Beantwoording vragen van het lid Van der Ham over de uitspraken van de burgemeester van Moskou over de aldaar te organiseren Gay Pride

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van der Ham over de uitspraken van de burgemeester van Moskou over de aldaar te organiseren Gay Pride. Deze vragen werden ingezonden op 1 februari 2007 met kenmerk 2060706840.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van het lid Van der Ham (D66) over de uitspraken van de burgemeester van Moskou over de aldaar te organiseren Gay Pride.

Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht over de aankondiging van de burgemeester van Moskou dat er geen Gay Pride zal plaatsvinden zolang hij er burgemeester is1?

Antwoord
Ja.

Vraag 2
Hoe oordeelt u over deze uitspraak? Hoe verhoudt deze uitspraak zich met mensenrechten als de vrijheid van vergadering en vereniging en de vrijheid van meningsuiting zoals verwoord in de artikelen 10 en 11 van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens, waaraan ook Rusland zich verbonden heeft?

Antwoord
De burgemeester van Moskou heeft op dit moment nog geen geplande Gay Pride parade verboden. Mijn standpunt is dat discriminatie van en intolerantie jegens homoseksuelen onaanvaardbaar is. Zoals ik in antwoord op eerdere vragen van uw Kamer (Kamerstuk 2005-2006 nr. 1736) kenbaar gemaakt heb, maak ik mij zorgen over het feit dat er in Europese landen demonstraties worden verboden op ongeoorloofde gronden. Ik heb bij die gelegenheid toegezegd waar nodig mijn ambtgenoten hierop aan te spreken.

Vraag 3
Bent u bereid protest aan te tekenen tegen deze schending van de mensenrechten van homoseksuelen in Rusland? Zo neen, waarom niet?

Antwoord
Zoals hierboven al werd aangegeven is er vooralsnog geen sprake van een concreet verbod op een geplande Gay Pride parade en daarmee dus ook niet van een schending van de mensenrechten.

1: De Volkskrant, 30 januari 2007