Kamerbrief inzake Toezeggingen Raad van Europa

Tijdens de algemene Europese Beschouwingen van 20 april jl. heb ik u geïnformeerd over de ontwikkelingen ten aanzien van mijn toezegging om een expert te detacheren bij het bureau van mensenrechtencommissaris Hammarberg van de Raad van Europa.

Het verheugt mij om u te melden dat het inmiddels is gelukt om een geschikte kandidaat te vinden. De medewerker zal zijn werkzaamheden op 1 januari a.s. aanvangen. Aangezien er geen Nederlandse kandidaat beschikbaar was die over de specifieke combinatie van kennis en vaardigheden beschikte, is er in overleg met de mensenrechtencommissaris voor gekozen om een externe kandidaat aan te stellen. Deze zal door Nederland voor de periode van één jaar worden gefinancierd.

U heeft mij herhaaldelijk aangespoord om meer financiële middelen beschikbaar te stellen voor de Raad van Europa, die u terecht ziet als een belangrijke Europese instelling. In de Kamerbrief van 19 april jl. heb ik u aangekondigd dat Nederland zich in de begrotingsbehandeling van de Raad van Europa zou inzetten voor een reële nulgroei van het budget, in plaats van de nominale nulgroei waarvoor een aantal niet-onbelangrijke lidstaten geporteerd was. Inmiddels is er besloten over het budget, en tot mijn vreugde is het resultaat van de onderhandelingen reële nulgroei, in overeenstemming met de Nederlandse wens.

Nederland steunt daarnaast het initiatief van de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa om binnen de activiteiten van de Raad meer in te zetten op de kernprioriteiten. Daarmee moet de Raad van Europa in staat zijn om ook in deze financieel zware tijden een actieve inzet te verzorgen op die gebieden waar hij de grootste meerwaarde heeft: die van mensenrechten, democratie en goed bestuur.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Drs. M.J.M. Verhagen