwe hoger onderwijsprogramma’s met het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, universiteiten, hogescholen en Internationaal Onderwijsinstellingen. Met betrekking tot de maatregel voor het Europees aanbesteden van het beheer van de afbouw van de huidige programma’s voor de periode 2008-2012, is voorzien dat deze eind 2007 is afgerond, het tijdstip waarop het beheercontract met de huidige intermediaire organisatie verloopt.

1: (artikel ScienceGuide, 15 augustus 2007)