Kamerbrief inzake de reactie op het verzoek van het lid De Krom over de kaping van de MN Amiya Scan en een toelichting op het beleid ten aanzien van piraterij

In deze brief treft u, mede namens de minister van Defensie en de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, de reactie aan op het verzoek van het lid De Krom, van 28 mei 2008, over de kaping van de MV Amiya Scan en een toelichting op het beleid ten aanzien van piraterij.

De MV Amiya Scan vaart niet onder Nederlandse vlag en heeft geen bemanningsleden met de Nederlandse nationaliteit aan boord. Eerst betrokken overheden bij de kaping zijn de vlaggenstaat Antigua & Barbuda, de landen wier onderdanen aan boord zijn (Rusland en Filipijnen) en de kuststaat (Somalië ). Nederland onderhoudt niettemin contact met de reder van het schip.

Als Hr. Ms. Evertsen of een ander schip in de buurt zou zijn en betrokkenen om de inzet daarvan zouden vragen, kan de Nederlandse regering daartoe beslissen op bijvoorbeeld humanitaire gronden. Nederland zal dit altijd doen in overleg met de vlaggenstaat. De Hr. Ms. Evertsen escorteerde op het moment van de kaping een schip met goederen van het World Food Program (WFP) naar Mombasa, Kenia. Gezien de afstand tussen de Hr. Ms. Evertsen en de MV Amiya Scan was inzet van de Hr. Ms. Evertsen niet aan de orde. Indien een kaping wel in de directe nabijheid van de Hr. Ms. Evertsen zou geschieden, zal alleen tot het verlenen van bijstand worden overgegaan als dit de primaire taakstelling van de Hr.Ms. Evertsen, het escorteren van schepen met WFP goederen, niet in gevaar brengt.

Zoals blijkt uit recente cijfers van de Internationale Maritieme Organisatie (IMO), is het aantal gevallen van piraterij en gewapende overvallen tegen schepen in het jaar 2007 gestegen tot 282. In 2006 was dat aantal 241. De meeste overvallen vonden niet plaats op volle zee (piraterij), maar op schepen die in territoriale wateren voor anker of aan de kade lagen.

De bestrijding van piraterij staat hoog op de agenda van internationale fora (IMO, VN) en ook op regionaal niveau worden initiatieven ontplooid. Ook Nederland zet zich nationaal en internationaal actief in op het gebied van bestrijding van piraterij. Nog recent heeft Nederland VN-resolutie S/2008/351 gecosponsord die op 2 juni unaniem in de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties is aanvaard. Deze resolutie brengt de situatie van piraterij voor de kust van Somalië onder de aandacht van de internationale gemeenschap en roept deze op zich hier actief tegen teweer te stellen.

Nationaal is een afwegingskader ontwikkeld waarover de Kamer zo spoedig mogelijk na behandeling in de Ministerraad voor het Koninkrijk zal worden geï nformeerd. Voorts besteedt de op 4 april 2008 door het Kabinet goedgekeurde Beleidsbrief Zeevaart, specifiek aandacht aan piraterij.

Internationaal sluit Nederland zich aan bij de zorgen die onder meer in het verband van de Verenigde Naties en de Internationale Maritieme Organisatie zijn uitgesproken over piraterij en gewapende overvallen op zee. In dat kader worden internationale initiatieven en regionale initiatieven voor het voorkómen en bestrijden van piraterij en gewapende overvallen op zee actief ondersteund. Zo heeft Nederland piraterij op de agenda van relevante EU- en NAVO Comités geplaatst. Tevens heeft de Staatsecretaris van Verkeer en Waterstaat, daartoe gemachtigd door de regering, aan de verdragspartners om toestemming verzocht Nederland te laten toe treden tot een tussen zestien Aziatische landen gesloten Regional Cooperation Agreement on Combating Piracy and Armed Robbery against Ships in Asia (ReCAAP Agreement). Nederland zou daarmee het eerste niet Aziatische lid worden van ReCAAP.

De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen