Kamerbrief inzake resultaten Derde Commissie van de Algemene Vergadering VN

Graag bericht ik u over de behaalde resultaten tijdens de zitting van de 62e zitting van de Derde Commissie (sociale, culturele en humanitaire aangelegenheden) van de Algemene Vergadering van de VN die plaatsvond van 8 oktober tot en met 28 november jl. in New York.

Nederland is tevreden over de uitkomsten van de Derde Commissie. Over een aantal onderwerpen die in de Mensenrechtenstrategie aan bod komen, zijn resoluties aangenomen. Ook is van belang dat vier resoluties die specifiek ingaan op mensenrechtenschendingen in Birma, Noord-Korea, Iran en Belarus zijn aangenomen. Ondanks de soms moeilijke onderhandelingen waren alle door Nederland en de EU ingediende initiatieven succesvol. Hieronder wordt nader ingegaan op de onderwerpen geweld tegen vrouwen, vrijheid van godsdienstvrijheid en overtuiging, racisme, moratorium op de doodstraf, verkrachting als oorlogswapen, rechten van het kind en de hierboven genoemde landenresoluties.

De Nederlands-Franse VN-resolutie inzake geweld tegen vrouwen is met consensus aangenomen. Deze resolutie roept de secretaris-generaal van de Verenigde Naties op de VN-inspanningen ter bestrijding van het geweld tegen vrouwen te intensiveren. Ook wordt het besluit van de SGVN om een meerjarige VN-campagne tegen geweld tegen vrouwen te voeren, verwelkomd. De resolutie werd uiteindelijk met consensus aangenomen, waarbij maar liefst 118 andere landen de tekst mede indienden. Nederland zal zich blijven inzetten voor de implementatie van deze resolutie.

Op Nederlands initiatief heeft de EU een resolutie over vrijheid van godsdienst en overtuiging ingediend. De tekst van de resolutie is door Nederland opgesteld en ook gedurende de onderhandelingen heeft Nederland een essentiële rol gespeeld. De resolutie, die met consensus is aangenomen, veroordeelt discriminatie op basis van geloof of overtuiging.

Een doorbraak was het aannemen van een resolutie waarin landen worden opgeroepen een moratorium op de doodstraf in te voeren. Dit past goed in het Nederlandse beleid om samen met EU-landen een actieve lobby in de VN te voeren voor de wereldwijde afschaffing van de doodstraf. Gezien de aanzienlijke weerstand onder derde landen tegen afschaffing van de doodstraf besloot de EU de resolutie voorlopig te richten op een moratorium. Vooral dankzij Nederlandse inzet wordt er in de tekst nog wel specifiek verwezen naar afschaffing van de doodstraf. Na langdurige onderhandelingen en een wereldwijde lobby door Nederland en EU-partners werd de resolutie uiteindelijk met 99 voorstemmen, 52 tegenstemmen en 33 onthoudingen aangenomen. Alle schadelijke amendementen, ingediend door voorstanders van de doodstraf, konden dankzij een intensieve lobby worden tegengehouden.

Een belangwekkend nieuw initiatief vormde de Amerikaanse resolutie over het uitbannen van verkrachting en andere vormen van seksueel geweld in conflictgebieden. De EU-lidstaten, waaronder Nederland, dienden de resolutie mede in, maar ook een land als de Democratische Republiek Congo, waar deze problematiek speelt, was mede-indiener van de resolutie. Na lange en moeizame onderhandelingen kon de resolutie uiteindelijk met consensus worden aangenomen. De resolutie roept staten onder andere op om een einde te maken aan straffeloosheid met betrekking tot gevallen van verkrachting en seksueel geweld en pleit voor bescherming, opvang en re-integratie van slachtoffers. De noodzaak voor een intensievere internationale bemoeienis om gruwelijkheden te stoppen in landen zoals Sudan en de DRC is hiermee benadrukt en het onderwerp is hoger op de agenda van de VN geplaatst.

Ook diende de EU dit jaar, samen met de Latijns-Amerikaanse landen, een resolutie in over de rechten van het kind. De resolutie is met 176 voorstemmen en één tegenstem aangenomen. Een expliciete oproep om lijfstraffen tegen kinderen af te schaffen, haalde het helaas niet. Maar mede dankzij de inzet van Nederland is die notie wel in de uiteindelijke resolutie terug te vinden. Nieuw element in de resolutie is de instelling van een Speciale Vertegenwoordiger van de secretaris-generaal inzake geweld tegen kinderen. Nederland verwelkomt deze positieve ontwikkeling.

Zoals ik eerder aan uw Kamer meedeelde, hecht Nederland veel waarde aan het in VN-verband aanspreken van landen waar mensenrechten stelselmatig worden geschonden. De Europese Unie heeft ook dit jaar resoluties ingediend over de mensenrechtensituatie in Birma en Noord-Korea, terwijl de VS en Canada dit over respectievelijk Belarus en Iran hebben gedaan. De mensenrechtenschendingen in deze landen zijn zeer ernstig en de expliciete aandacht is derhalve opportuun. Bij alle vier de resoluties kwam het uiteindelijk op stemming aan, waarbij het tot het laatste moment onzeker was of er onder de VN-lidstaten voldoende steun bestond. Dankzij intensief lobbywerk door onder andere Nederland kon een meerderheid van de internationale gemeenschap worden overtuigd, waarna alle vier resoluties werden aangenomen.

Een zorgpunt zijn de tegenstellingen tussen met name de geïndustrialiseerde en de ontwikkelingslanden op de resoluties over het recht op ontwikkeling en over de ‘Durban Review Conference’ over racisme, die gepland staat voor 2009. Terwijl westerse landen een bescheiden conferentie willen, waarin de nadruk op implementatie van bestaande normen ligt, zijn veel landen uit de Afrikaanse en Aziatische groep voorstander van een groots opgezette wereldconferentie waar ook nieuwe vormen van racisme aan de orde zouden moeten komen. De resolutie die zich uitspreekt over deze conferentie is, ondanks verzet van de EU en anderen, met 119 voorstemmen aangenomen.

Over het geheel genomen zijn de resultaten die in de Derde Commissie werden geboekt zonder meer positief. Dit geldt niet alleen voor de thematische resoluties, maar ook voor resoluties die ingaan op concrete landensituaties. Hiermee wordt bewezen dat de Derde Commissie, naast de Mensenrechtenraad, een essentiële rol speelt in de VN-architectuur op mensenrechtengebied. Nederland zal zich blijven inzetten om prioritaire onderwerpen op de agenda van de Derde Commissie te houden.

De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen