Deetman: “Laat de wijken hun werk afmaken”
De wijkenaanpak mag niet veranderen, want dan raken de bewoners ontmoedigd. Dat is de voorlopige conclusie van Wim Deetman, de voorzitter van de visitatiecommissie wijkenaanpak die tot begin 2011 bij alle aandachtswijken langsgaat. Wat viel hem tot nu toe het meeste op en welke tips heeft hij? “Zorg dat wat goed gaat niet verdampt.”
Er wordt in de wijken hard en met veel inzet gewerkt. Dat is de eerste indruk van voorzitter Wim Deetman, nu de visitatiecommissie wijkenaanpak ongeveer een derde van de aandachtswijken heeft bezocht. Begin 2011 gaat de commissie bij de laatste wijken langs. Daarna komt er een eindverslag met aanbevelingen voor het nieuwe kabinet. “Het is op dit moment te kort dag om te oordelen”, vindt Deetman, “maar ik heb al veel goede activiteiten gezien. Ook bij de corporaties is er veel enthousiasme en de wil om er wat van te maken.”
Samenwerken
Heeft de voorzitter tips voor de gemeenten? “Je moet goed nadenken over hoe je de resultaten kunt borgen”, antwoordt hij. “Daar moet je niet te laat mee beginnen.” Volgens hem heeft dat voor een deel te maken met een andere manier van werken, met ruimte geven aan bewoners en met het nemen van besluiten. “Zorg dat wat goed gaat niet verdampt, maar blijft.” Volgens Deetman zit er niet altijd voldoende samenhang in alles wat er gebeurt. “De wijkenaanpak maakt veel activiteiten los”, zegt hij, “maar het gaat ook om bewustwording. Soms beseffen mensen bijvoorbeeld niet dat wat ze doen onder de wijkeconomie valt. Een open mind en de wil tot samenwerken zijn heel belangrijk. Je moet de problemen benoemen. Ruzies zijn nooit behulpzaam.”
Maatwerk
Het valt Deetman verder op dat de bewonersparticipatie overal op de agenda staat, maar ook overal verschillend wordt ingevuld. “Dat heeft de aandacht”, zegt hij, “er komt een vervolg op.” Het is volgens hem wel belangrijk dat er bij de wijkenaanpak ruimte wordt gegeven aan de verschillen: “De ambities en de afspraken met de gemeente zijn overal anders. Daar moet je rekening mee houden. Het gaat altijd om maatwerk.”
Deetman constateert dat er, behalve de gemeente, de corporaties en de bewoners, ook steeds meer andere actoren aan de wijkenaanpak meedoen, zoals bedrijven en het onderwijs, bijvoorbeeld een brede buurtschool. “Deze variëteit aan maatschappelijke actoren is heel positief”, concludeert de voorzitter. “Het netwerk groeit op een natuurlijke manier en dat maakt de kans op succes groter.”
Wijkenaanpak
Vindt Deetman dat de wijkenaanpak door moet gaan? “Ja”, antwoordt hij volmondig. “Ik ben erg blij met de brief van minister Van Middelkoop aan de Tweede Kamer. De afspraken moeten worden nagekomen en het beleid moet worden afgemaakt. Dat mag niet wijzigen, want dat loop je het risico dat je weer van voor af aan moet beginnen. Bewoners raken daardoor ontmoedigd. Zij en de corporaties hebben nu het gevoel dat het zinvol is wat er gebeurt. Natuurlijk moeten we hier en daar bijsturen. We blijven dingen signaleren en suggesties doen. Maar laat de wijken wel hun werk afmaken.”