Kamerbrief inzake Lissabonstrategie na 2010

Zeer geachte Voorzitter,

Graag bieden wij u hierbij een brief aan inzake de Lissabonstrategie na 2010 naar aanleiding van het verzoek vervat in de motie van lid Wiegman-van Meppelen Scheppink (21 501-20, no. 382).

Tijdens het plenaire debat terugblik Europese Raad op 18 maart jl. pleitte lid Wiegman-van Meppelen Scheppink voor een Lissabonstrategie die zich meer zou moeten gaan richten op kwalitatieve doelstellingen in plaats van kwantitatieve doelstellingen alleen. In de motie van lid Wiegman-van Meppelen Scheppink (21501-20, no. 382) wordt de regering verzocht om met een visie te komen hoe de Lissabonstrategie na 2010 zich meer kan richten op duurzame groei, solidariteit en kwaliteit van leven binnen en buiten de EU.

In maart 2000 lanceerde de Europese Raad van Lissabon de tienjarige strategie van de Unie voor sociaaleconomisch beleid. Aanleiding hiervoor was het bewustzijn dat de EU steeds verder achterop dreigde te geraken in de concurrentie met de rest van de wereld, met name de VS. Voor de verwezenlijking van de ambities werden hervormingen vastgelegd voor arbeids-, kapitaal- en goederenmarkten. Dit zou moeten leiden tot een hogere productiviteit en meer en betere banen. In 2005 vond een tussentijdse evaluatie plaats van de Lissabonstrategie, mede op basis van het rapport-Kok, waarna de Lissabonstrategie op een aantal punten is herzien, met o.a. een grotere focus op groei en werkgelegenheid en een grotere verantwoordelijkheid van lidstaten voor nationale hervormingen. Voorafgaand aan deze zogenaamde ‘mid-term review’ heeft de SER een advies uitgebracht naar aanleiding van een verzoek van het toenmalige kabinet.

De ‘mid-term review’ in 2005 heeft zijn vruchten afgeworpen: de herziene Lissabonstrategie werkt. De herziene Lissabonstrategie richt zich op vier prioriteiten: 1) investeren in mensen en moderniseren van arbeidsmarkten; 2) verbeteren van het ondernemingsklimaat; 3) kennis en innovatie; en 4) energie en klimaatverandering. In termen van hervormingen in het kader van de Lissabonstrategie gebeurt er veel in de lidstaten. Voorbeelden zijn de aanpak van administratieve lasten, initiatieven om het starten van een bedrijf te vereenvoudigen, belastinghervormingen om werken te stimuleren en financiële prikkels om langer werken aantrekkelijker te maken. Deze hervormingen hebben geleid tot een structurele verbetering van de Europese economie.

In 2010 loopt de huidige Lissabonstrategie af. Ook na 2010 blijft de Lissabonstrategie onverminderd van belang. De Europese Raad van maart 2008 heeft benadrukt dat de EU zich na 2010 moet blijven inzetten voor structurele hervormingen, duurzame ontwikkeling en sociale cohesie om de vooruitgang die geboekt is dankzij de hernieuwde Lissabonstrategie voor groei en werkgelegenheid, te bestendigen. De Europese Raad verzocht derhalve de Commissie, de Raad en de nationale Lissaboncoördinatoren om zich te beraden op de toekomst van de Lissabonstrategie na 2010.

Het kabinet zal zich de komende tijd buigen over het ontwikkelen van een visie op de toekomst van de Lissabonstrategie na 2010. Het kabinet is voornemens om net als bij de ‘mid-term review’ in 2005 de SER hierbij te betrekken door een adviesaanvraag in te dienen over de Lissabonstrategie na 2010. Dit advies kan dan betrokken worden bij de ontwikkeling van de Nederlandse visie en de standpuntbepaling ten aanzien van de voortzetting van de Lissabonstrategie na 2010. Daarbij zijn wij voornemens in te zetten op een brede, integrale visie op de Lissabonstrategie na 2010, waarin ook de aandachtspunten die worden genoemd in de motie Wiegman-van Meppelen Scheppink worden meegenomen, en met name de link van de Lissabonstrategie met bijvoorbeeld de Open Methode van Coördinatie (OMC) sociale insluiting en sociale bescherming en de duurzaamheidsstrategie.

Naar verwachting zal de Europese Raad van maart 2010 besluiten over de voortzetting van de Lissabonstrategie na 2010. Over de precieze timing van de adviesaanvraag zal te zijner tijd in overleg met de SER een besluit genomen worden. Op een later tijdstip zult u dan geïnformeerd worden over de uitkomsten van het SER advies en de visie van de Nederlandse regering op de Lissabonstrategie na 2010.

De minister van Economische Zaken,
Maria J.A. van der Hoeven

De staatssecretaris voor Europese Zaken,
Frans Timmermans